ECLI:NL:GHDHA:2015:3638
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep kort geding
- E.A. Mink
- J.A. van Kempen
- A.H.N. Stollenwerck
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep kort geding tussen ex-echtgenoten over doorhaling recht van hypotheek
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in een kort geding tussen ex-echtgenoten, waarbij de man veroordeling vraagt tot medewerking aan het doorhalen van een recht van hypotheek dat ten behoeve van hem is gevestigd op de woning van de vrouw. De man is in hoger beroep gekomen van een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Den Haag, dat op 23 januari 2015 is gewezen. In het bestreden vonnis is geoordeeld dat de vrouw een spoedeisend belang heeft bij de doorhaling van het recht van hypotheek, terwijl de man geen kenbare grieven heeft aangevoerd tegen de vaststellingen van de voorzieningenrechter. De man heeft in zijn grief betoogd dat hij een zekerheidsrecht heeft bedongen in het kader van de afwikkeling van de huwelijksvermogens- en pensioenverrekeningskwesties. Het hof heeft vastgesteld dat de vrouw nog een bedrag van € 13.500,- aan de man moet betalen, waarna de man gehouden is om het recht van hypotheek te royeren. Het hof heeft geoordeeld dat de grief van de man faalt, omdat deze niet duidelijk is gespecificeerd en er geen door beide partijen ondertekend convenant ligt. Het hof bekrachtigt het bestreden vonnis en veroordeelt de man in de proceskosten van de vrouw, die zijn begroot op € 1.605,-.