Uitspraak
STICHTING [naam],
de Stichting,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
appellante,
verzoekster in het inleidend verzoek, tevens verweerster in het tegenverzoek,
NEDERLANDSE VERENIGING TOT BESCHERMING VAN DIEREN,
de NVBD,
gevestigd te ’s-Gravenhage,
geïntimeerde,belanghebbende in het inleidend verzoek, tevens verzoekster in het tegenverzoek,
STICHTING DE WISSEL,
hierna:
Stichting De WISSEL,
gevestigd te Leeuwarden,
belanghebbende in het inleidend verzoek,
verschenen bij haar bestuurslid [X] .
1.Het geding in eerste aanleg
3 maart 2016 van de rechtbank Noord-Nederland, afdeling privaatrecht, locatie Leeuwarden (hierna: de rechtbank).
2.Het geding in hoger beroep
Bij verweerschrift (met bijlagen), binnengekomen bij het hof op 12 juli 2016, heeft de NVBD verweer gevoerd.
Op 7 september 2016 heeft de mondelinge behandeling van het beroepschrift plaatsgevonden. Daarvan is proces-verbaal opgemaakt. De pleitnotities van de advocaten van de Stichting en van de NVBD zijn aan het proces-verbaal gehecht.
Aan het slot van de mondelinge behandeling hebben partijen het hof verzocht een beschikking te geven.
Vaststaande feiten
- gecorrigeerd voor een kennelijke vergissing en aangevuld met enkele andere feiten - op het volgende neerkomen.
“De besturen van de twee afdelingen van de NVBD binnen de provincie Friesland (…) hierna te noemen "de afdelingen" verklaren hierbij dat:
De activiteiten van de Wissel (zwerfdierenopvang en pensionfunctie) zullen worden ondergebracht in een daarvoor op te richten stichting.-
De op te richten stichting de Wissel wordt gelieerd aan de afdeling Friesland van de NVBD en de modelstatuten voor gelieerde stichtingen van de landelijke vereniging worden toegepast.-
De op te richten stichting de Wissel zal deel uitmaken van de consolidatiekring van de afdeling Friesland en daarmee tevens van de landelijke vereniging.
Alle geoormerkte giften en nalatenschappen met als doelbestemming de Wissel gaan ook na de fusie rechtstreeks naar de Wissel. Alle leden van de afdeling Leeuwarden worden geïnformeerd over de fusie waarbij aangegeven wordt dat bij het financieel steunen van de Dierenbescherming in Friesland gekozen kan worden om dit via de afdeling te doen of rechtstreeks naar een opvangcentrum zoals de Wissel.- De overige inkomsten van de afdeling blijven ook na de fusie naar de afdeling gaan. Deze middelen worden door de afdeling o.a. aangewend om de gelieerde opvangcentra waar nodig te ondersteunen.- De gefuseerde afdeling zal De Wissel naar vermogen ondersteunen (…).
De Stichting [naam] is nu gelieerd aan de afdeling Leeuwarden, deze liëring gaat van rechtswege over naar de gefuseerde afdeling.De afdeling Leeuwarden heeft voorkeur voor een bepaling in de statuten van de op te richten stichting dat alle bestuursleden op voordracht van De Wissel door de afdeling worden benoemd. De afdeling kan uiteraard wel kandidaten aandragen. De afdeling Friesland gaat daar mee akkoord mits dit binnen de regelgeving van het CBF cq. het VFI mohelijk is. (…) De intentie is uitgesproken dat de afdeling geen bestuursleden zal benoemen waarvoor geen draagvlak is bij het toekomstige bestuur van de Wissel. Geschillen met betrekking tot de benoeming van de bestuursleden zullen worden voorgelegd aan de onafhankelijke geschillencommissie van de landelijke vereniging van de Dierenbescherming. De uitspraak van deze geschillencommissie is voor beide partijen bindend.- Het voorgaande punt m.b.t. de benoeming van bestuursleden is ook van toepassing voor het bestuur van de stichting [naam] .”
4.De procedure in eerste aanleg
(schrapping van het benoemingsrecht van – in de lezing van de Stichting - de Afdeling Leeuwarden), artikel 13 lid 3 (schrapping van deze bepaling) en artikel 13 lid 7 (wijziging van deze bepaling in die zin dat het batig saldo ten goede komt aan een instelling met een gelijksoortige doelstelling als de Stichting). Aan haar verzoek legt de Stichting ten grondslag dat de Afdeling Leeuwarden niet meer bestaat, zodat de verwijzing naar deze Afdeling in de statuten zinledig is. Volgens de Stichting moet niet de NVBD maar De Wissel worden gezien als de (materiële) rechtsopvolgster van de Afdeling Leeuwarden.
De rechtbank heeft de verzoeken van de Stichting afgewezen, kort gezegd omdat de rechtbank de Stichting niet volgt in haar betoog dat Stichting De Wissel de (materiële) rechtsopvolgster is van de Afdeling Leeuwarden. Om de patstelling tussen partijen te doorbreken, heeft de rechtbank gebruik gemaakt van de haar toekomende bevoegdheid om de statuten te wijzigen op een wijze die het beste aansluit bij de huidige situatie. In lijn met het tegenverzoek wijzigt de rechtbank de statuten door in artikel 2 onder a de woorden “Afdeling Leeuwarden van de Nederlandse vereniging tot Bescherming van Dieren” te wijzigen in “de Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Dieren”. Met deze wijziging komen ook de benoemings- en goedkeuringsbevoegdheden van de artikelen 4 en 13 van de statuten toe aan de NVBD.
5.De bespreking van de grieven
a. De Afdeling Leeuwarden was (ook in 1993) een afdeling van de NVBD. Uit de statuten van de Afdeling Leeuwarden volgt dat, zoals de NVBD heeft aangevoerd, sprake was van een nauwe band tussen de NVBD en de Afdeling Leeuwarden. Zo zijn de gewone leden van de Afdeling Leeuwarden de leden van de NVBD die in het werkgebied van de Afdeling Leeuwarden wonen (artikel 5). Wie lid was van de NVBD en in het werkgebied van de Afdeling Leeuwarden woonde, was dan ook (gewoon) lid van de Afdeling Leeuwarden, tenzij hij aangaf lid te willen worden van een andere afdeling en van de NVBD toestemming kreeg lid (“wenslid”) te worden van die andere afdeling. De NVBD kon het lidmaatschap opzeggen (artikel 10) en het bestuur van de Afdeling Leeuwarden schorsen (artikel 13). Het bestuur had toestemming van de NVBD nodig voor (onder meer) besluiten tot het oprichten van een dierenasiel en een steunstichting (artikel 16) en voor het wijzigen van de statuten van de Afdeling Leeuwarden (artikel 23). Bij vereffening van de Afdeling Leeuwarden kwam een eventueel batig saldo toe aan de NVBD (artikel 24).
b. De kern van de activiteiten van de Afdeling Leeuwarden hield verband met dierenopvang De Wissel. De NVBD heeft dat wel bestreden, maar het hof acht gelet op de overgelegde verklaringen voldoende aannemelijk dat de Afdeling Leeuwarden als haar kerntaak zag het exploiteren van de dierenopvang en wat daarmee samenhangt. Dat beeld wordt versterkt door de overgelegde jaarrekeningen van de Afdeling Leeuwarden. Uit die jaarrekeningen blijkt dat het overgrote deel van de opbrengsten van de Afdeling Leeuwarden uit onder meer contributies en giften is besteed aan de dierenopvang, die jaar op jaar een negatief exploitatieresultaat had. Het ligt ook wel voor de hand dat de bij de Afdeling Leeuwarden betrokken vrijwilligers vooral werkzaamheden verrichtten ten behoeve van (een concrete activiteit als) de dierenopvang ter plaatse en niet ten behoeve van de algemene doelstelling van de Afdeling Leeuwarden (kort gezegd: het beschermen van dieren), een doelstelling die overeenkwam met die van NVBD.
c. De Stichting is opgericht nadat de Afdeling Leeuwarden een fors bedrag had ontvangen uit de nalatenschap van mevrouw [naam] . De nalatenschap was bestemd voor de dierenopvang De Wissel. Uit de overgelegde schriftelijke verklaringen van de bij de oprichting betrokken personen en bestuurders van het eerste uur, volgt dat het de bedoeling van de oprichters van de Stichting was om het vermogen van de Stichting ten goede te laten komen aan dierenopvang De Wissel. Dat sluit ook aan bij het door erflaatster aangegeven doel. In de statuten van de Stichting komt dat tot uitdrukking doordat in de doelomschrijving als doel is vermeld het financieel ondersteunen van de Afdeling Leeuwarden (of haar rechtsopvolgers) “en meer in het bijzonder het mede instandhouden van het dierenopvangcentrum in de gemeente Leeuwarden”. Het dierenopvangcentrum werd ten tijde van de oprichting, zoals hiervoor is overwogen, geëxploiteerd door de Afdeling Leeuwarden. Na de vermelding van deze doelen, die nauw met elkaar samenhangen, hetgeen door de woorden “meer in het bijzonder” tot uitdrukking wordt gebracht, wordt nog een meer algemeen doel vermeld.
