Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 27 oktober 2021;
- het verweerschrift met producties;
- een journaalbericht van mr. Pouls van 18 maart 2022 met producties;
- een journaalbericht van mr. Boeijink van 31 mei 2022 met producties;
- een journaalbericht van mr. Rubens-Snijders van 20 juni 2022 met producties;
- een journaalbericht van mr. Boeijink van 30 juni 2022 met een productie.
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat, en A.M. Korts, tolk in de Engelse taal;
- de man, bijgestaan door zijn advocaat.
3.De feiten
- [de minderjarige1] , geboren [in] 2004 te [woonplaats1] ,
- [de minderjarige2] , geboren [in] 2006 te [woonplaats1] en
- [de minderjarige3] , geboren [in] 2006 te [woonplaats1] .
4.De omvang van het geschil
- de tussen partijen overeengekomen partneralimentatie in die zin gewijzigd dat deze met ingang van 6 mei 2021 wordt bepaald op € 1.986,- per maand, vanaf de datum van de bestreden beschikking bij vooruitbetaling te voldoen; en
- de raad voor de kinderbescherming verzocht te rapporteren en te adviseren over de mogelijkheden van een zorgregeling tussen de vrouw en de kinderen, de vraag of het in het belang van de kinderen is dat de man de vrouw informeert en/of raadpleegt en de vraag of een kinderbeschermingsmaatregel is geïndiceerd.