ECLI:NL:GHARN:2011:BQ5175
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- J.D.S.L. Bosch
- R. Feunekes
- G.K. Schipmölder
- Rechtspraak.nl
Wijziging hoofdverblijf van de minderjarige zoon ten gunste van de vader
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 25 januari 2011 uitspraak gedaan over de wijziging van het hoofdverblijf van de minderjarige [kind]. De moeder, appellante, verzocht om de beschikking van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 22 december 2009 te vernietigen, waarin het hoofdverblijf van [kind] bij de vader was bepaald. De moeder stelde dat zij niet weigerachtig was ten aanzien van de omgang tussen de vader en [kind], maar dat de voortdurende strijd tussen hen de oorzaak was van het mislukken van de omgang. De rechtbank had volgens haar niet alle mogelijkheden voor omgang onderzocht en het belang van [kind] miskend.
De vader, geïntimeerde, betwistte de stellingen van de moeder en stelde dat zij de contacten tussen hem en [kind] frustreerde. Hij voerde aan dat [kind] geen nadelen ondervond van de wijziging van zijn hoofdverblijfplaats, aangezien hij nog steeds begeleid werd door Bureau Jeugdzorg (BJZ) en in een vertrouwde omgeving verbleef. Het hof heeft de argumenten van beide partijen zorgvuldig gewogen en vastgesteld dat de moeder niet in het belang van [kind] handelde door niet mee te werken aan contact met de vader.
Het hof concludeerde dat de hoofdverblijfplaats van [kind] bij de vader diende te zijn, gezien de coöperatieve houding van de vader en de zorgwekkende situatie van de moeder. De beschikking van de rechtbank werd bekrachtigd, waarbij het hof de motivering van de rechtbank overnam. De uitspraak benadrukt het belang van samenwerking tussen ouders in het belang van hun kinderen en de noodzaak om het welzijn van het kind voorop te stellen.