ECLI:NL:GHARL:2019:10334
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen verstekarrest en ontvankelijkheid van verzet in civiele procedure
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 3 december 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontvankelijkheid van het verzet van TTGro Gelderland B.V. tegen een eerder verstekarrest. TTGro had op 21 juni 2019 verzet ingesteld tegen een arrest van 21 mei 2019, waarin haar vorderingen waren afgewezen. Het hof moest beoordelen of TTGro tijdig verzet had ingesteld, aangezien [bedrijf] aanvoerde dat de verzettermijn van vier weken was verstreken. Het hof overwoog dat TTGro op 23 mei 2019 een e-mail had verzonden waarin zij kennisnam van het verstekarrest en aankondigde verzet in te stellen. Het hof concludeerde dat, zelfs als deze e-mail niet als daad van bekendheid kon worden aangemerkt, er een gerechtvaardigd vermoeden bestond dat TTGro eerder op de hoogte was van het arrest. Het hof verklaarde TTGro niet-ontvankelijk in haar verzet, omdat de verzetdagvaarding na de verzettermijn was uitgebracht. TTGro werd veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep, begroot op € 379,50.