Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[geïntimeerde 1]
[geïntimeerde 2],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
Tussenhuurovereenkomst voor bepaalde tijd”, die betrekking heeft op een woning in [plaats] en op 29 maart 2012 is ondertekend door [geïntimeerden] als verhuurder en [appellante] als huurder. Aan de ondertekening gingen besprekingen en e-mailberichten vooraf, waarbij voor [geïntimeerden] een makelaar optrad en [appellante] zich ook wel liet vertegenwoordigen door haar partner, de heer [A] (hierna: [A]). Daarbij zijn verschillende concepten van de overeenkomst uitgewisseld, die steeds hebben ingehouden dat de huur van 1 april 2012 tot en met 31 maart 2014 zou lopen en dat de huurprijs € 1.250 per maand zou bedragen (inclusief stoffering).
opzegging met wederzijds goedvinden” gevoegd.
tussenhuurniet duidelijk maakt dat voor toepasselijkheid van artikel 7:232 lid 2 BW is gekozen en dat de keuze van partijen voor een vaste einddatum (in plaats dat verkoop van de woning tot het einde van de huur zou leiden, bijvoorbeeld) evenmin daarop duidt. Dat partijen voor een periode van twee jaren hebben gekozen volgens [geïntimeerden] is dit een bijzonderheid kan erop duiden dat partijen ervan uitgingen dat de huur niet langer zou duren, maar ook op een oogmerk om de huur niet korter te kunnen laten duren. Volgens [geïntimeerden] moest [appellante] uit de huurprijs, die laag zou zijn geweest, redelijkerwijs opmaken dat het om tijdelijke huur in de zin van artikel 7:232 lid 2 BW ging, maar welke huurprijs van deze woning in 2012 normaal was, staat niet vast, laat staan wat [appellante] op grond van de hoogte van de huurprijs had moeten begrijpen. De door [geïntimeerden] overgelegde overzichten van het aanbod van huurwoningen bieden onvoldoende houvast voor een betrouwbare prijsvergelijking, doordat onduidelijk is in hoeverre die woningen vergelijkbaar zijn met de onderhavige. Dat de makelaar vóór het sluiten van de overeenkomst aan [appellante] (of [A]) heeft medegedeeld dat [geïntimeerden] in grote financiële problemen zou raken indien de woning langer zou worden verhuurd, is eveneens gemotiveerd bestreden.