Het Hof verwijst voor de feiten naar hetgeen door de Rechtbank is vastgesteld en voegt daaraan nog het volgende toe.
2.1. Na de juridische fusie op 28 januari 2005 is belanghebbende opgegaan in Y B.V. Belang-hebbende en Y B.V. waren op het moment van de juridische fusie beiden gevestigd op het adres a-straat 1, 1234, Z, Curaçao, Nederlandse Antillen.
2.2. De aanslag draagt de dagtekening 23 juli 2005 en het aanslagnummer 0000.00.001.V.16.0112. De aanslag was gericht aan:
X B.V.
POSTBUS 001
1234 AB R
2.3. Het fiscale nummer van belanghebbende luidde 0000.00.001.
2.4. De Belastingdienst gebruikte gedurende een reeks van jaren voor haar correspondentie aan belanghebbende en Y B.V. het correspondentieadres van de gemachtigde van belanghebbende: Postbus 001, 1234 AB te R.
2.5. De activiteiten die belanghebbende verrichtte, beperkten zich tot normaal vermogensbe-heer waaronder het beleggen in beursgenoteerde aandelen en obligaties (hierna: de effecten). De effecten zijn na 20 december 2001, het moment van verplaatsing van de feitelijke leiding, over-gebracht naar de Nederlandse Antillen.
2.6. De Inspecteur heeft het verschil tussen de nominale waarde en de waarde in het economi-sche verkeer van de schuld aan Y B.V. tot de winst van belanghebbende gerekend.
3. Geschil, standpunten en conclusies van partijen
3.1. Partijen houdt verdeeld, of:
- het aanslagbiljet, waarmee de aanslag en de beschikkingen zijn bekendgemaakt, een juiste tenaamstelling en adressering kent;
- de eindafrekeningsbepaling van artikel 15c van de Wet Vpb in strijd is met de vrijheid van kapitaalverkeer ex artikel 56 van het EG-verdrag.
3.2. Tussen partijen is niet in geschil dat de Rechtbank ten onrechte de belastbare winst met een bedrag van € 23.610 heeft gecorrigeerd. De uitspraak van de Rechtbank kan reeds hierom niet in stand blijven.
3.3. Elk van de partijen heeft voor haar standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van haar afkomstige stukken.
3.4. Belanghebbende meent dat de aanslag vernietigd dient te worden nu deze niet de naam en het vestigingsadres van Y B.V. vermeldt. Zij verwijst daarvoor mede naar de uitspraak van dit Hof van 11 oktober 2006, kenmerk 04/00823. Daarnaast is zij van mening dat heffing over de op het moment van emigratie aanwezige stille reserves in de effecten in strijd is met artikel 56 EG. Aan de toetsing van artikel 43 EG komt belanghebbende niet toe, omdat belanghebbende geen onderneming uitoefent. Haar activiteiten beperken zich tot normaal vermogensbeheer.
3.5. De Inspecteur meent dat de tenaamstelling en adressering van de aanslag juist zijn en dat de heffing ingevolge artikel 15c van de Wet Vpb niet in strijd is met de vrijheid van kapitaalver-keer. Voor het geval het Hof op het hoger beroep van Y B.V., nummer 08/00035, de uitspraak van de Rechtbank bevestigt, stelt de Inspecteur zich op het standpunt dat de correctie van € 1.225.466 terzake van de schuld aan Y B.V. moet komen te vervallen.
3.6. Daaraan is mondeling toegevoegd hetgeen is vermeld in het proces-verbaal van de zitting.
3.7. Belanghebbende verzoekt primair de aanslag en de verliesverrekeningsbeschikking te vernietigen wegens een verkeerde tenaamstelling. Subsidiair verzoekt zij, naar het Hof begrijpt, het verlies vast te stellen op € 212.909, de aanslag te verminderen tot nihil en de verliesverreke-ningsbeschikking te vernietigen.
3.8. De Inspecteur concludeert primair tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en tot bevestiging van zijn uitspraak op bezwaar en subsidiair tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank en zijn uitspraak op bezwaar en vermindering van de aanslag tot € 909.553.
4. Beoordeling van het geschil
Tenaamstelling en adressering aanslag(biljet)
4.1. De vennootschapsbelasting wordt van de belastingplichtige geheven bij wege van aanslag, zodat de aanslag in beginsel op diens naam gesteld dient te worden. Belanghebbende was in het jaar 2001 zelfstandig belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Nu de aanslag de naam van belanghebbende vermeldt en in het aanslagnummer het fiscaalnummer van belanghebbende is begrepen, is geen sprake van een onjuiste tenaamstelling, zoals belanghebbende verdedigt. Bij belanghebbende bestond er ook geen misverstand over dat deze aanslag aan haar was gericht, aangezien zij eerst in haar beroep tegen de uitspraak op bezwaar klaagt over de tenaamstelling en adressering van de aanslag. De Inspecteur heeft de aanslag verstuurd aan het correspondentie-adres van belanghebbende. Gesteld noch gebleken is dat belanghebbende de Inspecteur heeft verzocht correspondentie niet langer aan haar gemachtigde te richten. Belanghebbende is door de adressering niet in enig procesbelang geschaad, gelet op het tijdig door zijn gemachtigde inge-diende bezwaarschrift.
4.2. De verwijzing naar de uitspraak van dit Hof van 11 oktober 2006, kenmerk 04/00823, doet hieraan niet af. Daargelaten of deze uitspraak, na het daartegen ingestelde beroep in cassatie en gelet op de conclusie van Advocaat-Generaal Van Hilten, in stand blijft, betreft het hier geen gelijk geval. Het betreft een andere belastingwet en een andere tenaamstelling. Voor de vennoot-schapsbelasting volgt uit het arrest van 19 september 2003, nr. 38 372, BNB 2003/370*, dat ook een aanslag opgelegd kan worden, indien een belastingsubject na afloop van het desbetreffende jaar heeft opgehouden te bestaan.