Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Reclanet Holding B.V.
2.NPB Media B.V.
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.Achtergrond van de zaak en het oordeel van de voorzieningenrechter
3.Het oordeel van het hof
1.4.2 Omvang van de Opdracht
Het maximaal aantal te verhuren Lichtmastreclames bedraagt 200.
kanbehalen. Het gaat volgens haar dan om het potentieel van de concessieopdracht, wat betekent dat er gerekend moet worden met het maximumaantal lichtmastreclames en reclameplaten dat de Gemeente in deze opdracht toestaat. Daarbij hoeft het niet zeker te zijn of dat maximumaantal ook daadwerkelijk zal worden gehaald. De raming moet plaatsvinden volgens een objectieve methode zoals neergelegd in artikel 2a.11 AW 2012. Het maximumaantal lichtmastreclames is door de Gemeente op 200 gesteld en het maximumaantal reclameplaten op 30. Met deze aantallen moet dan ook worden gerekend bij de waardebepaling en niet zoals de Gemeente heeft gedaan aan de hand van de uitvoering van de huidige partij onder de huidige concessieopdracht. Dat is immers een subjectieve in plaats van de voorgeschreven objectieve methode. Dat betekent ook dat het niet relevant is dat het maximumaantal op dit moment niet volledig is ‘verhuurd’. Dat betreft immers het subjectieve resultaat van de huidige partij.
wat realiter(en dus niet hypothetisch) verhuurd zal worden en welke opbrengsten van derden daar tegenover staan. De Gemeente heeft desgevraagd op de zitting geantwoord dat het aantal van 200 lichtmastreclames zoals genoemd in de Aanbestedingsleidraad alleen maar ziet op het maximaal aantal lichtmastreclames dat uit welstandsoverwegingen voor de verhuur is toegelaten.
De jaarlijks te betalen Afdracht per verhuurde Lichtmastreclames is zo hoog mogelijk binnen een bereik van € 1.000 - € 1.400 exclusief btw.’