Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
Kamerstukken II, 1992/93, 22 900, nr. 3, p. 20-21 en de conclusie van Advocaat-Generaal Spronken van 24 mei 2022, ECLI:NL:PHR:2022:506 onder 5.15).
Beoordeling
“Openbare scholen zijn levensbeschouwelijk neutraal; alle levensovertuigingen dienen te worden gerespecteerd. Een openbare school zal mijn humanistische levensovertuiging dus niet uitdragen en die dus evenmin bevorderen. Zoals de Hoge Raad bij herhaling heeft overwogen (en met het arrest van december 2019 niet heeft verlaten): “dat bedenkingen tegen de richting van het onderwijs als bedoeld in artikel 5, aanhef en onder b., van de Leerplichtwet 1969 ook kunnen bestaan tegen het ontbreken van enige levensbeschouwelijke of godsdienstige richting van het onderwijs.”De wettelijke plicht van het openbaar schoolonderwijs om alle levensovertuigingen te eerbiedigen staat een kritische beschouwing van religies en levensovertuigingen in de weg. Openbaar onderwijs dwingt daarmee tot zelfbeperking, doordat men zich bewust van een oordeel onthoudt. Daarmee houdt de openbare school haar leerlingen voor een houding en opstelling voor die haaks staat op het humanisme – hoezeer ook veel van de kernwaarden overeen lijken te komen. De opgave van het openbaar onderwijs druist wezenlijk in tegen de centrale idee in mijn levensovertuiging dat (levens)overtuigingen en de daarbij behorende standpunten steeds weer kritisch bevraagd mogen én moeten worden.
fundamentele waarden en inzichten die ik mijn kind mee wil geven. Dat zijn geen zaken die als het ware enkele een toefje slagroom vormen op de taart; een toefje dat ik als ouder ook thuis nog wel bovenop het onderwijs op school van een andere richting zou kunnen aanbrengen. De ‘taart’ die op RK- of openbare scholen wordt opgediend weerspreekt de levensbeschouwelijke opvoeding die ik [naam] wens te geven.
in deze zaakde materiële gerechtigheid komt te ontvallen hetgeen een onnodig hard oordeel jegens de verdachte – en haar dochter – oplevert.