ECLI:NL:GHARN:2008:BG1758

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
22 oktober 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07-00577
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen 1999, 2000 en 2001

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 22 oktober 2008, betreft het een hoger beroep tegen navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor de jaren 1999, 2000 en 2001. De belanghebbende, die sinds 2001 als ondernemer wordt aangemerkt, heeft beroep ingesteld tegen de uitspraken op bezwaar van de Inspecteur van de Belastingdienst. De zaak is eerder behandeld door het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat de uitspraken op bezwaar heeft vernietigd. De minister van Financiën heeft echter cassatie ingesteld, waarna de Hoge Raad de zaak heeft verwezen naar het Gerechtshof Arnhem voor verdere behandeling.

Tijdens de zitting op 9 oktober 2008 hebben partijen overeenstemming bereikt over de kwalificatie van de activiteiten van de belanghebbende, die vanaf 2001 als onderneming worden aangemerkt. Het Gerechtshof heeft het beroep van de belanghebbende gegrond verklaard en de uitspraak van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch vernietigd met betrekking tot de navorderingsaanslag voor het jaar 2001. De uitspraken op bezwaar betreffende de navorderingsaanslagen voor de jaren 1999 en 2000 zijn bevestigd.

De belanghebbende heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 805, te vergoeden door de Staat. De uitspraak is openbaar uitgesproken en beide partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee raadsheren, met mr. J.L.M. Egberts als griffier.

Uitspraak

Gerechtshof Arnhem
tweede meervoudige belastingkamer
nummer 07/00577
Uitspraakdatum: 22 oktober 2008
Proces-verbaal mondelinge uitspraak
belanghebbende : X
te : Z
verweerder : de Inspecteur van de Belastingdienst te P
aangevallen beslissingen : uitspraken op bezwaar
betreft : navorderingsaanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PV) 1999, 2000 en 2001
nummers : H97, H17 en H07
onderzoek ter zitting : op 9 oktober 2008 te Arnhem
waarbij verschenen : belanghebbendes gemachtigde alsmede de Inspecteur
gronden:
1. Belanghebbende is van de uitspraken op bezwaar in beroep gekomen bij het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch, dat die uitspraken heeft vernietigd en de navorderingsaanslagen heeft vernietigd. De minister van Financiën heeft tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch beroep in cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft bij arrest van 7 december 2007, nr. 43.489 de uitspraak van het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch vernietigd en het geding verwezen naar het Gerechtshof te Arnhem (hierna: het Hof) ter verdere behandeling en beslissing van de zaak in meervoudige kamer met inachtneming van het arrest.
2. Partijen hebben ter zitting overeenstemming bereikt, inhoudende dat de activiteiten van belanghebbende eerst vanaf het jaar 2001 moeten worden aangemerkt als een onderneming. In zoverre is het beroep van belanghebbende gegrond.
proceskosten:
Partijen hebben verklaard dat ieder zijn eigen kosten van het beroep bij dit Hof draagt. Belanghebbendes proceskosten van het beroep bij het Gerechtshof
’s Hertogenbosch bedragen € 805.
beslissing:
Het Gerechtshof:
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak waarvan beroep betreffende de navorderingsaanslag IB/PV 2001;
- bevestigt de uitspraken waarvan beroep betreffende de navorderingsaanslagen IB/PV 1999 en IB/PV 2000;
- vernietigt de navorderingsaanslag IB/PV 2001;
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten van belanghebbende van het beroep bij het Gerechtshof ’s Hertogenbosch voor een bedrag van € 805 en wijst de Staat aan als de rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden.
Deze uitspraak is gedaan te Arnhem door mr. R.F.C. Spek, voorzitter,
mr. J.B.H. Röben en mr. A.J. Kromhout, raadsheren, in aanwezigheid van
mr. J.L.M. Egberts als griffier.
De beslissing is op 22 oktober 2008 in het openbaar uitgesproken.
Waarvan opgemaakt dit proces-verbaal.
De griffier, De voorzitter,
(J.L.M. Egberts) (R.F.C. Spek)
Afschriften zijn aangetekend per post verzonden op
Tegen deze uitspraak kunnen beide partijen binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie instellen bij
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer),
Postbus 20303,
2500 EH Den Haag.
Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
b de dagtekening;
c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
d. de gronden van het beroep in cassatie.
Tenzij de Hoge Raad anders bepaalt, zal het gerechtshof deze mondelinge uitspraak vervangen door een schriftelijke. In dat geval krijgt u de gelegenheid de gronden van het beroep in cassatie alsnog aan te voeren of aan te vullen.
Voor het instellen van beroep in cassatie is griffierecht verschuldigd. Na het instellen van beroep in cassatie ontvangt de indiener een nota griffierecht van de griffier van de Hoge Raad.
In het cassatieberoepschrift kan de Hoge Raad verzocht worden om de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.