Uitspraak
[appellante],
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in eerste aanleg
Vervolgens hebben op 15 oktober 2014 verhoren van getuigen plaatsgevonden. Nadat van de zijde van [appellante] is afgezien van contra-enquête, heeft [geïntimeerde] een memorie na gehouden getuigenverhoor genomen, waarbij producties zijn overgelegd. [appellante] heeft vervolgens een antwoordmemorie na enquête genomen, waarbij eveneens producties in het geding zijn gebracht.
2.Het tussenarrest van 10 augustus 2014
- de aanduiding “ [geïntimeerde] ”voor [geïntimeerde] in de kop van het tussenarrest dient te worden vervangen door “ [geïntimeerde] ”;
- het woord “hoog” in de laatste zin van rechtsoverweging 2.17 dient te worden vervangen door “kort”;
- in de zevende regel van rechtsoverweging 2.19 het woord “en” te worden ingevoegd tussen de woorden “snelheid” en “de afstand”;
- de naam “ [Y] ”in de derde regel van bladzijde 8 te worden vervangen door de naam “ [geïntimeerde] ”.
bij een verhoogd slipgevaarte kort is. Dan dient echter wel vast te komen staan dat van een verhoogd slipgevaar vanwege de aanwezigheid van los grind sprake was, hetgeen tussen partijen nu juist ter discussie staat.
voor de toepassing van artikel 6:174 BWonder een openbare weg mede de daarbij behorende berm dient te worden begrepen
indien wegdek en berm feitelijk zodanig op elkaar zijn afgestemd dat zij als één geheel behoren te worden beschouwd voor zover het gaat om de vraag of de weg niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen.” [appellante] heeft met de verwijzing naar dit arrest de context van het arrest – artikel 6:174 BW – uit het oog verloren. Bovendien heeft [appellante] niets aangevoerd waaruit kan worden afgeleid dat het wegdek en de berm in dit geval - een berm waarin een rotsblok lag - zodanig feitelijk op elkaar waren afgestemd dat zij als één geheel dienden te worden beschouwd. In dit verband wijst het hof er op dat [appellante] in eerste aanleg (conclusie van antwoord onder 24) heeft aangevoerd dat [X] als gevolg van de oneffenheden in de berm ten val is gekomen. Dat de berm een veilige uitwijkmogelijkheid bood, en in die zin deel één geheel vormde met het wegdek, heeft [appellante] dan ook in het licht van haar eigen eerdere stellingen onvoldoende onderbouwd.
3.Nieuwe producties
4.Verdere procedure
alvorens nader te beslissen:
dinsdag 18 augustus 2015voor akte uitlating producties en deskundigenbericht aan de zijde van [geïntimeerde] en naar de rol van
dinsdag 8 september 2015voor akte uitlaten deskundigenbericht (en indien van toepassing: uitlating producties) aan de zijde van [appellante] ;