In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 19 mei 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over de ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen [appellante] en FrieslandCampina Nederland B.V. De kantonrechter had eerder de arbeidsovereenkomst per 1 februari 2025 ontbonden en een transitievergoeding van € 11.707,10 toegekend aan [appellante]. [appellante] was het niet eens met de ontbindingsdatum en stelde dat deze pas per 24 mei 2025 had kunnen zijn, wat zou leiden tot een hogere transitievergoeding van € 12.200,03. Het hof oordeelde dat er geen reden was om de ontbindingsdatum te wijzigen. Het hof verduidelijkte dat de loonsanctie van het UWV, die het recht op loon tijdens ziekte verlengde tot 23 mei 2025, geen opzegverbod creëerde dat losstond van de ziekte van [appellante]. Het hof bevestigde dat [appellante] per 1 juli 2024 niet meer ziek was, waardoor het opzegverbod niet meer van kracht was. Het hof verwierp het hoger beroep van [appellante] en veroordeelde haar tot betaling van de proceskosten in hoger beroep.