Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 20 april 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2017, die in een complexe gezinssituatie verkeert. De moeder, verzoekster in hoger beroep, is het niet eens met de beslissing van de kinderrechter om de ondertoezichtstelling te verlengen tot 21 november 2021. De moeder stelt dat er geen ernstige ontwikkelingsbedreiging is en dat zij openstaat voor hulpverlening, maar dat deze door omstandigheden, zoals de coronamaatregelen, niet van de grond is gekomen. De GI, William Schrikker Stichting, verzet zich tegen de afwijzing van de ondertoezichtstelling en stelt dat de minderjarige wordt belast door de strijd tussen de ouders, wat schadelijk is voor zijn ontwikkeling.
Tijdens de mondelinge behandeling op 18 maart 2021 is de moeder verschenen, bijgestaan door haar advocaat, terwijl de GI vertegenwoordigd was door twee medewerkers. De vader, verweerder in hoger beroep, was ook betrokken in de procedure. Het hof heeft de feiten en argumenten van beide partijen zorgvuldig afgewogen. Het hof concludeert dat de gronden voor de ondertoezichtstelling nog steeds aanwezig zijn, gezien de aanhoudende conflicten tussen de ouders en de impact daarvan op de minderjarige. De moeder heeft moeite om de opvoeding van de minderjarige adequaat vorm te geven, wat leidt tot zorgen over zijn psychische veiligheid en ontwikkeling.
Het hof heeft besloten de beschikking van de kinderrechter te bekrachtigen, waarbij de ondertoezichtstelling van de minderjarige wordt verlengd. Het hof benadrukt het belang van verdere hulpverlening en begeleiding om de situatie van de minderjarige te verbeteren en de communicatie tussen de ouders te bevorderen.