Uitspraak
mr. E. van der Meer, naar voren is gebracht.
- verdachte ter zake van het primair tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden, met aftrek van de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaren;
- de vordering van de benadeelde partij toegewezen tot een bedrag van € 32.543,93 (bestaande uit € 2.543,93 aan materiële schade en € 30.000,00 aan immateriële schade), dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel opgelegd. Voor het overige heeft de rechtbank voor een deel de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in de vordering en voor een deel de vordering afgewezen.
hij op 3 september 2022 te [plaats 1] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [benadeelde] opzettelijk van het leven te beroven, voornoemde [benadeelde] heeft geslagen en met zijn rechtervoet met kracht heeft geschopt tegen het hoofd.
€ 270.268,13 aan materiële schade en € 75.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
€ 40.936,65, bestaande uit € 5.936,65 aan materiële schade en € 35.000,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
- € 1.225,00 daggeldvergoeding periode 2 september tot en met 26 oktober 2022
- € 382,20 reiskosten vader tijdens opname MCL/ [plaats 2]
- € 342,00 reiskosten moeder tijdens opname MCL/ [plaats 2]
- € 104,40 reiskosten MCL benadeelde partij
- € 188,00 contributie voetbalvereniging 2 jaar
- € 2.620,55 verlies arbeidsvermogen
- € 41,50 geschiktheidsverklaring CBR
- € 945,00 kosten optometrie + bril
- € 88,00 tandartskosten
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden.
10 (tien) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
€ 35.212,45 (vijfendertigduizend tweehonderdtwaalf euro en vijfenveertig cent) bestaande uit€ 5.212,45 (vijfduizend tweehonderdtwaalf euro en vijfenveertig cent) materiële schade en € 30.000,00 (dertigduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 724,20 (zevenhonderdvierentwintig euro en twintig cent) aan materiële schadeaf.
BIJLAGE
het hof begrijpt: de nacht van 2 op 3 september 2022) vanaf [straatnaam 2] in [plaats 1] . Een kleine jongen met blond haar (
het hof begrijpt: verdachte) werd geslagen.
V: Door wie werd hij geslagen?
A: Door het latere slachtoffer (
het hof begrijpt: [benadeelde]).
A: Die jongen die werd geslagen (
het hof begrijpt: verdachte) heeft gelijk teruggeslagen. Toen viel die jongen (
het hof begrijpt: [benadeelde]) die werd geslagen. Vervolgens heeft die jongen die geslagen heeft (
het hof begrijpt: verdachte), gelijk ook een schop tegen de kop gegeven.
V: Die andere jongen, die de klap kreeg, sloeg terug. Hoe ging dat?
A: Hij (
het hof begrijpt: verdachte) sloeg met zijn rechtervuist tegen het slachtoffer zijn kaak en die viel slap achterover. Hij heeft zich niet opgevangen met zijn handen. Ik zag dat hij op de grond viel met zijn hoofd op de grond. Toen lag dat slachtoffer op de grond. Die jongen die hem neergeslagen heeft ging gelijk naar hem toe en gaf hem een trap tegen zijn hoofd aan. Met zijn rechtervoet tegen het hoofd aan. (…) Er zat wel kracht achter. Het was een flinke schop. Ik zag zijn hoofd naar links bewegen toen hij die trap kreeg maar daarna lag hij stil. Ik zag op straat die jongen lopen die geslagen en geschopt had. Direct daarna kwam een politieman en vrouw in mijn richting lopen. Ik heb ze aangesproken en de persoon (
het hof begrijpt: verdachte) aangewezen waarvan ik honderd procent zeker was dat hij geslagen en geschopt had.
het hof begrijpt: [benadeelde]) een trap kreeg. Het slachtoffer lag op de grond. Ik zag dat die jongen (
het hof begrijpt: verdachte) naast het slachtoffer stond en dat hij toen schopte tegen de jongen die op de grond lag. Ik zag dat hij schopte ter hoogte van de schouder en het hoofd van het slachtoffer. Ik kon heel goed zien dat hij goed hard schopte.
V: Kun je de persoon omschrijven die de mishandeling heeft gepleegd?
A: Blond haar, blank, witte schoenen. Witte gympen.
Later op [straatnaam 4] zag ik verdachte staan. Ik heb meerdere keren de verdachte aangewezen en daarbij aangegeven dat ik dit zeker wist.
BevindingenOp de CT -hersenen is een breuk van de schedel rechts zichtbaar. De breuk loopt van het slaapbeen door tot in het mastoïd. Rond de hersenen rechts zit een schil van lucht a.g.v. een fractuur rechts in het achterhoofd en het slaapbeen (in het squameuze deel: het schedelbot boven het oor)). Het squameuze deel is licht ingedrukt en verplaatst. De breuk loopt door in het rotsbeen en in de buitenste wand van het wiggenbeen. De normaal lucht houdende holtes in het middenoor en het mastoïd zijn gesluierd. In de voorzijde van de hersenen links en rechts, bevinden zich bloederige kneuzing haarden met beginnende zwelling. De hersenen zijn diffuus gezwollen. In meerdere hersenkamers staat bloed. Er komt bloed uit het rechter oor.
Het slaapbeen toont een impressiefractuur: dit betekent dat het schedelbot over enige afstand is ingedeukt. Dit ontstaat bij plaatselijk inwerkend scherp geweld
Op het hoofd zijn 2 plaatsen met letsel: het achterhoofd en de rechter zijkant.
omschrijving van het letselEen bloeduitstorting onder het linker oog. Fracturen van het achterhoofd, het slaapbeen, het rotsbeen en het wiggebeen. Hersenbloedingen. Zwelling van de hersenen.
ernst van het letsel (wat was de kans op ernstige hersenschade of overlijden)Levensbedreigend letsel met een kans van 21% op overlijden. Het betreft zwaar lichamelijk letsel waarvoor medische controles noodzakelijk zijn (het observeren van de vitale functies en het bewustzijn).
Van het DNA in bemonstering AAQC5753NL#01 is een DNA-mengprofiel verkregen van minimaal vijf personen. Van enkele van deze personen is relatief meer DNA in deze bemonstering aanwezig. Op grond van het vergelijkend DNA-onderzoek is geconcludeerd dat één van die personen slachtoffer [benadeelde] kan zijn.
Dit DNA-mengprofiel is onvoldoende informatief om te beoordelen of deze bemonstering DNA van verdachte [verdachte] bevat.
AA005753NL#02 (wreef rechterschoen)
Van het DNA in bemonstering AAQC5753NL#02 is een DNA-mengprofiel verkregen van minimaal vijf personen. Op grond van het vergelijkend DNA-onderzoek is vastgesteld dat deze bemonstering DNA bevat dat afkomstig kan zijn van zowel verdachte [verdachte] als slachtoffer [benadeelde] en minimaal drie onbekende personen.