ECLI:NL:GHARN:2005:AU2582
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.C.M. de Kroon
- W.J.N.M. Snoijink
- Rechtspraak.nl
Onroerendezaakbelasting en de anti-samenloopregeling in bestuursrechtelijke procedures
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 11 augustus 2005, ging het om een geschil over de onroerendezaakbelasting voor de jaren 2003 en 2004. De belanghebbende, aangeduid als X, had bezwaar gemaakt tegen de aanslagen onroerendezaakbelasting, maar de gemeente Apeldoorn had het bezwaar niet aanhouden, omdat de WOZ-beschikking nog niet onherroepelijk was. Het Hof oordeelde dat de gemeente het bezwaar had moeten aanhouden totdat de WOZ-beschikking definitief was. Dit was in strijd met de anti-samenloopregeling van artikel 241 van de Gemeentewet, die vereist dat er geen uitspraak gedaan kan worden zolang er nog een lopend beroep is dat van invloed kan zijn op de uitkomst van de zaak.
Het Hof vernietigde de uitspraak van de gemeente en gelastte de gemeente Apeldoorn om het door de belanghebbende gestorte griffierecht van € 37 te vergoeden. De beslissing werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. Snoijink. De belanghebbende en de gemeente hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. Het Hof benadrukte dat bij het indienen van een cassatieberoep een afschrift van het proces-verbaal moet worden overgelegd en dat er griffierecht verschuldigd is voor het instellen van beroep in cassatie.
De zaak illustreert de noodzaak voor gemeenten om zorgvuldig om te gaan met bezwaarschriften en de geldende wet- en regelgeving, vooral in situaties waarin er nog lopende procedures zijn die de uitkomst kunnen beïnvloeden. Het Hof heeft hiermee een belangrijke uitspraak gedaan die de rechtsbescherming van belanghebbenden in belastingzaken versterkt.