De beoordeling
De vaststaande feiten
1. Grief 8 werpt terecht op dat het hierna te noemen convenant niet is aangegaan door de gemeente, maar door de [de parochie], hierna te noemen: de parochie. Het hof zal de vaststaande feiten in overeenstemming daarmee vaststellen.
2. Over de weergave van de vaststaande feiten - in rechtsoverweging 2.1 tot en met 2.4 van genoemd vonnis van 8 juli 2009 - bestaat voor het overige geen geschil, zodat ook in hoger beroep van die feiten zal worden uitgegaan, aangevuld met enkele andere feiten die in hoger beroep zijn komen vast te staan.
2.1. Partijen hebben op 22 februari 2007 een koopovereenkomst gesloten, waarbij [geïntimeerden] aan [appellanten] hebben verkocht de woning, gelegen aan de [adres] te [woonplaats], hierna te noemen: de woning, voor een koopsom van € 320.000,00.
2.2. De woning is op 17 augustus 2007 aan [appellanten] geleverd, bij welke gelegenheid partijen elkaar voor het eerst hebben ontmoet en gesproken.
2.3. De bezichtiging van de woning en het onderhandelingsproces ten aanzien van de verkoop van de woning zijn gedaan door de makelaar van [geïntimeerden], te weten de heer [de makelaar], hierna te noemen: de makelaar, verbonden aan [de makelaar] Makelaars te Zeist.
2.4. De achterzijde van het perceel waarop de woning is gelegen, grenst aan een perceel dat in eigendom toebehoort aan de parochie. Op het perceel van de parochie bevinden zich een kerk, een begraafplaats en groenvoorzieningen.
2.5. In oktober 2007 hebben [appellanten] een brief, gedateerd 7 oktober 2007, ontvangen van het bestuur van de parochie. Deze brief luidt, voor zover hier van belang, als volgt:
"Aan de bewoners van de huizen aan de [adres] te [woonplaats], grenzend aan de tuin van de parochie [de parochie].
(...)
Namens het parochiebestuur nodig ik u uit voor een gesprek over de bouwplannen van de parochie. In een eerder gesprek hebben wij u plannen gepresenteerd met een bouwvolume van 12 appartementen. In een later stadium is het plan veranderd naar een plan met 4 vrijstaande woningen. Mede op grond van uw wensen en bezwaren hebben we in overleg met de gemeente Soest en het Bisdom het plan dusdanig aangepast dat wij het plan nu definitief willen indienen.
Zoals wij eerder hebben afgesproken willen wij ook dit plan ter informatie aan u voorleggen. Wij willen die gelegenheid gebruiken om eventuele wensen, verbeteringen te inventariseren. (…)"
2.6. [betrokkene] heeft in zijn e-mailbericht van 20 oktober 2007 aan [appellanten] bericht:
"Onder verwijzing naar jullie verzoek bevestig ik hiermee dat ik mij herinner dat [naam geïntimeerde 1] (hof: [geïntimeerde 1]) aanwezig was bij het eerste gesprek dat wij met het kerkbestuur hebben gevoerd over de voorgenomen verkoop van het perceel dat grenst aan onze achtertuinen (ook wel bekend als de parochietuin). Dit gesprek dateert van circa 2 jaar geleden. Destijds is aan de orde geweest dat men voornemens was dit perceel te verkopen en daarop een appartementencomplex te bouwen. Over de exacte aard en omvang van de bouwplannen bestond destijds nog geen volledige duidelijkheid. Feit is wel dat men heeft aangekondigd t.z.t. een vrijstelling van het vigerende bestemmingsplan te zullen vragen. "
2.7. In de brief namens de parochie aan de gemeente van 12 december 2007 is het volgende opgenomen:
"Na de eerste planfase, dus al in 2005, hebben wij contact gezocht met "onze buren" aan de [adres] en hen geïnformeerd over onze plannen. Tijdens deze gesprekken werd als snel duidelijk dat zij niet bijzonder ingenomen waren met deze plannen. Als laatste is toen afgesproken dat de bewoners verder zouden worden geïnformeerd bij het definitief worden van de bouwplannen. Sinds die tijd, dus vanaf mei 2005, is intensief overleg gevoerd met betrokken partijen (…) en wij zijn er van uit gegaan dat de bewoners op de hoogte waren van het feit dat wij nog steeds bezig waren met de bouwplannen. Uiteindelijk hebben deze ontwikkelingen geresulteerd in een definitief plan, geschikt om in te dienen bij de gemeente en te communiceren naar de bewoners. Wij zijn er daarbij steeds van uit gegaan dat voor deze bouwplannen een artikel 19 procedure nodig zou zijn.
Dat een en ander in een stroomversnelling is gekomen door de ontwikkelingen in het kader van de bestemmingsplanprocedure [woonplaats] Kom, heeft ons net als de buurtbewoners verrast."
2.8. Door Ing. [betrokkene], beëdigd rentmeester en makelaar, is op 14 december 2007 in opdracht van [appellanten] een taxatierapport opgemaakt. Dit rapport vermeldt, voor zover hier van belang:
"Doel van de opdracht.
Het indicatief opstellen van de waardedaling ten aanzien van de woning [adres] als gevolg van de ontwikkelingen aan de achterzijde van deze woning.
(…)
Wijziging van de planologische situatie:
De locatie achter de getaxeerde woning betreft momenteel nog een bosgebied met een variëteit aan bomen. Het betreft de grond gelegen tussen de begraafplaats en de [de parochie]kerk en had/heeft de functie van parochietuin. Momenteel is er een bestemmingsplanwijziging in voorbereiding die de bouw van een 3-tal vrijstaande woningen en een kleinschalig appartementencomplex mogelijk maakt. (…)
Vrije verkoopwaarde vrij van huur en gebruik, op basis van het vigerende bestemmingsplan en zonder rekening te houden met het toekomstig bouwplan:
€ 335.000,= (…)
Vrije verkoopwaarde vrij van huur en gebruik, rekening houdende met het toekomstig bouwplan:
€ 295.000,=
Waardedaling bedraagt € 40.000,= (…)
Deze waardedaling wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door
• Privacy-aantasting
• Omgevingsverandering (…)"
2.9. Op 8 oktober 2008 zijn de bewoners aan de [adres] 4A tot en met 4D en 6A tot en met 6D, waaronder [appellant 1] en [appellant 2], en de parochie een "realisatie convenant voor de nieuwbouw van woningen, gelegen op de locatie: terreinen van de R.K. kerk van de Heilige [de parochie] te [woonplaats]", hierna: het convenant, met elkaar overeengekomen. Daarin is onder meer het volgende opgenomen:
"1. Inleiding
(…)
Het doel van dit convenant is te komen tot een voor partijen aanvaardbare oplossing voor de invulling van het plangebied, door middel van het vastleggen van de in dit convenant opgenomen randvoorwaarden.
Dit convenant is het resultaat van overleg tussen de partijen bij dit convenant, welk overleg heeft plaatsgevonden in verband met de bezwaren van de bewoners tegen de aanvankelijke bouwplannen.
2. Situering en uitgangspunten
(…)
Tussen de geplande woningen en de daarachter gelegen woningen van de bewoners voornoemd wordt een groenstrook gerealiseerd.
De groenstrook krijgt een besloten karakter.
3. Voorwaarden voor de realisering van de woningbouw zijn:
(…)
F. dat ten behoeve van de realisatie van het bouwplan in overleg met de betrokken bewoners aan de [adres] nadere voorwaarden worden gesteld aan de uiteindelijke uitvoering van het bouwplan, vastgelegd in de hierna omschreven uitvoeringsvoorwaarden.
(...)
3. Uitvoeringsvoorwaarden:
A. dat een strook van 12 meter van het gebied, de parochietuin, met de bestaande beplanting in stand blijft. Te weten een strook van 12 meter direct grenzend aan de percelen van de bewoners voornoemd. Deze strook is weergegeven op de tekening die als bijlage aan dit convenant is gehecht. Verder te noemen "de groenstrook".
B. dat de beplanting in deze groenstrook uitsluitend na op overeenstemming gericht overleg met de bewoners kan worden verwijderd en of aangevuld. De bewoners hebben hierbij een zwaarwegende stem.
C. dat de afspraak is om in oktober 2008 een gezamenlijke werkgroep, bestaande uit de bewoners samen met de tuingroep van de parochie onder leiding van een tuinarchitect/boomdeskundige of hovenier, een beplantingsplan te laten uitwerken.
