Uitspraak
[appellante] ,
huurders
verhuurder
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een huurovereenkomst tussen huurders en verhuurder, waarbij de huurders in hoger beroep zijn gegaan tegen een eerdere uitspraak van de kantonrechter. De kantonrechter had op 16 november 2021 de huurovereenkomst ontbonden en huurders veroordeeld tot betaling van een huurachterstand van € 4.801,73. Huurders vorderden in hoger beroep een huurprijsvermindering van 70% vanwege een algehele toestand van verwaarlozing van de woning. Het hof heeft vastgesteld dat de woning ernstige gebreken vertoonde, waaronder lekkages, schimmelvorming en afbrokkelende muren, en dat deze gebreken al voor de ontruiming op 13 september 2021 aanwezig waren. Het hof heeft de eerdere uitspraak van de kantonrechter vernietigd en de vorderingen van de huurders toegewezen. De huurprijs werd met 70% verminderd over de periode van 1 september 2020 tot 13 september 2021, wat resulteerde in een huurachterstand van € 171,74. De vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst werd afgewezen, omdat de huurachterstand minder was dan één maand huur. Het hof heeft ook de kosten van de procedure toegewezen aan de verhuurder, maar deze werden vastgesteld op een lager bedrag dan eerder geëist. De uitspraak is gedaan op 13 juni 2023.