Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
bodemzaak I)
1.[dochter M],
2. [dochter S],
bodemzaak II) en 200.106.381 (
incident)
1.[dochter M],
2. [dochter S],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep in alle zaken
Wat betreft de einddatum van de verzorging van [Moeder] en de overige toekomstige schadeposten, heeft het hof geoordeeld dat de in de toekomst te lijden schade van [Moeder] door St. Antonius vergoed moet worden
totdatzij de (te verwachten) leeftijd van 95 jaar heeft bereikt en dat er geen aanleiding is hier een sterftekanscorrectie toe te passen.
2.De verdere beoordeling van het geschil in hoger beroep in alle zaken
Ook deze schadeposten zijn door St. Antonius gemotiveerd bestreden (MvA/akte II 4 juni 2013 sub 6.10.3). Naar het oordeel van het hof hebben [geïntimeerden] ook op deze gemotiveerde betwisting niet adequaat gereageerd in de akte van 22 juli 2014 en overigens deze vordering ook niet meer herhaald in genoemde akte. Deze vordering wordt derhalve afgewezen.
3.Slotsom
bodemzaak Iheeft St. Antonius hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 29 februari 2012 (volgend op de deelgeschilprocedure).
grief 3is St. Antonius opgekomen tegen de hoogte van het toegekende smartengeld van € 100.000,-. Het hof heeft in het tussenarrest van 14 januari 2014 in rechtsoverweging 3.28 het smartengeld begroot op een bedrag van € 67.155,-. Grief 3 slaagt deels.
grief 4heeft St. Antonius aangevoerd dat de vorderingen van [dochter M] en [dochter S] pro se zouden moeten worden afgewezen. Het hof heeft in dit arrest in rechtsoverweging 2.3 deze grief verworpen.
grief 5met betrekking tot de proceskostenveroordeling van St. Antonius in het vonnis van 29 februari 2012.
bodemzaak IIhebben [geïntimeerden] hoger beroep ingesteld tegen zowel de afwijzing van de provisionele vordering in het vonnis in het incident van 11 april 2012 als tegen het tussenvonnis van 20 juni 2012 om bij wege van prorogatie aan het hof de overige geschilpunten ter beslissing voor te leggen. De zes grieven tegen het vonnis in het incident ontberen thans enige relevantie, zodat deze grieven niet besproken worden en het vonnis in het incident in stand blijft.
de toegewezenvorderingen: