ECLI:NL:GHDHA:2016:3438

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
13 september 2016
Publicatiedatum
18 november 2016
Zaaknummer
200.183.952/01
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake legitieme portie in nalatenschap met betrekking tot geschil tussen broers

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Den Haag diende, betreft het een hoger beroep inzake de legitieme portie van [broer twee] in de nalatenschap van de vader van partijen. Het hof verwijst naar een eerder arrest van 31 mei 2016, waarin een comparitie van partijen na aanbrengen was gelast. Deze comparitie vond plaats op 7 juli 2016 onder leiding van raadsheer-commissaris mr. P.B. Kamminga. Tijdens deze zitting hebben partijen het hof verzocht om in lijn met het ter comparitie besprokene arrest te wijzen. Het hof heeft de zaak vervolgens op 13 september 2016 behandeld.

De rechtbank had in het bestreden vonnis de omvang van de legitieme portie van [broer twee] vastgesteld, waarbij een bedrag van € 47.000,- was betrokken dat door [broer een] was opgenomen van de bankrekening van de vader. [broer een] erkende aanwezig te zijn geweest bij deze opnames, maar de rechtbank vond de bestemming van het geld onduidelijk. Het hof heeft de bezwaren van [broer een] tegen het vonnis besproken en gewezen op de risico's van verdere procedurele stappen, mede gezien het beperkte financiële belang van de zaak.

Uiteindelijk heeft het hof besloten het bestreden vonnis te vernietigen en de legitieme portie van [broer twee] vast te stellen op € 12.000,-. Tevens heeft het hof de proceskosten gecompenseerd, gezien de familieverhouding tussen de partijen. Het arrest is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 13 september 2016.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Sector civiel
Zaaknummer : 200.183.952/01
Zaaknummer rechtbank : C/10/394568/HAZA 12-77

arrest van 13 september 2016

inzake
[broer een] ,
wonende te [woonplaats] ,
appellant,
hierna te noemen [broer een] ,
advocaat mr. J.P Vandervoodt te Rotterdam,
tegen
[broer twee] ,
wonende te [woonplaats] ,
geïntimeerde,
hierna te noemen [broer twee] ,
advocaat mr. W.J.G. Schröder te Rotterdam.

Het verdere verloop van het geding

Het hof verwijst naar zijn arrest van 31 mei 2016 waarbij een comparitie van partijen na aanbrengen is gelast.
Deze comparitie is gehouden op 7 juli 2016 ten overstaan van mr. P.B. Kamminga als raadsheer-commissaris. Van het besprokene is een beknopt proces-verbaal opgemaakt.
Partijen hebben ter gelegenheid van de comparitie het hof verzocht in lijn met het ter comparitie besprokene arrest te wijzen. Dat is bepaald op heden.

Beoordeling van het hoger beroep

1. In het bestreden vonnis is de omvang van de legitieme portie van [broer twee] in het kader van de nalatenschap van de vader van partijen bepaald. De rechtbank overweegt als volgt:
Het voren overwogene leidt tot de navolgende (her-) berekening van de omvang
en waarde van de legitieme portie:
Waarde [adres woning] € 175.000,-
Opname [broer een] € 2.509,99
Opname [broer een] € 47.000,-
Betaling [broer een] € 13.000,- +
Totaal € 237.509,99
Hypotheekschuld € 135.374,-
Hypotheekrente € 9.210,-
Energiekosten € 370,-
Schuld zorgkantoor € 3.214,05 -/-
Totaal € 148,168,05
€ 237.509,99 minus € 148.168,05= € 89.341,94
Waarde legitieme portie € 89.341,94/ 2 = € 44.670,97 / 2= € 22.335,49.
[broer een] zal worden veroordeeld tot betaling van dit bedrag.
2. Ter comparitie is gebleken dat de bezwaren van [broer een] tegen het bestreden vonnis zich met name richten tegen het meenemen in de berekening van genoemd bedrag van € 47.000,-. Dit betreft het totaalbedrag aan opnames gedaan van de bankrekening van de vader van partijen met de eigen gemachtigdenpas van [broer een] . [broer een] erkent dat hij er bij was toen deze bedragen zijn opgenomen. Wat er met het geld is gebeurd, is volgens de rechtbank onduidelijk gebleven. De rechtbank heeft dit bedrag daarom volledig betrokken bij de activa van de nalatenschap. Ter comparitie is met partijen de bewijslast ter zake besproken met alle risico’s van dien voor beide partijen, mede tegen de achtergrond van de kosten voor partijen van een verdere voortzetting van de procedure. Het hof heeft daarbij gewezen op het beperkte financiële belang van het geschil dat in hoger beroep voor ligt. In het geval [broer een] er in zal slagen te bewijzen dat vader de opgenomen gelden daadwerkelijk zelf heeft verkregen en aangewend – in welk geval genoemd bedrag van € 47.000,- dus ten onrechte bij de activa is betrokken - zal de legitieme portie van [broer twee] worden verminderd met een bedrag van 25% van € 47.000,- ofwel € 11.750,-. Tegen die achtergrond heeft het hof partijen in overweging gegeven de legitieme op een in lijn daarmee corresponderend lager bedrag dan het door de rechtbank genoemde bedrag van € 22.335,49 te fixeren, teneinde verdere kosten te voorkomen. Van de zijde van het hof is in dat verband een bedrag van € 12.000,- genoemd. Beide partijen hebben daarmee na beraad ingestemd.
3. Het bestreden vonnis zal derhalve worden vernietigd en het hof zal de omvang van de legitimaire vordering, althans het bedrag dat [broer een] ter zake aan [broer twee] betaalt, bepalen op
€ 12.000,-.
4. Gezien de familieverhouding zal het hof de kosten van de procedure compenseren.

Beslissing

Het hof:
vernietigt het vonnis van 16 september 2015 van de rechtbank Rotterdam tussen partijen gewezen en, opnieuw rechtdoende in hoger beroep;
veroordeelt [broer een] om aan [broer twee] te betalen een bedrag van € 12.000,- in het kader van de afwikkeling van de legitieme portie van [broer twee] in de nalatenschap van de vader van partijen;
verklaart dit arrest tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten betaalt, zowel in eerste aanleg als in hoger beroep;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit arrest is gewezen door mrs. P.B. Kamminga , J.A. van Kempen en A.H.N Stollenwerck en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 13 september 2016 in aanwezigheid van de griffier.