Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
verweerder in het voorwaardelijk incidenteel hoger beroep,
1.Het geding
2.Feiten
Standards of Business Conduct voor alle ondernemingen van Exxon Mobiel in de Benelux” ondersteuning en advies aan onder andere de directie van EMCH. Het BPC heeft geadviseerd onderzoek te doen naar de door de stagiair genoemde voorvallen en interviews te houden met alle betrokkenen. Dat is vervolgens gebeurd. Van de gesprekken die met de verschillende shiftleden zijn gehouden zijn uitgebreide gespreksverslagen opgemaakt. Op advies van het BPC zijn [verzoeker], [lid shift 1] en [lid shift 2] voor de tweede keer gehoord. [verzoeker] en [lid shift 1] zijn voor de tweede keer gehoord, omdat zij volgens mededelingen van de stagiair het meest direct betrokken waren bij de pesterijen. [lid shift 2] is voor de tweede keer gehoord omdat hij volgens EMCH bij het eerste gesprek de meest open en eerlijke houding aannam.
3.Het geschil
4.Beoordeling van het hoger beroep
Deze kan je om krijgen.” Volgens [verzoeker] is er geen fysiek contact geweest, maar hij heeft ook verklaard niet te begrijpen waarom hij dit heeft gezegd, “
dat dit uit mijn mond is gekomen.” Uit de verklaring van P. [lid shift 3] volgt dat [verzoeker] – met een zak tie wraps in zijn hand – tegen de stagiair heeft gezegd
“Ik zal ze om je nek doen.”[verzoeker] heeft voor zijn opmerking zijn excuses aangeboden aan de stagiair. Dat [verzoeker] achteraf kennelijk ook zelf is geschrokken van zijn eigen opmerking, bevestigt naar het oordeel van het hof de intimiderende aard daarvan.
je een tik op je tanden kunt krijgen.” Tijdens de mondelinge behandeling bij het hof heeft [verzoeker] overigens verklaard dat hij heeft gezegd
“je kan een tik krijgen”en niet “
je kan een tik op je tanden krijgen”, maar beide opmerkingen zijn naar het oordeel van het hof zeer ongepast. Dat het niet bij een enkele opmerking is gebleven leidt het hof onder meer af uit de verklaring van de eerder genoemde collega [lid shift 2]. Hij heeft over het incident op 18 december 2017 verklaard dat het van kwaad tot erger ging en dat het “
vragen” om appeltaart misschien een beetje te lang heeft geduurd. Hij heeft ook verklaard dat de stagiair aangaf het niet fijn te vinden en verder: “
We stopten, maar het was misschien al de druppel. Als je dit niet gewend bent, vind je dat wel erg als buitenstaander.” Deze laatste verklaring is voor wat betreft de duur van het incident in overeenstemming met wat de stagiair hierover heeft verklaard. Volgens de stagiair ging het de hele avond over de appeltaart. Ook [verzoeker] heeft erkend dat hij meer dan eens bij de stagiair heeft aangedrongen op een appeltaart. Hij heeft in dit verband verklaard dat hij denkt dat hij het er die dag een keer of vier met de stagiair over heeft gehad. Het hof neemt dus aan dat de stagiair gedurende langere tijd is aangesproken op het meenemen van een appeltaart en leidt uit de verklaring van [lid shift 2] af dat het van kwaad tot erger ging. Mede gelet op de zeer ongepaste opmerking van [verzoeker] dat de stagiair een tik (al dan niet met de toevoeging “
op zijn tanden”) kon krijgen, was van een gemoedelijke sfeer dus geen sprake. Ook bij dit incident heeft [verzoeker] dus niet ingegrepen maar juist actief meegedaan, terwijl zichtbaar was dat de stagiair het niet fijn vond.
het (…) misschien een signaal [had] kunnen zijn.” [lid shift 2] heeft in zijn verklaring bevestigd dat ook [verzoeker] waarschijnlijk in woorden als “
zo, gaan we nog eens koffie zetten”, en “
Zo, wat denk je ervan als jij nog ’s koffie zet” tegen de stagiair heeft gesproken. Ook hierbij heeft [verzoeker] dus niet gehandeld zoals EMCH van hem als mentor van de stagiair mocht verwachten.
sufkut” heeft genoemd en hem heeft gevraagd “
ben je verliefd op me dat je me zo zit aan te kijken”. Ook dergelijk taalgebruik is ongepast en heeft bijgedragen aan de onveilige werksfeer voor een jonge en onervaren stagiair.
mannenkantine-gedrag”. Dit geldt nog meer nu deze incidenten hebben plaatsgevonden tijdens een stage van een student, die per definitie een kwetsbare positie heeft, de stagiair zich naar aanleiding van de door hem gemelde pesterijen heeft ziekgemeld en – volgens de verklaring van zijn vader van 9 januari 2018 – nachtmerries had en niet kon slapen. Duidelijk is dus dat de gedragingen een grote impact op hem hebben gehad.
Train de trainer”, waarin onder meer het belang van een juiste houding van de trainer/mentor is onderstreept.