Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
[appellant],
[geïntimeerde],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 31 januari 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep. De zaak betreft een geschil tussen [appellant], vertegenwoordigd door mr. M.W.J.M. van der Meer, en [geïntimeerde], h.o.d.n. Leanwurk Bakker. In eerste aanleg heeft de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland op 2 december 2015 en 13 april 2016 vonnissen gewezen. [Appellant] heeft hoger beroep ingesteld tegen deze vonnissen, maar heeft het griffierecht niet tijdig voldaan. De betalingstermijn was vastgesteld op 1 november 2016, maar de betaling vond pas plaats op 29 november 2016.
De advocaat van [appellant] heeft verzocht om toepassing van de hardheidsclausule, omdat er een fout in de financiële administratie zou zijn gemaakt. Het hof heeft echter geoordeeld dat de hardheidsclausule niet van toepassing is, omdat de niet-tijdige betaling het gevolg was van een menselijke fout binnen de risicosfeer van [appellant]. De advocaat had eerder moeten reageren op de aanmaningen en de vermeldingen in het roljournaal.
Het hof heeft vervolgens [geïntimeerde] van de instantie ontslagen en [appellant] veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep, die zijn vastgesteld op nihil. De beslissing is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.