In het proces-verbaal van bevindingen van de politie van 27 augustus 2015 is het
volgende opgenomen:
‘(...) Op dinsdag 3 maart 2015 in de middag werden medewerkers van
de politie Utrecht gezonden naar het adres [het adres] te [plaatsnaam] waar de bewoner
gemeld had dat hij zijn eigen polsen aan het doorsnijden zou zijn. Ter plaatse trof men de
bewoner aan die een erg verwarde indruk maakte en kennelijk zwaar onder invloed was.
Deze bewoner bleek te zijn genaamd.
[naam]
(...)
[naam] bleef roepen dat hij “het niet meer zag zitten en greep tijdens het gesprek naar
een klein mesje waarop de medewerkers politie [naam] geboeid overbrachten naar het
bureau (...).
Op vrijdag 14 augustus 2015 omstreeks 23.30 uur werden medewerkers van de politie
Utrecht gezonden naar het adres [het adres] te [plaatsnaam] alwaar de bewoner
( [naam] ) had gemeld een conflict te hebben met zijn bovenbuurman. Volgens het
operationeel centrum politie Utrecht had melder [naam] aangegeven dat zijn
bovenbuurman bij hem aan de deur was geweest om hem te verzoeken zijn muziek zachter te
zetten en had daarbij zijn voet tussen de voordeur gezet. Melder had telefonisch aangegeven
dat hij zijn bovenbuurman neer wilde gaan steken.
Ter plaatse spraken de betreffende medewerkers van de politie Utrecht met [naam] . Op de
salontafel zag men tijdens dit gesprek een groot mes liggen. [naam] deelde de medewerkers
mede dat hij zijn bovenbuurman neer ging steken als deze nogmaals zijn voet tussen de
voordeur zou zetten. (...)
Ongeveer 30 minuten later werden de medewerkers politie Utrecht nogmaals gezonden naar
[het adres] echter nu naar [huisnummer] . De bewoner van [huisnummer] had melding
gedaan van het feit dat [naam] voor zijn deur had gestaan met een groot mes en vervolgens
met dit mes een aantal malen in zijn voordeur had gestoken. (...)
Direct hierop werd [naam] in het portiek voor zijn woning (...) aangehouden als verdacht van vernieling en bedreiging. [naam] bleek bij zijn aanhouding een mes in zijn rechtersok te hebben.
(...)
Op dinsdag 18 augustus 2015 (...) werden medewerkers van de politie Utrecht wederom
gezonden naar [het adres] van waar een bewoonster had gemeld dat haar buurman
[naam] vernielingen zou hebben aangericht en met een hamer en een mes zou rondlopen.
Door de ter plaatste gekomen medewerkers politie werd [naam] in het trappenhuis
aangetroffen, slechts gekleed in een onderbroek en met een hamer in zijn linkerhand. (...)
Geconstateerd werd dat er wederom meerdere steekgaten zichtbaar waren in de voordeur
van de woning gelegen aan [het adres] . Tevens trof men een mes met ongeveer