d. Tussen de Stichting en de Afdeling Leeuwarden was sprake van een nauwe relatie, zoals ook volgt uit de statuten van de Stichting. De Afdeling Leeuwarden is allereerst vermeld in de doelomschrijving. Vervolgens worden drie bestuursleden van de Stichting benoemd door de Afdeling Leeuwarden. In de oorspronkelijke statuten, die op dit punt in 1999 zijn gewijzigd was vermeld dat deze drie bestuursleden bestuurslid van de Afdeling Leeuwarden dienden te zijn. Verder behoeft een wijziging van de statuten de goedkeuring van de Afdeling Leeuwarden en, ten slotte, komt bij liquidatie van de Stichting een eventueel batig saldo ten goede aan de Afdeling Leeuwarden. De oprichters van de Stichting, niet voor niets bestuurders van de Afdeling Leeuwarden, voorzagen met deze statutaire bepalingen al met al in een nauwe relatie tussen de Stichting en de Afdeling Leeuwarden. Het hof merkt op dat deze nauwe relatie ertoe leidde dat in elk geval tot aan de statutenwijziging drie van de bestuurders van de Stichting afkomstig waren uit het werkgebied van de Afdeling Leeuwarden; zij waren immers lid van het bestuur van de Afdeling Leeuwarden.
I. De Stichting was bedoeld als steunstichting voor dierenopvang De Wissel, die toen nog door de Afdeling Leeuwarden werd geëxploiteerd. Die exploitatie verklaart ook waarom in de doelomschrijving wordt verwezen naar de activiteiten van de Afdeling Leeuwarden. Er is geen enkele aanwijzing dat de oprichters van de Stichting het oog hebben gehad op andere activiteiten van de Afdeling Leeuwarden. De Afdeling Leeuwarden verrichtte ook nauwelijks andere activiteiten. De bestuurders van de Stichting waren in meerderheid afkomstig uit de regio Leeuwarden.
II. Bij de oprichting was al sprake van (indirect(e)) zeggenschap over en toezicht op van de Stichting door de NVBD vanwege de nauwe samenhang tussen enerzijds de Stichting en de Afdeling Leeuwarden en anderzijds de Afdeling Leeuwarden en de NVBD. De Afdeling Leeuwarden had voor de oprichting van de Stichting de toestemming nodig voor de NVBD en de bestuurders van de Stichting werden benoemd door de Afdeling Leeuwarden, die onder bestuurlijk toezicht stond van de NVBD. Via de haar in de statuten van de Afdeling Leeuwarden toegekende bevoegdheden had de NVBD ook (indirect(e)) zeggenschap over en toezicht op de exploitatie van De Wissel.
- de veruit belangrijkste activiteit van de Afdeling Leeuwarden bleef het exploiteren van het dierenopvangcentrum De Wissel. Door de Stichting werd die activiteit ondersteund. Gesteld noch gebleken is dat de Stichting gedurende haar bestaan ooit andere activiteiten van de Afdeling Leeuwarden dan activiteiten die samenhingen met de exploitatie van De Wissel heeft gesteund. De door de Afdeling Leeuwarden ten behoeve van De Wissel ontvangen gelden uit nalatenschappen werden bij de Stichting ondergebracht. Voor zover de NVBD heeft willen betogen dat door de Afdeling Leeuwarden ook gelden uit nalatenschappen heeft ondergebracht bij de Stichting die niet waren bestemd voor De Wissel, heeft zij die stelling onvoldoende onderbouwd. Bij de fusie tussen de Afdeling Leeuwarden en de Afdeling Friesland zijn ook diverse afspraken gemaakt over De Wissel. Uit al deze omstandigheden volgt dat De Stichting gericht is gebleven op De Wissel en dat de exploitatie van De Wissel de belangrijkste activiteit van de Afdeling Leeuwarden bleef;
- de NVBD heeft ook na de oprichting van de Stichting, via de benoeming van bestuurders en de goedkeuring van bestuursbesluiten van de Afdeling Leeuwarden (indirect(e)) zeggenschap over en toezicht op zowel de Stichting als de Afdeling Leeuwarden. Op grond van de statuten van de Afdeling Leeuwarden was toestemming van de NVBD nodig voor zowel de fusie van de Afdeling Leeuwarden als de oprichting van Stichting De Wissel en het onderbrengen van dierenopvang De Wissel in laatstgenoemde stichting. Uit de fusieverklaring van de Afdeling Leeuwarden en de Afdeling Friesland volgt niet dat met de fusie beoogd is om een wijziging te brengen in de bestaande (indirecte, via de Afdeling Friesland lopende) verhouding tussen de NVBD en de Stichting. De statuten van Stichting De Wissel voorzien erin dat de (nieuwe) Afdeling Friesland de bestuurders van deze stichting benoemt en dat de NVBD toestemming moet geven voor een wijziging van de statuten. Uit deze statuten volgt dat ook na oprichting van de Stichting de NVBD zeggenschap over en toezicht op deze stichting uitoefent, en daarmee op de door de stichting uitgeoefende activiteiten, zoals zij in het verleden, maar dan via haar relatie met de Afdeling Leeuwarden, toezicht en zeggenschap kon uitoefenen.
Het hof acht, allereerst, de door de Stichting voorgestelde wijziging van het doel in artikel 2 toewijsbaar. Met deze wijziging wordt duidelijk gemaakt dat het doel van de Stichting primair is het ondersteunen van de dierenopvang De Wissel, welke dierenopvang door de toenmalige Afdeling Leeuwarden, met instemming van de NVBD, is ondergebracht in Stichting De Wissel.
Het hof is, vervolgens, van oordeel dat de door de Stichting voorgestelde wijziging van artikel 4 van de statuten, betreffende de benoeming van bestuurders, niet toewijsbaar is. Naar het oordeel van het hof dienen drie van de vijf bestuursleden die voorheen door de Afdeling Leeuwarden werden benoemd, nu te worden benoemd door de NVBD. Om het lokale karakter van de Stichting, vanwege haar betrokkenheid op De Wissel, tot zijn recht te laten komen, komt aan het bestuur van de Stichting wel het recht toe de desbetreffende bestuurders ter benoeming voor te dragen. Op deze wijze wordt ook aangesloten bij de door de NVBD goedgekeurde benoemingsprocedure van bestuurders van Stichting De Wissel, die ook voorziet in een voordracht van het bestuur.
Dat de NVBD al indirect zeggenschap en toezicht uitoefende, betekent voorts dat de leemte in artikel 13 lid 3 van de statuten, betreffende de wijziging van de statuten, naar het oordeel van het hof opgevuld dient te worden door aan de NVBD in plaats van de Afdeling Leeuwarden de bevoegdheid tot goedkeuring van de statuten toe te kennen. De huidige tekst kan ongewijzigd blijven wanneer het daar gebruikte begrip “vereniging” is gedefinieerd als NVBD. Het hof zal die definitie opnemen in artikel 4 lid 1, waar de NVBD wordt genoemd.
Het ligt, ten slotte, gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, het meest voor de hand om artikel 13 lid 7 als volgt te wijzigen dat het batig saldo ten goede komt van de in het gewijzigde artikel 2 vermelde doelen.
6.De beslissingHet gerechtshof, rechtdoende in hoger beroep:vernietigt de beschikking van de rechtbank, waarvan beroep, ten aanzien van het door de Stichting gedane verzoek,
de tekst van artikel 2 te vervangen door:
“de stichting heeft ten doel:a. het financieel ondersteunen en het mede in stand houden van het dierenopvangcentrum inde gemeente Leeuwarden, zoals dat thans wordt gedreven door de statutair in de gemeenteLeeuwarden gevestigde stichting “Stichting Dierenopvang De Wissel” (ingeschreven inhet handelsregister onder nummer 58132317), en meer in het algemeen,b. dieren te beschermen, hun belangen te behartigen, hun welzijn te bevorderen, en al watdaarmee verband houdt in stand te houden en meer ingang te doen vinden.”
de tekst van artikel 4 lid 1 te vervangen door:
“De stichting heeft een bestuur bestaande uit vijf leden.Drie bestuursleden worden door het bestuur van de vereniging “Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Dieren” (ingeschreven in het handelsregister onder nummer 40407319),hierna: “de Vereniging”, op voordracht van het bestuur van de stichting benoemd.De overige twee bestuursleden worden benoemd door het bestuur van de stichting op grond van hun specifieke kwaliteiten, bijvoorbeeld op het bestuurlijke, financiële of juridische terrein.”
de tekst van artikel 13 lid 7 te vervangen door:
“Het batig saldo zal na vereffening ten goede komen aan het in artikel 2 onder a bedoelde dierenopvangcentrum en/of de dierenbescherming in het algemeen.”