ECLI:NL:GHARN:2010:BO4575
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R.Ch. Verschuur
- W. Breemhaar
- B.J.H. Hofstee
- Rechtspraak.nl
Boetebeding en toerekenbare tekortkoming in koopovereenkomst
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem werd behandeld, ging het om een hoger beroep van [appellante] tegen een vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad. De rechtbank had op 25 februari 2009 geoordeeld dat [appellante] en [gedaagde in eerste aanleg] toerekenbaar tekort waren geschoten in hun verplichtingen uit een koopovereenkomst met [geïntimeerde]. De koopovereenkomst betrof de verkoop van een woning voor een bedrag van € 154.000, waarbij een waarborgsom van 10% was overeengekomen. [geïntimeerde] had [appellante] en [gedaagde in eerste aanleg] in gebreke gesteld, maar zij waren niet in staat om aan hun verplichtingen te voldoen, wat leidde tot een vordering van € 16.304, bestaande uit de boete en buitengerechtelijke incassokosten.
In hoger beroep heeft [appellante] drie grieven ingediend, waarbij zij onder andere aanvoerde dat de rechtbank ten onrechte had overwogen dat de gemachtigde van [geïntimeerde] ter comparitie gemotiveerd had bestreden wat [appellante] en [gedaagde in eerste aanleg] hadden aangevoerd. Het hof oordeelde dat de verklaring van de gemachtigde van [geïntimeerde] in de beoordeling mocht worden betrokken, ondanks het ontbreken van een schriftelijke volmacht. Het hof concludeerde dat [appellante] en [gedaagde in eerste aanleg] zelf verantwoordelijk waren voor de financiering van de woning en dat zij in gebreke waren gebleven.
De grieven van [appellante] werden verworpen, en het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank. [appellante] werd veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep, die aan de zijde van [geïntimeerde] op nihil werden begroot. De uitspraak benadrukt de gevolgen van een toerekenbare tekortkoming in de nakoming van contractuele verplichtingen en de strikte toepassing van boetebedingen in koopovereenkomsten.