Uitspraak
ERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 23 augustus 2022
[appellant],
[geïntimeerde],
De zaak in het kort
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
[adres]op de stukken die [geïntimeerde] als productie 1 ter onderbouwing van zijn factuur heeft overgelegd voldoende om de op die stukken vermelde werkzaamheden in verband te brengen met de overeenkomst. De eerste factuur van NED personeel d.d. 10 februari 2019 gaat vergezeld van een werkbon die vermeldt “[adres], diverse werkzaamheden”. Het hof acht die voldoende duidelijk. Dat in dit geding de parkeerbonnen waarnaar op de werkbon wordt verwezen niet zijn bijgevoegd doet niet af aan de gewerkte uren. De tweede factuur van NED personeel van 17 februari 2019 gaat vergezeld van een werkbon die vermeldt als adres “[adres 2]” en “[adres]”. Deze factuur laat zich slecht anders begrijpen dan dat de werkzaamheden op twee adressen zijn verricht. Bij “gewerkte uren” zijn deze uitgesplitst naar adres. [appellant] heeft niet gesteld en het is ook niet gebleken dat [geïntimeerde] op het adres [adres 2] gewerkte uren in zijn factuur aan [appellant] heeft betrokken. De volgende werkbon vermeldt weer “[adres]”. Voor de factuur van 24 februari 2019 met een werkbon waarop zowel “[adres]” als “COKD/Puttershoek” staat, geldt hetzelfde als hiervoor is opgemerkt over de combinatie [adres 2] en [adres]. De daaropvolgende vijf facturen hebben allemaal werkbonnen met vermelding “[adres]”. Voor de factuur van 7 april 2019 waarbij de werkbon ook het adres “[adres 3]” vermeldt, geldt eveneens hetzelfde als hierboven is vermeld over de werkbon “[adres 2]” en “[adres]”.
Beslissing
- veroordeelt [appellant] om aan [geïntimeerde] tegen kwijting te betalen een bedrag van € 14.410,82 aan hoofdsom, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 25 april 2019 tot aan de dag der voldoening, en € 919,10 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- bekrachtigt het vonnis voor het overige;
- veroordeelt [appellant] in de kosten van het hoger beroep, tot op heden aan de zijde van [geïntimeerde] begroot op € 760,-- aan verschotten en € 2.228,-- voor salaris van de advocaat;
- wijst het door [appellant] in hoger beroep meer of anders gevorderde af;
- verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad.