Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[naam],
Toedracht
Opzet
Voorbedachte raad
V: Had je ook rekening gehouden met dat die fouten niet hersteld zouden worden(n), A: Ja, dat ik hem zou afmaken.
“(…) Er werd gezegd dat de diagnose afgewacht zou worden en dat ik daar twee à drie weken de tijd voor zou krijgen. Als ik niets had dan zou Yulius de herindicatie mogen aanvragen. En toen ging het mis. Ik weet niet wat het precies was. Het was in een keer hup. (…) Ik zag niets meer (…) Ik stond op en zei: Ga je nu van mijn kinderen af blijven of nee. Ik had het mes in mijn handen.”
poging tot doodslag.
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht,
meermalen gepleegd.
handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
7 (zeven) jaren.
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
€ 3.250,72 (drieduizend tweehonderdvijftig euro en tweeënzeventig cent) bestaande uit € 1.250,72 (duizend tweehonderdvijftig euro en tweeënzeventig cent) materiële schade en € 2.000,00 (tweeduizend euro) immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 3.250,72 (drieduizend tweehonderdvijftig euro en tweeënzeventig cent) bestaande uit € 1.250,72 (duizend tweehonderdvijftig euro en tweeënzeventig cent) materiële schade en € 2.000,00 (tweeduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
42 (tweeënveertig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.