Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
De beoordeling van het bezwaar van [appellante] tegen de vermeerdering van eis
NJ2009/21 (
Willemsen/NOM)). Dit betekent dat [geïntimeerde] daarmee incidenteel hoger beroep heeft ingesteld en dat zijn memorie van antwoord moet worden aangemerkt als een memorie van antwoord in principaal hoger beroep, tevens memorie van grieven in incidenteel hoger beroep, waarop [appellante] kan reageren bij memorie van antwoord in incidenteel beroep. [appellante] heeft geen andere feiten en omstandigheden aangevoerd die de conclusie zouden kunnen rechtvaardigen dat de eiswijziging in strijd is met de goede procesorde, zodat de conclusie luidt dat de eiswijziging toelaatbaar is.
mediation) deze zaak te schikken. Ongeacht wat de uitkomst van het eindarrest in deze zaak zal zijn, is het namelijk niet waarschijnlijk dat dat arrest dat nabuurschap zal verbeteren, evenmin als dat waarschijnlijk is als het gaat om het eindvonnis in de hiernaast nog tussen partijen lopende zaak. Het hof heeft genoteerd dat [geïntimeerde] zich eerder heeft verzet tegen het houden van een comparitie die mede tot doel had het bereiken van een schikking, maar acht een dergelijke comparitie nog steeds geraden en zal daarom mogelijk, nadat alle stukken zijn gewisseld, een mondelinge behandeling gelasten.