Uitspraak
[appellant],
Lido Drenthe,
1.Het verloop van de procedure in hoger beroep
2.De kern van de zaak
De feiten
4.Het geschil bij en de beslissing van de kantonrechter
5.De vordering in hoger beroep
Te verklaren voor recht dat Lido Drenthe aansprakelijk is voor alle door [appellant] geleden en nog te lijden schade als gevolg van het niet nakomen van haar verplichtingen uit hoofde van de tussen [appellant] en Lido Drenthe gesloten huurovereenkomst;
6.Het oordeel van het hof
grieven 2, 3 en 8 (deels)zien op de door de kantonrechter aangenomen contractovername per 1 mei 2023. De
grieven 4, 5 en 6stellen aan de orde de overtredingen van de huurovereenkomst door Lido Drenthe. Met de
grieven 7, 8 (deels) en 9komt [appellant] op tegen de begroting van de schade en
grief 10keert zich tegen de afwijzing van de gevorderde vergoeding van reputatieschade en vergoeding van gemaakte advocaatkosten en buitengerechtelijke kosten. Tot slot ziet
grief 11op de compensatie van de proceskosten. De bezwaren zullen daarbij thematisch worden behandeld.
“Indien mogelijk uitladen bij de visstek.”Daar komt bij dat uit de overgelegde WhatsApp-berichten blijkt dat [appellant] vanwege ervaren overlast aan [naam3] heeft gevraagd om afsluiting van (een deel van) de visstekken met bouwhekken, waarop [naam3] antwoordt afsluiting met bouwhekken niet wenselijk te vinden en daarop voorstelt buizen te leggen, zodat er geen auto’s op het terrein kunnen komen. [appellant] reageert met ‘oké’, waarna de buizen kennelijk zijn gelegd. Uit de overgelegde foto’s blijkt verder dat die buizen zodanig zijn gelegd dat daar makkelijk langs heen kan worden gelopen en dat ook een Quad zich daarlangs kan manoeuvreren. Gelet op een en ander is er geen reden om tot een tekortkoming van Lido Drenthe op dit punt te concluderen, laat staan dat dit als ‘ernstig’ zou moeten worden aangemerkt.
“is verplicht om op adequate wijze zorg te dragen (…) dat derden (…) niet zullen vissen in en rondom de plassen”.Uit de stukken blijkt dat het verwijt van [appellant] met name ziet op één bewoner die aan de noordkant van de Oostplas woont, en dat die bewoner (herhaalde malen) door of namens Lido Drenthe is aangesproken maar zich daarvan niets aantrok. In de onder meer hierover tussen partijen in september 2021 gevoerde kortgedingprocedure is naar voren gekomen dat bij de verkoop van de aanliggende woningen het gebruik van de plas was inbegrepen, zodat een visverbod aan de bewoners van die woningen onuitvoerbaar is. Tegen die achtergrond heeft [appellant] onvoldoende uitgelegd dat Lido Drenthe heeft nagelaten wat zij in dit verband wel had moeten en kunnen doen. Dat Lido Drenthe niet of onvoldoende zou hebben opgetreden tegen (zo gezegd) illegaal vissen, is daarmee onvoldoende toegelicht. Er is daarmee geen grond om tot een toerekenbare ernstige tekortkoming te concluderen.
winstderving
reputatieschade
kosten advocaat e.d.
financieringskosten