In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de inspecteur van de Belastingdienst en de erven van [X] tegen een uitspraak van de rechtbank Gelderland. De rechtbank had de aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2014 van [X] vernietigd en de belastingrente verminderd. De inspecteur had de leegwaarderatio ten onrechte toegepast, volgens de rechtbank. De erven van [X] zijn in deze procedure aangeduid als belanghebbenden. De zaak betreft de waardering van een onroerende zaak, een complex van 44 woonzorgappartementen, en de toepassing van de leegwaarderatio voor de belastingheffing. De inspecteur stelde dat de leegwaarderatio niet correct was toegepast, wat leidde tot een hoger belastbaar inkomen uit sparen en beleggen. Het Hof heeft de grieven van beide partijen gezamenlijk behandeld en geoordeeld dat de huurbeschermingsregels ook van toepassing zijn in de relatie tussen de erflater en de hoofdhuurder. Het Hof heeft de waarde van het complex vastgesteld op € 7.307.750, wat resulteert in een lager belastbaar inkomen uit sparen en beleggen dan eerder vastgesteld. Het hoger beroep van de inspecteur werd ongegrond verklaard, terwijl het hoger beroep van de belanghebbenden gegrond werd verklaard.