Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
[verzoekers] c.s..
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak hebben verzoekers een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. M.W. Zandbergen, raadsheer bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Het wrakingsverzoek is gedaan in het kader van een civiele procedure tussen verzoekers en Deutsche Bank Nederland N.V. Tijdens de mondelinge behandeling op 23 februari 2017 hebben verzoekers op 27 februari 2017 een schriftelijk verzoek tot wraking ingediend. Dit verzoek is echter niet ondertekend door een advocaat, wat in civiele procedures verplicht is. Het hof heeft verzoekers op dit verzuim gewezen en hen de gelegenheid gegeven om dit te herstellen. Verzoekers hebben aangegeven dat hun advocaat, mr. R. Klarus, zijn handtekening heeft geweigerd en dat zij de Orde van Advocaten hebben verzocht om een advocaat aan te wijzen voor de ondertekening. Het hof heeft de termijn voor herstel verlengd, maar verzoekers hebben uiteindelijk geen advocaat kunnen vinden die het verzoek wilde ondertekenen. Het hof oordeelt dat het ontbreken van de handtekening van een advocaat een essentieel vereiste is voor de ontvankelijkheid van het wrakingsverzoek. Aangezien verzoekers van de geboden mogelijkheid tot herstel geen gebruik hebben gemaakt, verklaart het hof hen niet-ontvankelijk in hun wrakingsverzoek. De beslissing is genomen door de wrakingskamer van het hof op 11 april 2017.