D. dat de groenstrook als zodanig in het bestemmingsplan c.q. vergunningsvoorwaarden wordt opgenomen.
E. dat het karakter en gebruik van de groenstrook door het parochiebestuur wordt gegarandeerd.
F. dat de groenstrook eigendom blijft van de parochie.
G. als verdere garantie geldt de toezegging van het Parochiebestuur dat, indien de parochie om welke reden dan ook de groenstrook wil verkopen, zij deze in eerste instantie zal aanbieden aan de bewoners voornoemd (recht van eerste koop). (…)
H. het achterpad, dat zich thans tussen de woningen en de groenstrook bevindt zal met gemiddeld 150 cm worden verbreed. Zie voor exacte maatvoering de bijgevoegde tekening. Deze uitbreiding zal kadastraal worden vastgelegd. Aan ieder van de bewoners zal het aan hun perceel grenzend stuk grond deel uitmakend van de verbreding in eigendom worden overgedragen. Deze uitbreiding maakt geen deel uit van de eerder genoemde 12 meter groenstrook. (…)
I. dat tussen het achterpad en de groenstrook een groene, planten, afscheiding wordt aangelegd. De bestaande afscheiding zal daarbij niet worden verplaatst, maar verwijderd. Bij de hoogte van de groene afscheiding wordt uitgegaan van 180 cm. De afscheiding blijft eigendom van het kerkbestuur. Om de overlast tot een minimum te beperken zal de groenstrook gerealiseerd worden zodra de bouwvergunning is verleend. De parochie zal als goede buur zorgen voor goed onderhoud van de groenstrook en daarover regelmatig contact onderhouden met de aangrenzende buren.
J. voorts zullen alle zichtlijnen vanuit de woningen voor zover bestaand worden vastgelegd en in overleg met de direct betrokken bewoner(s) zoveel als mogelijk worden afgeschermd door groenblijvende beplanting.
K. Kosten van alle uitvoeringsvoorwaarden zijn voor het kerkbestuur voornoemd.
L. de uitvoering onder 4.i. en j. gaat in overleg en met toestemming van de voornoemde werkgroep.
(…)
O. dat afmetingen, goothoogten en nokhoogten alsmede de situering van de bebouwingen op het terrein zijn vastgelegd op de in punt 2 genoemde tekening
P. dat de achtergevels van de drie vrijstaande woningen op de verdieping geen raamopeningen bevatten. Dat in de verkoop van de woningen ook dwingend wordt vastgelegd, dat er geen ramen of dakkapellen aan de achterzijde mogen worden aangebracht.
Q. dat bewoners voornoemd (uitgezonderd nr. 6) een bedrag ter hoogte van € 5.000,- (zegge vijfduizend euro) zullen ontvangen als compensatie voor ongemak en door hen zelf in te richten en te bepalen aanpassingen van huis en tuin. Dit bedrag zal door de parochie worden overgemaakt op een door ieder aan te geven bankrekening binnen 1 maand na afgeven van de definitieve bouwvergunning. (…)
R. indien geen bouwvergunning wordt verleend is geen der partijen gebonden aan dit convenant. De uitvoeringsvoorwaarden gaan in als er een bouwvergunning wordt verleend.
In aanvulling op het convenant zijn partijen in oktober 2008 overeengekomen:
"1. dat de nokhoogte van de villa's gesitueerd achter de woningen van de bewoners maximaal 7 meter zal bedragen;
2. dat de woningen gesitueerd direct achter de kerk (de voormalig appartementen) uitsluitend zullen bestaan uit een begane grond met daarop een kleine kap.
3. dat voor de woningen genoemd onder 2 geldt dat de daarop gesitueerde verdieping blind zal zijn aan de zijde alwaar zich de te bouwen villa's en de woningen van de bewoners bevinden."
2.10. [betrokkenen] hebben op 24 november 2008 ten behoeve van de in eerste aanleg gehouden comparitie onder meer verklaard:
"De besprekingen zijn in 2005 van start gegaan. De heer [geïntimeerde 1] was voornamelijk aan het woord bij deze besprekingen. Vervolgens hebben we een hele tijd niets vernomen van de Kerk en uiteindelijk zijn de besprekingen weer hervat in oktober 2007."
2.11. In de "verklaring betreffende de start van het Carolus-project" van [betrokkene], adviseur van de parochie, van 21 december 2008, is onder meer het volgende opgenomen:
"Na diverse overleggen met bisdom en gemeente Soest waren we in de projectontwikkeling in mei 2005 zover dat het zinvol was om met de buurt verder te spreken over de bouwplannen in de parochietuin. Dit gesprek vond plaats in de pastorie. Van dit gesprek zijn geen notulen gemaakt.
Alle acht huiseigenaren waren daarbij aanwezig. Ook de fam. [naam] [geïntimeerde 1], [adres] 6a.
In dit gesprek hebben we de eerste bouwplannen laten zien. We zijn toen uit elkaar gegaan met de toezegging dat als de bouwplannen definitief zouden worden ingediend wij in de voorfase nogmaals bij elkaar zouden komen.
(…)"
2.12. Inmiddels is het bestemmingsplan aldus gewijzigd dat thans op het perceel van de parochie woningbouw is toegestaan.
2.13. Op 22 december 2010 is een omgevingsvergunning aangevraagd tot het oprichten van vier woningen en het kappen van bomen op het perceel van de parochie.