ECLI:NL:GHARN:2004:AO8194
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Belanghebbende en de naheffingsaanslag belasting zware motorrijtuigen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 25 maart 2004 uitspraak gedaan in een belastingkwestie betreffende de naheffingsaanslag voor de belasting zware motorrijtuigen. De belanghebbende, die analfabeet is, heeft in bezwaar en beroep aangevoerd dat hij aan een medewerker van het afgiftepunt van eurovignetten het kentekenbewijs van zijn voertuig heeft getoond, maar dat deze persoon hem kennelijk het verkeerde vignet heeft afgegeven. De belanghebbende stelt dat dit verzuim hem niet kan worden toegerekend, gezien zijn situatie.
De Inspecteur van de Belastingdienst had de belanghebbende een naheffingsaanslag opgelegd van € 8, alsook een boete van € 453 voor een vierde verzuim, op basis van de Wet belasting zware motorrijtuigen (WBZM). Tijdens de mondelinge behandeling op 11 maart 2004 heeft de belanghebbende verklaard dat hij zich bewust was van de noodzaak om een eurovignet aan te schaffen, maar niet van de verschillende tarieven die van toepassing zijn.
Het Gerechtshof heeft geoordeeld dat de Inspecteur niet heeft aangetoond dat het voertuig van de belanghebbende een 'zwaar motorrijtuig' is, zoals gedefinieerd in de WBZM. Hierdoor kon de naheffingsaanslag en de boetebeschikking niet in stand blijven. Het Hof heeft het beroep van de belanghebbende gegrond verklaard, de uitspraak waarvan beroep vernietigd, en de naheffingsaanslag en boeteschikking vernietigd. Tevens is de Staat veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van de belanghebbende.
De uitspraak is gedaan door mr. C.M. Ettema, lid van de elfde enkelvoudige belastingkamer, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze mondelinge uitspraak is geen beroep in cassatie mogelijk, maar partijen kunnen verzoeken om een schriftelijke uitspraak ter vervanging van de mondelinge uitspraak.