8.2Het Hof ziet aanleiding om de Inspecteur te veroordelen in de door belanghebbende in hoger beroep gemaakte kosten van rechtsbijstand. Het Hof stelt deze kosten, op de voet van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht in verbinding met het Besluit proceskosten bestuursrecht en de daarbij behorende bijlage, vast op € 992 (1 punt voor het indienen van het verweerschrift in hoger beroep en 1 punt voor het verschijnen ter zitting van het Hof met een waarde per punt van € 496 en een wegingsfactor van 1).
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank behoudens de veroordeling van de Inspecteur in de proceskosten van belanghebbende en de opdracht aan de Inspecteur om belanghebbende het door hem betaalde griffierecht te vergoeden;
- verklaart het beroep gegrond voor zover het de boetebeschikking betreft;
- verklaart het beroep het overige ongegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar voor zover deze de boetebeschikking betreft;
- wijzigt de boetebeschikking aldus dat daarin de boete wordt vastgesteld op € 2.895;
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten van belanghebbende in hoger beroep ten bedrage van € 992.
Deze uitspraak is vastgesteld door mr. W.M.G. Visser, mr. G.J. van Leijenhorst en mr. J.J.J. Engel, in tegenwoordigheid van de griffier mr. F.A. Mijnans. De beslissing is op 1 februari 2017 in het openbaar uitgesproken.
aangetekend aan
partijen verzonden:
Zowel de belanghebbende als het daartoe bevoegde bestuursorgaan kanbinnen zes wekenna de verzenddatum van deze uitspraak beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. Daarbij moet het volgende in acht worden genomen:
1. Bij het beroepschrift wordt een kopie van deze uitspraak gevoegd.
2. Het beroepschrift wordt ondertekend en bevat ten minste:
-
- de naam en het adres van de indiener;
-
- de dagtekening;
-
- de vermelding van de uitspraak waartegen het beroep in cassatie is gericht;
-
- de gronden van het beroep in cassatie.
Het beroepschrift moet worden gezonden aan de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), Postbus 20303, 2500 EH Den Haag.
De partij die beroep in cassatie instelt is griffierecht verschuldigd en zal daarover bericht ontvangen van de griffier van de Hoge Raad. In het cassatieberoepschrift kan worden verzocht de wederpartij te veroordelen in de proceskosten.