De Rechtbank
3. De Rechtbank heeft overwogen:
5. In geschil is of [belanghebbende] terecht kansspelbelasting heeft voldaan over het bij Pokerstars.fr behaalde resultaat (het resultaat). Het geschil spitst zich toe op de vraag of de aanbieder van Pokerstars.fr is gevestigd binnen de Europese Unie (EU).
6. [ Belanghebbende] stelt dat Pokerstars.fr is gevestigd te Malta en beschikt over een door de Franse autoriteiten afgegeven vergunning en dat daarom sprake is van opbrengsten die wegens schending van artikel 56 VWEU buiten de heffing dienen te blijven. Subsidiair stelt [belanghebbende] dat, indien hij kansspelbelasting is verschuldigd over het resultaat, sprake is van dubbele belastingheffing omdat ook de aanbieder kansspelbelasting heeft voldaan.
7. [ De Inspecteur] stelt dat RG de houder en daarmee de aanbieder is van de pokerspelen van Pokerstars.fr en dat RG is gevestigd te Isle of Man. Volgens [de Inspecteur] is de aanbieder dus buiten de EU gevestigd en is het resultaat terecht in de heffing van kansspelbelasting betrokken. [Belanghebbende] heeft volgens [de Inspecteur] niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van dubbele belastingheffing.
8. [ Belanghebbende] concludeert tot gegrondverklaring van het beroep en teruggaaf van de op aangifte betaalde kansspelbelasting. [De Inspecteur] concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep.
Beoordeling van het geschil
9. Artikel 1 van de Wet op de kansspelbelasting luidt - voor zover hier van belang - als volgt:
'Onder de naam ’kansspelbelasting’ wordt een directe belasting geheven van:
(…)
b. degene die gelegenheid geeft tot deelneming aan binnenlandse kansspelen welke via het internet worden gespeeld;
e. de in Nederland wonende of gevestigde gerechtigden tot de prijzen van buitenlandse kansspelen welke via het internet worden gespeeld.'
10. Artikel 2 van de Wet op de kansspelbelasting luidt - voor zover hier van belang - als volgt:
2. Kansspelen worden als binnenlands beschouwd, indien zij worden gehouden door natuurlijke personen of door lichamen in de zin van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, van wie een of meer in Nederland wonen of zijn gevestigd.
3. Kansspelen worden als buitenlands beschouwd, indien zij niet vallen onder het tweede lid.'
11. Artikel 3 van de Wet op de kansspelbelasting luidt - voor zover hier van belang - als volgt:
'1. De belasting wordt geheven:
a. in de gevallen waarin artikel 1, eerste lid, onderdeel a of b, van toepassing is, naar het verschil tussen de in een tijdvak ontvangen inzetten en de ter beschikking gestelde prijzen, dan wel, zo een ander dan de belastingplichtige de prijzen ter beschikking stelt, naar hetgeen in een tijdvak ontvangen wordt voor het geven van gelegenheid tot deelneming aan casinospelen of tot deelneming aan binnenlandse kansspelen welke via het internet worden gespeeld;
b. in de gevallen waarin artikel 1, eerste lid, onderdeel c of d, van toepassing is, naar de prijzen;
c. in de gevallen waarin artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van toepassing is, naar het positieve verschil tussen de in een kalendermaand gewonnen prijzen en de in die kalendermaand gedane inzetten.'
12. Artikel 5a van de Wet op de kansspelbelasting luidt - voor zover hier van belang - als volgt:
3. Indien het in artikel 3, eerste lid, onderdeel a, bedoelde verschil over een tijdvak negatief is, wordt het verrekend met het positieve verschil over een volgend tijdvak. De verrekening geschiedt in de volgorde waarin zich negatieve en positieve verschillen voordoen.'
13. In het arrest van 27 februari 2015, nr. 13/04292 (ECLI:NL:HR:2015:471) heeft de Hoge Raad onder meer het volgende overwogen: '2.6.1. Het derde middel betoogt dat het Hof ten onrechte heeft geoordeeld dat de plaats van vestiging van de aanbieders van internetpoker via de websites Full Tilt Poker en Pokerstars is gelegen buiten de Europese Unie. Volgens het middel zijn de aanbieders gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie, zodat aan belanghebbende een beroep toekomt op de vrijheid van dienstenverkeer.
2.6.2. Bij de beoordeling van het middel stelt de Hoge Raad voorop dat de plaats van vestiging van een dienstverlener, die moet worden vastgesteld overeenkomstig de rechtspraak van het Hof van Justitie van de EU, impliceert de daadwerkelijke uitoefening van een economische activiteit voor onbepaalde tijd door middel van een duurzame vestiging in een lidstaat (vgl. HvJ 12 september 2006, Cadbury Schweppes, C-196/04, ECLI:EU:C:2006:544, punt 54; HvJ 15 september 2011, Dickinger en Ömer, C-347/09, ECLI:EU:C:2011:582, punt 35). De omstandigheid dat de autoriteiten vergunningen voor de betreffende specifieke diensten verstrekken kan een aanwijzing zijn voor de plaats van vestiging, evenals de plaats waar de feitelijke leiding van de vennootschap die de diensten aanbiedt zich bevindt.
