ECLI:NL:GHARL:2016:6993

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
2 september 2016
Publicatiedatum
30 augustus 2016
Zaaknummer
21-002291-16
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Belediging van een ambtenaar in functie en vrijspraak

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 2 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Midden-Nederland. De verdachte, geboren in 1987 en zonder bekende woon- of verblijfplaats, had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis waarin hij was veroordeeld voor het beledigen van een ambtenaar in functie. De tenlastelegging betrof het gebruik van het woord 'mafkees' tegen een hoofdagent van politie Eenheid Midden-Nederland tijdens een incident op 1 maart 2016 in Houten.

Tijdens de zitting op 19 augustus 2016 heeft het hof het dossier en de vordering van de advocaat-generaal bestudeerd, evenals de verdediging van de verdachte, vertegenwoordigd door zijn raadsman mr. J.A.P.F. Hoens. Het hof heeft geconcludeerd dat de verdachte niet schuldig was aan de tenlastegelegde belediging. Het hof overwoog dat de omstandigheden waaronder de woorden werden geuit, namelijk in een privé-setting midden in de nacht, niet de strekking hadden om de verbalisant in zijn eer en goede naam aan te tasten.

Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de beschuldiging. De beslissing werd genomen met inachtneming van de bewijsvoering en de context van de uitlatingen. Het arrest is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier, mr. H.J. Rosmalen-Jansen, en mr. R. de Groot was buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-002291-16
Uitspraak d.d.: 2 september 2016
TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Midden-Nederland van 13 april 2016 met parketnummer 16-044225-16 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] ( [geboorteland] ) op [1987] ,
zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 19 augustus 2016 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd. Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen namens verdachte door zijn raadsman, mr. J.A.P.F. Hoens, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing komt en daarom opnieuw rechtdoen.

De tenlastelegging

Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 1 maart 2016 te Houten opzettelijk een ambtenaar, [verbalisant] , hoofdagent van politie Eenheid Midden-Nederland, gedurende of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/haar bediening, in zijn/haar tegenwoordigheid, mondeling heeft beledigd, door hem/haar de woorden toe te voegen: "mafkees", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Vrijspraak

Het hof heeft met de advocaat-generaal en de raadsman uit het onderzoek ter terechtzitting niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken. In het bijzonder overweegt het hof daaromtrent dat gelet op de omstandigheden waaronder verdachte tegen de verbalisant de in de tenlastelegging opgenomen woorden (‘Dat doe ik niet voor jou mafkees.’) heeft gebezigd, te weten midden in de nacht terwijl enkel verdachte en de betreffende verbalisant aanwezig waren en de gebezigde woorden konden horen, niet gezegd kan worden dat de uitlating de strekking had de verbalisant in zijn eer en goede naam aan te randen.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Aldus gewezen door
mr. H. Abbink, voorzitter,
mr. R. de Groot en mr. J.D. den Hartog, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. H.J. Rosmalen-Jansen, griffier,
en op 2 september 2016 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. R. de Groot is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.