ECLI:NL:GHARL:2017:8870
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. van Schuijlenburg
- A. Verdoorn
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van proceskostenvergoeding in samenhangende zaken onder WAHV
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 12 oktober 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Den Haag, die op 28 oktober 2015 een beroep van de betrokkene, [betrokkene] B.V., gegrond verklaarde en de beslissing van de officier van justitie vernietigde. De gemachtigde van de betrokkene heeft hoger beroep ingesteld en verzocht om vergoeding van proceskosten. De kantonrechter had in zijn beslissing de zaken van verschillende betrokkenen, die door dezelfde gemachtigde waren ingediend, als samenhangend aangemerkt en de kosten van rechtsbijstand vastgesteld op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht.
Het hof heeft de argumenten van de gemachtigde van de betrokkene beoordeeld, waaronder de claim van vooringenomenheid van de kantonrechter en de schending van het gelijkheidsbeginsel. Het hof oordeelde dat de kantonrechter op goede gronden de zaken als samenhangend had kunnen beschouwen en dat de beslissing om geen proceskostenvergoeding toe te kennen aan de betrokkene niet in strijd was met het gelijkheidsbeginsel. Het hof bevestigde de beslissing van de kantonrechter en wees het verzoek om proceskostenvergoeding af.
De uitspraak benadrukt het belang van de beoordeling van samenhangende zaken door de kantonrechter en de toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht, waarbij het hof de motivering van de kantonrechter als adequaat beschouwde. De beslissing van het hof is definitief, en de betrokkene werd niet in het gelijk gesteld in het hoger beroep.