2.6.3. Het middel faalt. 's Hofs oordeel dat een beroep op de vrijheid van dienstenverkeer toekomt aan de (rechts)persoon die de vergunning houdt voor het aanbieden van gokdiensten, dan wel de (rechts)persoon op wie de contractuele verplichtingen jegens de afnemers van de gokdiensten rusten, getuigt niet van een onjuiste rechtsopvatting.'
14. In het arrest van 27 februari 2015, nr. 14/03069 (ECLI:NL:HR:2015:472), heeft de Hoge Raad als volgt geoordeeld: 'De rechtstreekse werking en voorrang van artikel 56 VWEU brengen mee dat de hiermee strijdige bepalingen van nationaal recht in zoverre buiten toepassing moeten worden gelaten. In het onderhavige geval brengt dit mee dat de heffing van kansspelbelasting over het positieve verschil tussen de in een kalendermaand gewonnen prijzen en de in die kalendermaand gedane inzetten behaald bij in andere lidstaten van de EU gevestigde aanbieders achterwege moet blijven. In het gebrek dat aan de wettelijke regeling kleeft als gevolg van de hiervoor in 4.5.1 vastgestelde schending van artikel 56 VWEU kan door de rechter namelijk niet op andere wijze worden voorzien omdat uit het stelsel van de wet, de daarin geregelde gevallen en de daaraan ten grondslag liggende beginselen noch uit de wetsgeschiedenis, voldoende duidelijk kan worden afgeleid hoe dit zou dienen te geschieden (vgl. HR 14 november 2008, nr. 40597bis, ECLI:NL:HR:2008:BG4211, BNB 2009/3).' 15. Nu [belanghebbende] stelt dat in onderhavig geval sprake is van heffing van kansspelbelasting die strijdig is met artikel 56 VWEU, omdat de aanbieder van Pokerstars.fr is gevestigd op Malta en dat deze aldaar daadwerkelijk vanuit een duurzame vestiging voor onbepaalde tijd economische activiteiten uitoefent, dient [belanghebbende] de vestiging van Pokerstars.fr op Malta aannemelijk te maken.
16. Naar het oordeel van de rechtbank moet als aanbieder van het pokerspel worden aangemerkt degene met wie de speler een rechtsbetrekking is aangegaan op grond waarvan de speler de gelegenheid is geboden deel te nemen aan het pokerspel. De deelname aan het pokerspel vindt plaats door middel van de software die de aanbieder van het spel ter beschikking stelt. De rechtbank is van oordeel dat degene die de software ter beschikking stelt waarmee daadwerkelijk toegang wordt verkregen tot het pokerspel, de aanbieder van het pokerspel is.
17. Uit het bij 4. geciteerde stuk volgt dat [belanghebbende] een overeenkomst heeft gesloten met Reel. Daarmee heeft [belanghebbende] aannemelijk gemaakt dat Reel zijn contractspartner is en dat deze de software aan hem ter beschikking stelt.
18. [ De Inspecteur] weerspreekt op zichzelf niet dat Reel is gevestigd op Malta en beschikt over een door de Franse autoriteiten afgegeven vergunning voor het aanbieden van internetkansspelen, maar stelt dat Reel op Malta niet beschikt over de mensen en de technische middelen die nodig zijn om de kansspeldiensten te verlenen. Volgens [de Inspecteur] worden alle feitelijke werkzaamheden verricht door het op Isle of Man gevestigde RG. [De Inspecteur] heeft aannemelijk gemaakt dat RG zijn hoofdkantoor heeft op Isle of Man, dat de vestiging op Isle of Man een aanzienlijke omvang heeft, dat daar belangrijke beslissingen worden genomen ten aanzien van de verschillende onderdelen van RG en dat de infrastructuur benodigd voor het spelen van internetpoker zich voornamelijk daar bevindt. Onder die omstandigheden is het aan [belanghebbende] om aannemelijk te maken dat (ook) op Malta sprake is van een vestiging van waaruit door Reel economische activiteiten worden verricht als bedoeld in de door de Hoge Raad aangehaalde jurisprudentie van het Hof van Justitie van de EU. [Belanghebbende] heeft daarvoor echter niets overgelegd. Het enkele feit dat de vergunning is afgegeven door de Franse kansspelautoriteiten is onvoldoende om aan te nemen dat de aanbieder van het kansspel binnen de EU is gevestigd. Gesteld noch gebleken is dat de vergunning eisen stelt aan de vestigingsplaats van de aanbieder van het kansspel.
19. Uit al het voorgaande volgt dat [belanghebbende] niet is geslaagd in het van hem te vergen bewijs dat ter zake van de opbrengsten bij Pokerstars.fr belastingheffing achterwege dient te blijven wegens strijd met artikel 56 VWEU. [Belanghebbende] heeft verder ter onderbouwing van zijn stelling dat sprake is van dubbele belastingheffing, tegenover de weerspreking door [de Inspecteur], geen stukken overgelegd. Ook anderszins is niet gebleken dat daarvan sprake is.
20. Gelet op wat hiervoor is overwogen, dient het beroep ongegrond te worden verklaard.
21. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding.