ECLI:NL:GHDHA:2024:1034

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
18 juni 2024
Publicatiedatum
24 juni 2024
Zaaknummer
200.300.052/01
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid leverancier voor gebreken in gietvloer en benoeming deskundige

In deze zaak gaat het om een geschil tussen Janmaat Vloeren B.V. en twee verweerders over de kwaliteit van een aangebrachte gietvloer in hun woning. De verweerders hebben Janmaat Vloeren in gebreke gesteld omdat de gietvloer niet naar behoren functioneert, met name in de badkamers waar het douchewater niet goed wegvloeit. De zaak is in hoger beroep gekomen na een eerdere uitspraak van de rechtbank, waarin Janmaat Vloeren werd veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan de verweerders. Het hof heeft geoordeeld dat deskundigenonderzoek noodzakelijk is om de gebreken aan de gietvloer vast te stellen en om te bepalen of Janmaat Vloeren aansprakelijk is voor deze gebreken. Het hof heeft vragen geformuleerd voor de deskundige, waaronder de oorzaken van de gebreken en de herstelmogelijkheden. De zaak is aangehouden voor het benoemen van een deskundige en het afwachten van het deskundigenrapport.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Civiel recht
Team Handel
Zaaknummer hof : 200.300.052/01
Zaaknummer rechtbank : C/09/611839 / HA ZA 21-455
Arrest van 18 juni 2024
in de zaak van
Janmaat Vloeren B.V.,
gevestigd in Krimpen aan de Lek, gemeente Nederlek,
appellante in het principaal hoger beroep,
verweerster in het incidenteel hoger beroep,
advocaat: mr. V.T.E. Kuijpers, kantoorhoudend in Capelle aan den IJssel,
tegen

1.[verweerder 1],

2. [verweerder 2],
beiden wonend in [woonplaats],
verweerders in het principaal hoger beroep,
appellanten in het incidenteel hoger beroep,
advocaat: mr. R. Vane, kantoorhoudend in Naaldwijk.
Het hof zal partijen hierna noemen respectievelijk: Janmaat Vloeren, [verweerder 1] en [verweerder 2]. [verweerder 1] en [verweerder 2] zullen hierna gezamenlijk [verweerders] (in meervoud) worden genoemd.

1.De zaak in het kort

1.1
[verweerders] hebben met Janmaat Vloeren een overeenkomst van opdracht gesloten voor het aanbrengen van een naadloze gietvloer in hun woning. De gietvloer is niet naar tevredenheid van [verweerders] aangebracht. Eén van de problemen betreft het niet goed wegvloeien van het douchewater. Ook zou de vloer op de begane grond inmiddels gebreken vertonen.
1.2
Het hof is van oordeel dat voorlichting door een deskundige noodzakelijk is voor de verdere beoordeling. Partijen wordt gevraagd zich uit te laten over de in dit arrest geformuleerde onderzoeksvragen en de deskundige die het hof voornemens is te benoemen. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

2.Procesverloop in hoger beroep

2.1
Het verloop van de procedure in hoger beroep blijkt uit de volgende stukken:
  • de dagvaarding van 15 september 2021, waarmee Janmaat Vloeren in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de rechtbank Den Haag van 8 september 2021 (hierna ook: het vonnis of het bestreden vonnis);
  • het arrest van dit hof van 19 oktober 2021, waarin een mondelinge behandeling (na aanbrengen van de dagvaarding) is gelast;
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 12 januari 2022;
  • de memorie van grieven van Janmaat Vloeren, met bijlagen;
  • de memorie van antwoord van [verweerders], tevens inhoudende incidenteel appel met vermeerdering van eis, met bijlagen;
  • de memorie van antwoord in het incidenteel appel;
  • de ‘productie A’ die Janmaat Vloeren ter gelegenheid van de hierna te noemen mondelinge behandeling heeft overgelegd.
2.2
Op 31 januari 2024 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. Bij die gelegenheid hebben de hiervoor genoemde advocaten de zaak toegelicht, mr. Vane aan de hand van pleitaantekeningen die hij heeft overgelegd.

3.Feitelijke achtergrond

3.1
[verweerders] hebben een woning laten bouwen door Villabouw Nederland B.V. (hierna: Villabouw). In de woning hebben [verweerders] twee badkamers laten installeren door F. van der Zalm (hierna: de badkamerinstallateur).
3.2
[verweerders] hebben op of omstreeks 16 mei 2019 een overeenkomst gesloten met Janmaat Vloeren voor het aanbrengen van een gietvloer in de gehele woning van [verweerders] voor een totaalbedrag van € 12.700,00 (hierna: de overeenkomst). Overeengekomen is dat een naadloze gietvloer zou worden aangebracht op zowel de begane grond als de eerste verdieping en aldaar onder meer in de twee door de badkamerinstallateur te installeren badkamers. [verweerders] hebben in twee termijnen een bedrag van in totaal € 8.879,00 aanbetaald.
3.3
Op de overeenkomst zijn de ‘Garantie- en algemene voorwaarden van Janmaat Vloeren B.V.’ van toepassing (hierna: de algemene voorwaarden). Deze bepalen onder meer als volgt:
“Artikel 2 Offerte
(…)
b. De prijsopgave in de offertes is gebaseerd op de aanname dat de ruimtes en de ondergronden, waarop of waaraan Janmaat haar producten aanbrengt, voldoen aan de eisen die zijn opgenomen in de artikelen 5 en 6 van deze voorwaarden en de bij de overeenkomst gevoegde checklist.(…)
Artikel 6 Bijzondere verplichtingen van u als afnemer m.b.t. voorbereiding ondergronden
A.
Voor cementgebonden/anhydriet en betonnen ondergronden geldt:
(…)
4. Het eventueel aanbrengen van afschotten in de ondergrond.
(…)
De hierboven opgesomde punten voor de ondergronden zijn essentieel voor een goede oplevering van uw Janmaat vloer. De voorwaarden beïnvloeden in grote mate het kwalitatieve eindresultaat. Kunnen de punten zoals vermeld in punt 5 en 6 door u niet nagekomen worden, proberen wij u daarmee te helpen. Houdt u dan wel rekening met meerkosten die wij moeten maken. (…) Houdt u er ook rekening mee dat u als afnemer bij niet-nakoming ook het risico van eventuele gebreken aan de vloer draagt. Is het mogelijk het project uit te stellen om de vloer alsnog aan de eisen te kunnen laten voldoen, dan is de afnemer aansprakelijk voor de daar uitvloeiende schade door capaciteit- en tijdsverlies.
(…)
Artikel 8 Garantie
a. Janmaat staat in voor de goede hoedanigheid van het product, waaronder begrepen de geschiktheid voor het doel waarvoor de vloer blijkens de overeenkomst is gelegd.
(…)
Checklist
Wij willen er alles aan doen om onnodig meerwerk en vertragingen te voorkomen. Deze tips zijn ervoor bedoeld om dat te bereiken. Lees deze checklist daarom zorgvuldig door. Deze lijst is een onderdeel van de algemene voorwaarden.”
3.4
Villabouw heeft zorggedragen voor het aanbrengen van een ondervloer in de woning. Medio augustus 2019 heeft de badkamerinstallateur afschotten gemaakt en goten besteld voor de douches van beide badkamers.
3.5
Op 18 september 2019 heeft Janmaat Vloeren een inspectie uitgevoerd in de woning en daarna – bij e-mail van 20 september 2019 – aan [verweerders] geschreven:
“Beste [verweerder 1],
Onder verwijzing naar het inspectie bezoek bij jullie ter plaatse het volgende.
Rondom bij het profiel van het kruipluik zit de dekvloer los, tevens ligt deze te hoog ten opzichte van het profiel.
(…)
Eindconclusie: In de wetenschap dat de aannemer ervan op de hoogte is dat er een gietvloer toegepast zal worden zal worden is deze in slechte staat en dat komen wij niet zo vaak tegen.”
3.6
Op 1 oktober 2019 heeft Janmaat Vloeren een ‘Checklist Gietvloer’ aan [verweerders] toegestuurd.
3.7
Op 2 oktober 2019 heeft Janmaat Vloeren de ondervloer opnieuw geïnspecteerd. Op 3 oktober 2019 heeft Janmaat Vloeren aan [verweerders] het volgende e-mailbericht gezonden:
“Beste [verweerder 1],
Wederom na de inspectie van deze week is er weinig veranderd de eerder bevindingen.
De ondervloer voldoet niet aan onze leveringsvoorwaarden zoals genoemd in artikel 6.
Daarvoor trekken wij de afgegeven garantie volgens de leveringsvoorwaarden in.
(…)”
3.8
Na overleg tussen Villabouw en Janmaat Vloeren is afgesproken dat – kort gezegd – Villabouw onder toezicht van Janmaat Vloeren vloerreparaties zou verrichten aan de woning. Daarna hebben [verweerders] – na geïnformeerd te zijn over deze gemaakte nadere afspraken – bij e-mailbericht van 6 oktober 2019 aan Janmaat Vloeren geschreven:
“Beste [naam],Wat fijn om te horen! (…)De klusjesman [naam] zal vrijdag al jullie aanwijzingen netjes uitvoeren/oplossen. (…)Ik neem aan dat we dan weer garantie hebben op de gietvloer?”
In reactie op deze e-mail heeft Janmaat Vloeren bevestigend geantwoord.
3.9
Op 11 oktober 2019 heeft Janmaat Vloeren de gietvloer aangebracht. Na het aanbrengen daarvan hebben [verweerders] erover geklaagd dat sprake was van bepaalde gebreken en aangedrongen op herstel daarvan.
3.1
In verband met te verrichten herstelwerkzaamheden hebben [verweerders] op 7 november 2019 een drietal ‘Easydrain’ roosters besteld voor een bedrag van € 614,00 (inclusief BTW).
3.11
Op 10 februari 2020 hebben [verweerders] aan Janmaat Vloeren bericht per e-mail:
“Beste [naam],
Er moeten nog wat werkzaamheden worden afgerond/hersteld. De nieuwe goten zijn eindelijk ontvangen en dan zal [de badkamerinstallateur] deze aanstaande zaterdag meenemen. Mijn vraag aan jou is dan ook of jullie aanstaande zaterdagochtend hier bij willen zijn zodat we met elkaar kunnen beoordelen hoe de goten zo netjes mogelijk afgewerkt/geplaatst kunnen worden. En mits mogelijk ook meteen gekit/geplaatst kunnen worden. (…) Aangezien de originele goten uitgeboord moesten worden waardoor ook de egalisatievloer verwijderd is laat ik even aan jou over wat nu het beste is. Wellicht dat je eerst egalisatie wil gieten voordat jullie afkitten. Zolang het maar waterdicht is en er netjes uitziet. De werkzaamheden die nog open staan:
1.
Alle goten moeten geplaatst/afgemonteerd en gekit worden.
2.
Beschadigingen rond om de goten repareren.
3.
Randen om de twee deurmatten plaatsen.
4.
Vlek bij de voordeur verwijderen.
(…)”
3.12
Op 10 februari 2020 heeft Janmaat Vloeren per e-mail geantwoord:
“Beste [verweerder 1]
De egalisatie heeft niks te maken met de waterdichtheid .
De goten zitten er in wij hebben alleen de rooster rondom ingezaagde en de rooster achtergelaten .
Deze zullen wij in samenspraak weer terug plaatsen en rondom af kiten.
De beschadigingen opschuren en met maatlaag aanleggen.
Ook de afwerk profielen zullen wij aanbrengen. En de vlek zullen we ook schoonmaken. Dan is alles netjes klaar .
Op deze dag wil ik ook de betaling afronden.Mvg [naam]”
3.13
Een door Janmaat Vloeren ingeschakelde ‘kitter’ – de heer [kitter] (hierna: [kitter]) – heeft op of omstreeks 3 maart 2020 het volgende appbericht aan Janmaat Vloeren gestuurd:
“Beste [naam],
In opdracht van jou (Janmaat vloeren) ben ik naar [het adres van de woning van [verweerders]] gereden om de schade aan de vloer/goot te repareren. Ik heb geconstateerd dat dit niet mogelijk is d.m.v kitwerk. De gietvloer is over de
goten heengelopen waardoor de goot nu onder het punt van de (giet)vloer zit. De gietvloer is ook niet recht afgesneden waardoor dit niet d.m.v. kitwerk opgelost kan worden. Daarbij is het afschot niet juist. Het laagste punt ligt in het midden van de douchecel terwijl dit bij het punt van de goot had moeten zitten. Mijn conclusie is dat de vloer opnieuw gegoten moet worden waarbij de vloer tegen het stelraam van de goot gegoten moet worden. Het laagste punt moet dan ter plaatse van de goot gemaakt worden.
Mvg,
[kitter].”
3.14
Bij e-mailbericht van 4 maart 2020 heeft Janmaat Vloeren aan [verweerders] geschreven:
“Beste [verweerders],
Ik ben net terug op kantoor en zou nog even contact opnemen hoe en wat verder.
Om verdere escalatie te voorkomen stel ik voor een onafhankelijk expert in te schakelen. (…)”
3.15
Op 4 maart 2020 hebben [verweerders] bij Janmaat Vloeren per e-mail aangedrongen op een oplossing, onder meer daarin bestaande dat door Janmaat Vloeren zou worden toegezegd dat een nieuwe vloer op de bovenverdieping zou worden aangebracht.
3.16
Bij e-mail van 5 maart 2020 heeft Janmaat Vloeren aan [verweerders] bericht:
“(…)
Janmaat heeft bij jullie een betonlook vloerafwerking aangebracht .
Door jou is vloermortel van de douche afvoer weg gesneden. Dat is niet een juiste handelwijze
Door jou is schade aangebracht aan het werk en we hebben samen gekeken of een kitbedrijf dit kon oplossen.
Er is een situatie ontstaan waar ik nu niet weet wat de oplossing is voor een duurzaam herstel.
Vast staat natuurlijk dat de aansluiting va de vloer met de goot waterdicht moet zijn.
Ik heb daarom voorgesteld om een onafhankelijk deskundige te raadplegen voor een goed herstel.
Daarover wil ik vooraf overeenstemming om te voorkomen dat jullie die deskundige achteraf niet deskundig of onafhankelijk vindt.
(…)
Omdat de vloer perfect is aangebracht, is het vervangen van deze vloeren in ieder geval niet aan de orde en dat zeggen wij je dus ook niet toe.
Volgens ons gaat het hier om de detaillering aansluiting vloer op goot en misschien is de door u toegepaste goot wel niet geschikt voor een kunststof vloerafwerking; wij hebben daar geen verstand van . Dat is normaal gesproken een aspect dat een aannemer regelt maar u bent hier een "eigen-bouwer".
Over de door jou gemaakte juridische opmerkingen hebben wij geen oordeel.
Wel denken wij dat als je meent zelf in de vloer te moeten gaan snijden, jij dan ook zelf verantwoordelijk bent voor de schade die daarvan een gevolg is.
Janmaat heeft niet de dekvloer gesmeerd.
Janmaat heeft niet de afvoergoten gesteld.”
3.17
Bij e-mailbericht van 5 maart 2020 hebben [verweerders] geantwoord:
“Beste [naam],
Er worden door jou een groot aantal zaken verdraaid. Er is niks door ons weggesneden. Jullie hebben de gietvloer weggesneden nadat jullie over de goten heen hebben gegoten. (…)
[De badkamerinstallateur] heeft het afschot op jullie advies op hoogte gebracht. [De badkamerinstallateur] heeft op jullie advies meerdere malen de goten op hoogte gesteld. Alles naar aanleiding van jullie aanwijzingen waar jullie steeds zelf bij waren.
Ook de kitter die jullie zelf hebben ingeschakeld (…) [[kitter]] heeft aangegeven dat het werk van de vloer bij de goten 'bagger' is. De gehele vloer op beide verdiepingen is niet recht en slecht afgesneden bij de goten. Deze
bevestiging is in ons bezit.
Daarbij geef je aan dat het werk welke door ons is uitgevoerd niet juist is??. Ik vraag me hier ook af welk werk je bedoelt aangezien we alles door jullie hebben laten uitvoeren (m.b.t. de vloer). En als er andere partijen jullie geholpen hebben (of voorbereidende werkzaamheden hebben gedaan) dan hebben hun de werkzaamheden steeds op jullie advies uitgevoerd. Ook hiervan heb ik van alle partijen (ook van jullie) schriftelijke bevestigingen.
En al zou het zijn dat jullie geen vertrouwen hadden in het eindresultaat van jullie vloer. Dan had je dit van te voren moeten aangeven of de vloer niet moeten gieten. Al de opmerkingen die jullie van te voren hebben gehad zijn opgelost waarbij jullie de regie hebben gehad. Jullie hebben er voor gekozen om de vloer te gieten waardoor wij als consument er vanuit kunnen gaan dat alle overige zaken door jullie akkoord zijn bevonden.
Wij voelen ons op dit moment niet gebonden aan een LRGD geregistreerde deskundige. Elke deskundige die hier inmiddels zijn geweest-> ook de door jou ingeschakelde personen, constateren hetzelfde probleem. Jou vloer
ter plaatse van de goten is 'bagger'.”
3.18
Bij brief van 12 maart 2020 heeft de advocaat van [verweerders] Janmaat Vloeren in gebreke gesteld en een laatste termijn van vier weken gegeven voor herstel door (onder meer) het aanbrengen van een nieuwe gietvloer op de bovenverdieping.
3.19
Bij brief van 30 maart 2020 heeft de advocaat van Janmaat Vloeren de aansprakelijkheid betwist en onder meer voorgesteld een onafhankelijk deskundige in te schakelen.
3.2
Een op initiatief van Janmaat Vloeren opgesteld onderzoeksrapport door P.J. de Vries h.o.d.n. Technocentrum Vloeren (hierna: Technocentrum Vloeren) – aan welk onderzoek [verweerders] medewerking hebben verleend – vermeldt onder meer:
“Over de vloerafwerking in het algemeen zijn geen klachten met uitzondering van de vloerafwerking in twee douche ruimtes op de verdieping. De gietvloer op zich is keurig aangebracht.
In de badkamers zijn in opdracht van en in overleg met opdrachtgever [Janmaat Vloeren] door D. van de Zalm [de badkamerinstallateur] afvoergoten aangebracht in combinatie met een cement dekvloer.
Bij het aanbrengen van de gietvloeren is er gietvloer compound over de rand van de goot gelopen.
Dat overgelopen materiaal is verwijderd.
Vervolgens is de gietvloer rondom de goot ingesneden/ ingezaagd.
Daarbij werden de fronten beschadigd en daarom werden nieuwe fronten besteld en aangebracht in opdracht van opdrachtgever door [naam].
(…)
Het afschot in de vloer van de kleine badkamer van deur tot goot bedraagt 5 mm. De goot ligt hier 2,5 mm boven de vloer zodat het afschot tot 2,5 mm is beperkt over ca. 80 cm afstand.
(dat is 3 mm/m' in plaats van 6 mm/m' en gewenst is minimaal 10 tot max. 20 mm)Het afschot in de grote badkamer (doucheruimte) bedraagt 10 mm; de goot ligt hier 0,5 mm hoger. (dat is 12 mm/m').
(…)”
3.21
In het rapport van Technocentrum Vloeren werden drie mogelijke oplossingen geschetst. Partijen hebben vervolgens gesproken over de derde in het rapport geschetste oplossing. Daarbij zouden de gebruikte ‘fronten’ worden vervangen door ‘TAF-LOW’ fronten die kunnen worden gesteld tot 1 mm onder de bestaande gietvloer. Partijen hebben over deze oplossing geen overeenstemming kunnen bereiken omdat zij het niet eens konden worden over de vraag wie de kosten van het herstel zou dragen. De herstelkosten voor deze (derde) optie waren door de badkamerinstallateur begroot op € 5.808,00 (inclusief BTW).
3.22
Vervolgens hebben [verweerders] opdracht gegeven aan Top Expertise B.V. (hierna: Top Expertise) om onderzoek te verrichten naar de gebreken van de vloer en de oorzaken daarvan. Het door Top Expertise opgestelde onderzoeksrapport vermeldt onder meer dat ‘TAF fronten’ zijn toegepast die zijn bedoeld voor vloertegels, terwijl TAF LOW fronten hadden moeten worden geplaatst en de gietvloer in de douche en badkamers op een onjuiste wijze is gegoten. De herstelkosten worden begroot op (in elk geval) € 18.070,00.
3.23
Bij brief van 4 maart 2021 heeft de advocaat van [verweerders] bericht de overeenkomst te ontbinden, Janmaat Vloeren gesommeerd het reeds betaalde bedrag van € 8.879,00 terug te betalen en aanspraak gemaakt op schadevergoeding.
3.24
Op 21 april 2022 heeft Top Expertise in opdracht van [verweerders] onderzoek verricht naar gebreken aan de door Janmaat Vloeren aangebrachte gietvloer op de benedenverdieping. Het rapport van Top Expertise van 1 juni 2022 (hierna: het aanvullende rapport van Top Expertise) vermeldt onder meer dat sprake is van craquelévorming, strepen, scheuren en structuurverschillen in de gietvloer. Volgens Top Expertise is de vloer – met name rondom de eethoek – niet juist aangebracht, is plaatselijk herstel niet mogelijk en moet de vloer opnieuw worden gegoten. De kosten daarvan worden door Top Expertise geschat op € 13.794,00 inclusief BTW.

4.Procedure bij de rechtbank

4.1
[verweerders] hebben Janmaat Vloeren gedagvaard en gevorderd dat, bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Janmaat Vloeren wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 52.763,20, te vermeerderen met rente en kosten.
4.2
Aan deze vordering leggen [verweerders] het volgende ten grondslag. In mei 2019 hebben [verweerders] en Janmaat Vloeren de overeenkomst gesloten. Het werk is nimmer deugdelijk door Janmaat Vloeren opgeleverd. [verweerders] hebben de overeenkomst bevoegdelijk ontbonden, recht op terugbetaling van de reeds betaalde aanneemsom en vanwege diverse tekortkomingen ook recht op schadevergoeding. Verder vorderen [verweerders] vergoeding van de buitengerechtelijke incassokosten en de kosten van de door [verweerders] ingeschakelde deskundige.
4.3
Janmaat Vloeren heeft in eerste aanleg niet tijdig van conclusie van antwoord gediend. Haar verzoek om een mondelinge behandeling te gelasten heeft de rechtbank daarna afgewezen omdat de rechtbank van oordeel was dat dit verzoek van Janmaat Vloeren ten doel had haar eerdere verzuim te herstellen, hetgeen de rechtbank heeft aangemerkt als misbruik van procesrecht. Het gevolg is dat Janmaat Vloeren in eerste aanleg verder niet meer in de gelegenheid is gesteld om inhoudelijk verweer te voeren tegen de vorderingen van [verweerders]
4.4
De rechtbank heeft Janmaat Vloeren veroordeeld tot betaling aan [verweerders] van € 45.857,70, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang van 21 maart 2021 tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van Janmaat Vloeren in de kosten, daaronder begrepen een bedrag van € 3.005,13 wegens buitengerechtelijke kosten.

5.Vorderingen in hoger beroep

in principaal appel

5.1
Janmaat Vloeren is in hoger beroep gekomen omdat zij het niet eens is met het vonnis. Zij heeft één grief tegen het vonnis aangevoerd. Janmaat Vloeren concludeert dat het hof de vorderingen van [verweerders] alsnog zal afwijzen, met veroordeling van [verweerders] in de kosten in beide instanties.
5.2
[verweerders] concluderen tot niet-ontvankelijkverklaring van Janmaat Vloeren in haar hoger beroep en haar vorderingen, althans haar vorderingen af te wijzen.
in incidenteel appel
5.3
In incidenteel appel vorderen [verweerders] dat het hof onderdeel 3.1 van het dictum van het bestreden vonnis zal vernietigen en – na vermeerdering van eis in hun memorie van antwoord en vermindering van eis tijdens de mondelinge behandeling – de veroordeling van Janmaat Vloeren tot betaling aan [verweerders] van een bedrag van € 57.873,83, te vermeerderen met kosten. Ter toelichting dient nog het volgende.
5.4
Bij memorie van antwoord, tevens inhoudende incidenteel appel en vermeerdering van eis, hebben [verweerders] hun eis vermeerderd met schadeposten die verband houden met de vloer op de begane grond. Tijdens de mondelinge behandeling hebben [verweerders] hun eis verminderd in die zin dat zij niet langer aanspraak maken op terugbetaling van hetgeen reeds door hen is aanbetaald (een bedrag ter grootte van € 8.879,00), onder de voorwaarde dat hun vordering tot schadevergoeding wordt toegewezen.
5.5
Het door [verweerders] gevorderde bedrag aan schadevergoeding ter grootte van € 57.873,83 bestaat uit de volgende schadeposten:
1
€ 21.864,70
Herstelkosten conform het eerste rapport van Top Expertise
2
€ 13.794,00
Herstelkosten (begane grond) conform het aanvullende rapport van Top Expertise
3
€ 14.500,00
Vervangingskosten voor de
solid surfacewand en de wandtegels
4
€ 3.500,00
Hotelovernachtingen
5
€ 1.492,63
Buitengerechtelijke incassokosten
6
€ 1.512,50
Buitengerechtelijke kosten (onderzoeksrapport 1)
7
€ 1.210,00
Buitengerechtelijke kosten (onderzoeksrapport 2)
5.6
Janmaat Vloeren concludeert in incidenteel appel tot niet-ontvankelijkverklaring van [verweerders] in hun hoger beroep (en hun vermeerdering van eis), althans tot afwijzing van de vorderingen, met veroordeling van [verweerders] in de kosten.

6.Beoordeling in hoger beroep

in principaal appel en incidenteel appel

6.1
Met haar grief beoogt Janmaat Vloeren het geschil in volle omvang ter beoordeling aan het hof voor te leggen. In de toelichting op deze grief wordt (alsnog) verweer gevoerd tegen de vorderingen van [verweerders] en hetgeen [verweerders] daaraan ten grondslag hebben gelegd.
6.2
[verweerders] voeren aan dat Janmaat Vloeren op deze wijze haar bezwaren tegen het bestreden vonnis onvoldoende heeft gespecificeerd. Om die reden dient zij niet-ontvankelijk te worden verklaard. [verweerders] worden niet gevolgd in dat betoog. Uit hetgeen Janmaat Vloeren aanvoert in de memorie van grieven is voor [verweerders] voldoende kenbaar waarom volgens Janmaat Vloeren de vorderingen van [verweerders] zouden moeten worden afgewezen. Uit de herkansingsfunctie van het hoger beroep begrepen in samenhang met het grievenstelsel volgt dat Janmaat Vloeren haar verweren tegen de vorderingen van [verweerders] op deze wijze in hoger beroep alsnog kan aanvoeren.
6.3
Gelet op al hetgeen door Janmaat Vloeren naar voren is gebracht, liggen de vorderingen van [verweerders] opnieuw ter beoordeling voor.
Gebreken aan de gietvloer
6.4
[verweerders] voeren ter onderbouwing van hun vorderingen aan – samengevat weergegeven – dat de gietvloer zoals die door Janmaat Vloeren is aangebracht gebrekkig is omdat:
(i) in de badkamer(s) het polyurethaan (onder meer) over de goten is heengelopen (in plaats van tegen de (randen van de) goten aan),
(ii) in beide badkamers sprake was van onvoldoende afschot waardoor het water niet goed (via de goten) kan weglopen, en
(iii) de op de begane grond aangebrachte gietvloer ondeugdelijk is omdat deze inmiddels (onder meer) scheurtjes vertoont.
6.5
Eerst zal worden ingegaan op het – in hoger beroep voor het eerst naar voren gebrachte – verwijt dat de vloer op de begane grond niet de eigenschappen heeft die daaraan mogen worden gesteld (genoemd onder iii).
De gietvloer op de begane grond
6.6
Volgens [verweerders] is sprake van craquelévorming, scheuren en kleurverschillen in de op de begane grond aangebrachte gietvloer, die inmiddels fors in omvang zijn toegenomen. [verweerders] hebben ter onderbouwing van hun stelling een door Top Expertise verricht aanvullend rapport overgelegd (productie 33), waarin onder meer wordt geconcludeerd:
“Wij zijn van oordeel dat Janmaat een deel van de vloer, met name rondom de eethoek, niet deugdelijk heeft aangebracht. Dit betreft ons inziens met name de topcoating op deze locaties, waardoor de vlekken en de craquelévorming is ontstaan.”
en
“Het is niet mogelijk om herstel uit te voeren zonder de gehele vloer te vervangen. Plaatselijk herstel van een PU-gietvloer is niet mogelijk.”
6.7
Janmaat Vloeren hebben de gestelde gebreken bij gebrek aan wetenschap betwist.
6.8
Bij deze stand van zaken zal een deskundige zich dienen te buigen over de vraag of sprake is van gebreken aan de vloer en – indien daarvan sprake is – in hoeverre deze gebreken hun oorsprong vinden in de omstandigheid dat, zoals gesteld door [verweerders], de vloer op de begane grond niet deugdelijk door Janmaat Vloeren is aangebracht. Het hof zal hierna nog nader ingaan op de vraag welke deskundige het voornemens is te benoemen en welke vragen het hof voornemens is aan deze deskundige voor te leggen.
De gietvloer in de badkamers
6.9
Janmaat Vloeren betwist het bestaan van de hiervoor onder (i) en (ii) genoemde omstandigheden in de badkamers niet, maar betwist wel dat de goten daardoor niet meer goed functioneren. Janmaat Vloeren erkent overigens dat in verband met het gestelde onder (i) en (ii) herstelwerkzaamheden moesten worden verricht. Janmaat Vloeren betwist verder verantwoordelijk (en aansprakelijk) te zijn voor de onder (i) en (ii) genoemde gebreken in het door haar verrichte werk.
Is gewaarschuwd voor onvoldoende afschot?
6.1
Volgens Janmaat Vloeren heeft zij bij haar inspecties voorafgaande aan het gieten van de vloer in de badkamer(s) geconstateerd dat in de ondervloer onvoldoende afschot was aangebracht en [verweerders] daarover voor het aanbrengen van de gietvloer geïnformeerd. Tijdens de mondelinge behandeling heeft Janmaat Vloeren gewezen op de noodzaak dat bij deze stand van zaken een wisser zou moeten worden gebruikt en aangevoerd dat [verweerders] uitdrukkelijk ermee hebben ingestemd dat de vloer toch – ondanks het bestaan van onvoldoende afschot – zou worden gegoten.
6.11
[verweerders] betwisten door Janmaat Vloeren te zijn gewaarschuwd. Zij betwisten ook ermee te hebben ingestemd dat de gietvloer zou worden aangebracht op een ondervloer met onvoldoende afschot.
6.12
Op grond van artikel 7:754 BW – in de versie geldend in september 2019 – is de aannemer bij het aangaan of het uitvoeren van de overeenkomst verplicht de opdrachtgever te waarschuwen voor onjuistheden in de opdracht voor zover hij deze kende of redelijkerwijs behoorde te kennen, hetgeen ook geldt in geval van gebreken en ongeschiktheid van zaken afkomstig van de opdrachtgever, daaronder begrepen de grond waarop de opdrachtgever een werk laat uitvoeren, alsmede fouten of gebreken in door de opdrachtgever verstrekte plannen, tekeningen, berekeningen, bestekken of uitvoeringsvoorschriften.
6.13
Ter zitting heeft Janmaat Vloeren bewijs aangeboden van haar stelling te hebben gewaarschuwd dat in de ondervloer onvoldoende afschot was aangebracht. Janmaat Vloeren zal worden toegelaten tot het leveren van het bewijs van deze stelling.
6.14
Janmaat Vloeren heeft – tijdens de mondelinge behandeling – haar stelling dat zij heeft gewaarschuwd in zoverre verder uitgewerkt dat zij ook heeft gesteld dat zij [verweerders] erop heeft gewezen dat het gieten van de vloer tegen de drain niet mogelijk was doordat de verkeerde drain/goot ‘er in lag’. Daarbij heeft Janmaat Vloeren gewezen op een appbericht dat zij voor de mondelinge behandeling met een H12-formulier aan het hof heeft gezonden. Aldus stelt Janmaat Vloeren ook te hebben gewaarschuwd voor de omstandigheid dat de geplaatste drain/goot gebrekkig was.
6.15
Ook op dit punt zal een deskundige worden geraadpleegd. Eerst indien uit het deskundigenrapport zal blijken van gebreken aan de badkamervloeren zal de bewijslevering van de hiervoor genoemde stelling van belang zijn voor de verdere beoordeling van dit geschil. Gelet daarop zal eerst het deskundigenbericht worden afgewacht alvorens (definitief) bewijs zal worden opgedragen aan Janmaat Vloeren van deze stelling.
Badkamergoten besteld na overleg met Janmaat Vloeren?
6.16
[verweerders] voeren verder aan dat de badkamerinstallateur de badkamergoten heeft besteld in overleg met en na consultatie van Janmaat Vloeren. De goten zijn op advies van Janmaat Vloeren geplaatst. Zij heeft de locatie en hoogte akkoord bevonden voordat zij de gietvloer heeft aangebracht.
6.17
Janmaat Vloeren betwist dat de badkamerinstallateur met haar overleg heeft gehad over het type goot dat zou moeten worden gebruikt. Van haar kon ook niet gevergd worden dat zij deze badkamergoten op deugdelijkheid zou controleren. Dit betreft de verantwoordelijkheid van Villabouw en/of de badkamerinstallateur, aldus Janmaat Vloeren.
6.18
Nog niet kan worden vastgesteld of hetgeen [verweerders] hebben aangevoerd over de betrokkenheid van Janmaat Vloeren bij de aanleg van de goten relevant zal zijn voor de verdere beoordeling van hun vorderingen. Immers, nog niet duidelijk is in hoeverre sprake is van een gebrek waarvoor Janmaat Vloeren aansprakelijk is en – voor zover daarvan sprake is – in hoeverre de door [verweerders] aangevoerde gebreken in de badkamer(s) hun oorsprong vinden in het gebruik van het verkeerde type goot.
6.19
Met het definitief verstrekken van een bewijsopdracht aan [verweerders] voor het leveren van het bewijs van hun stelling dat de badkamerinstallateur de goten in de badkamer heeft besteld en aangebracht in overleg met Janmaat Vloeren, zal worden gewacht tot na het deskundigenbericht.
6.2
Aanleiding bestaat om verder reeds in te gaan op enige verweren van Janmaat Vloeren. Tot besluit zal ook worden ingegaan op de stelling van [verweerders] dat Janmaat Vloeren in deze zaak de ‘waarheidsplicht’ (artikel 21 Rv) heeft geschonden.
Eigen schuld [verweerders] in verband met de uitvoering van herstelwerkzaamheden op ‘eigen houtje’?
6.21
Janmaat Vloeren voert aan dat [verweerders] zelf ervoor hebben gekozen om de goten te laten uitslijpen door de badkamerinstallateur. [verweerders] hebben toen zelf ook zorggedragen voor het ophalen van een gereedschap waarmee dit uitslijpen van de goten en de vloer is verricht. [verweerders] hebben toen ook zelf getracht die werkzaamheden aan de vloer uit te voeren en hebben daarbij de vloer in de directe omgeving van de goten beschadigd. Janmaat Vloeren betwist ook dat zij – zoals [verweerders] stellen – advies heeft gegeven over de aanschaf van nieuwe stelramen/goten in het kader van de herstelwerkzaamheden.
6.22
In hetgeen Janmaat Vloeren aanvoert ligt een beroep op eigen schuld besloten, in die zin dat voor zover sprake is geweest van een gebrek in het door Janmaat Vloeren verrichte werk, een deel van de schade niet voor vergoeding in aanmerking komt omdat [verweerders] vervolgens (zonder overleg met haar) zijn overgegaan tot het uitslijpen van de badkamergoten en het bestellen van nieuwe goten. Uit proceseconomische overwegingen wordt hierover reeds als volgt geoordeeld.
6.23
Uit de inhoud van de tussen partijen gewisselde berichten over de nog te verrichten herstelwerkzaamheden valt op te maken dat beide partijen ervan uitgingen dat deze herstelwerkzaamheden door – althans onder begeleiding van – Janmaat Vloeren zouden worden uitgevoerd. Zo geven [verweerders] in hun e-mailbericht van 10 februari 2020 een overzicht van alle herstelwerkzaamheden die nog moeten worden afgerond door Janmaat Vloeren. Daarbij wordt onder meer genoemd: “
Alle goten moeten geplaatst/afgemonteerd en gekit worden”.In opdracht van Janmaat Vloeren heeft vervolgens [kitter] getracht deze werkzaamheden uit te voeren. Tegen deze achtergrond is het vooralsnog weinig aannemelijk dat door [verweerders] nieuwe goten zijn besteld – die door Janmaat Vloeren gemonteerd zouden gaan worden – zonder dat daarover afstemming met Janmaat Vloeren heeft plaatsgevonden. Janmaat Vloeren zal na het deskundigenbericht – en indien dan nog van belang voor de verdere beoordeling van het geschil – worden toegelaten tot het leveren van tegenbewijs van het voorshands aangenomen vermoeden dat zij advies heeft gegeven over de aanschaf van nieuwe stelramen/goten in het kader van de herstelwerkzaamheden.
6.24
Na het deskundigenbericht zal (indien dan nog van belang) Janmaat Vloeren ook worden toegelaten tot het leveren van het bewijs van haar stelling dat [verweerders] zelf – zonder consultatie en/of advies van haar – ervoor hebben gekozen om de goten te laten uitslijpen door de badkamerinstallateur. Dit hebben [verweerders] betwist.
Is sprake geweest van oplevering?
6.25
Janmaat Vloeren heeft aangevoerd dat de vloer op 20 oktober 2019 is ‘opgeleverd’. Voor zover Janmaat Vloeren heeft willen aanvoeren dat sprake is geweest van een oplevering in de zin van artikel 7:758 BW heeft zij haar stelling – mede gelet op de gemotiveerde betwisting daarvan door [verweerders] – onvoldoende onderbouwd. Gesteld noch gebleken is dat aan de voorwaarden die worden gesteld aan een oplevering in dit artikel, is voldaan. In het bijzonder heeft Janmaat Vloeren niet gesteld dat zij op enig moment te kennen heeft gegeven aan [verweerders] dat haar werk klaar is om te worden opgeleverd. Een nadere onderbouwing van deze stelling heeft temeer voor de hand gelegen omdat ook de inhoud van de hiervoor weergegeven e-mailberichten van 10 februari 2020 erop duidt dat beide partijen op dat moment nog ervan uitgingen dat het werk nog niet was afgerond.
Inhoud van de nagezonden ‘checklist’ overeengekomen?
6.26
Janmaat Vloeren beroept zich ook erop dat zij op 1 oktober 2019 aan [verweerders] een ‘Checklist Gietvloer’ heeft gezonden. Gesteld noch gebleken is evenwel dat deze checklist door [verweerders] is aanvaard in aanvulling op de overeenkomst. Janmaat Vloeren komt dan ook geen beroep toe op de in deze checklist gemaakte voorbehouden van aansprakelijkheid.
Beroep op artikel 6 algemene voorwaarden
6.27
Het verweer van Janmaat Vloeren dat het aanbrengen van een juist afschot volgens artikel 6 van de algemene voorwaarden niet tot haar verantwoordelijkheid behoort, maar door de afnemer van de vloer verzorgd moet worden, verwerpt het hof. Uit de eigen stelling van Janmaat Vloeren vloeit voort dat zij vóór het aanbrengen van de gietvloer wist dat een ondervloer was aangebracht met onvoldoende afschot. Gelet daarop heeft op Janmaat Vloeren – als in het bijzonder deskundig op dit terrein – de plicht gerust [verweerders] daarop te attenderen alvorens de vloer aan te brengen. Ten overvloede wordt opgemerkt dat [verweerders] het bepaalde in artikel 6 algemene voorwaarden ook redelijkerwijze zo hebben mogen opvatten dat het ertoe strekt Janmaat Vloeren met name in staat te stellen te weigeren de gietvloer aan te brengen zolang de ondervloer niet deugdelijk is aangebracht. In elk geval valt in deze bepaling geen exoneratie te lezen voor gebreken aan de gietvloer die verband houden met gebreken aan de ondervloer die reeds voor het aanbrengen van de gietvloer bij Janmaat Vloeren bekend waren.
Ontbinding niet gerechtvaardigd vanwege lopende onderhandelingen?
6.28
Janmaat Vloeren voert verder aan dat [verweerders] zonder voldoende ‘rechtvaardiging’ zijn overgegaan tot ontbinding van de overeenkomst. Voor zover Janmaat Vloeren zich daarbij erop beroept dat reeds gelet op de tussen partijen gevoerde gesprekken – over de in het rapport van Technocentrum Vloeren voorgestelde derde oplossingsmogelijkheid – het [verweerders] niet vrijstond de overeenkomst te ontbinden, wordt dat verweer verworpen. Janmaat Vloeren was (onder meer) niet bereid om de kosten van de tussen partijen besproken oplossing te dragen. [verweerders] waren daarom niet gehouden – mede gelet op de eisen van redelijkheid en billijkheid – het gesprek over deze mogelijke oplossing verder voort te zetten. De verdere behandeling van dit verweer zal worden aangehouden tot nadat is vastgesteld of – en zo ja, in welke mate – door Janmaat Vloeren niet deugdelijk is gepresteerd.
6.29
Terzijde wordt opgemerkt dat Janmaat Vloeren niet stelt – althans niet voldoende kenbaar voor [verweerders] – dat partijen aan Technocentrum Vloeren hebben gevraagd om een voor hen bindend oordeel. Voor zover Janmaat Vloeren dit wel bedoeld heeft te stellen, is dit betoog niet van een voldoende onderbouwing voorzien.
Toepassing art. 21 Rv vanwege falsificatie van een bewijsmiddel?
6.3
Ter onderbouwing van haar stelling dat zij [verweerders] heeft gewaarschuwd, heeft Janmaat Vloeren een afschrift van een WhatsAppbericht overgelegd (als productie 1 bij memorie van grieven) dat volgens haar op 21 september 2019 aan [verweerders] is verstuurd. Dit bericht heeft volgens Janmaat Vloeren betrekking op de geplaatste goot en het aangebrachte afschot.
6.31
Het bericht bestaat uit twee foto’s van een vloer met daarbij respectievelijk de tekst: “
Constructie put verdiept in de dekvloer” en “
Ter info put en dikte vloer”. Op deze berichten is door [verweerders] geantwoord met de tekst: “
Goed dat je dat stuurt. Dat wist ik niet. Wij gaan de zaken hier afronden”. In de voor de mondelinge behandeling ingezonden (niet genummerde) productie heeft Janmaat Vloeren ook nog erop gewezen dat daarna door [verweerders] is gevraagd “
Kan jij nu gietvloer om de goten heen gieten zodat de gietvloer mooi aansluit tegen de goten?”, waarna zijdens Janmaat Vloeren is geantwoord: “
Sorry dat gaat niet.
6.32
Volgens [verweerders] dateert dit bericht niet van 21 september 2019 maar van op of omstreeks 15 februari 2020. [verweerders] wijzen erop dat het bericht een onderdeel vormt van een serie van berichten, die betrekking hebben op een poging tot herstel van de badkamervloeren door Janmaat Vloeren. Volgens [verweerders] is sprake van falsificatie van een bewijsmiddel. [verweerders] vragen het hof om op grond van artikel 21 Rv hieraan de conclusies te verbinden die het hof geraden acht. Over het verzoek toepassing te geven aan artikel 21 Rv wordt als volgt overwogen.
6.33
Op grond van artikel 21 Rv zijn partijen verplicht de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Deze bepaling is, blijkens de parlementaire geschiedenis, met name bedoeld om de bewuste leugen uit te bannen en te voorkomen dat een procespartij zodanige informatie achterhoudt en verdoezelt, dat er sprake is van een onvolledigheid die in feite een onwaarheid oplevert.
6.34
De in artikel 21 Rv neergelegde ‘waarheidsplicht’ brengt in praktische zin mee dat partijen (i) geen feiten mogen stellen waarvan zij weten dat die feiten niet juist zijn of niet juist kunnen zijn, (ii) geen feiten mogen ontkennen waarvan zij weten dat die juist zijn, en (iii) geen feiten mogen achterhouden waardoor de rechter (en/of de wederpartij) op het verkeerde been wordt/worden gezet (zie de conclusie van A-G De Bock voor HR 16 juli 2021: ECLI:NL:HR:2021:1144).
6.35
In hun memorie van antwoord en tijdens de mondelinge behandeling hebben [verweerders] nader uiteengezet dat het bericht waarop Janmaat Vloeren zich beroept onderdeel uitmaakt van een serie tussen partijen gewisselde WhatsAppberichten die dateren uit februari 2020. Op de mondelinge behandeling heeft [verweerder 1] zijn telefoon getoond, waarop dat ook is waargenomen. Janmaat Vloeren heeft zich in reactie hierop afgevraagd of zij zich wellicht heeft vergist. Daar heeft het alle schijn van. Voor toepassing van artikel 21 Rv bestaat in elk geval onvoldoende aanleiding. Dat sprake is geweest van bewuste misleiding door Janmaat Vloeren is in onvoldoende mate gebleken. Verder is van belang dat de inhoud van het bericht – verder daargelaten wanneer het is verzonden – ook geen steun geeft aan de stelling van Janmaat Vloeren dat zij reeds voor het aanbrengen van de gietvloer heeft gewaarschuwd dat in de ondervloer onvoldoende afschot was aangebracht. Dit valt niet uit het bericht af te leiden. Het bericht is dan ook niet van materieel belang voor een in deze zaak te geven beslissing.
6.36
De conclusie na al het voorgaande is dat het hof aanleiding ziet om een deskundige te benoemen. Deze zal ook worden gevraagd zich uit te laten over de vraag in hoeverre – indien herstel nodig is en geoordeeld zal worden dat de kosten daarvoor voor rekening van Janmaat Vloeren moeten komen – voorzienbaar is dat [verweerders] gedurende deze herstelwerkzaamheden niet in hun woning zullen kunnen verblijven.
6.37
Het hof wenst ook zelf aanwezig te zijn op het moment dat de deskundige zijn onderzoek in de woning aan de gietvloer(en) zal verrichten. In dat verband zal in het arrest waarbij de deskundige zal worden benoemd ook een plaatsopneming (descente) worden bevolen.
Deskundigenbericht
6.38
Het hof is voorlopig van oordeel dat kan worden volstaan met de benoeming van één bouwkundig schade-expert met bijzondere kennis van gietvloeren. Partijen worden in de gelegenheid gesteld om gezamenlijk een deskundige voor te stellen. Bij gebrek aan een eenparig voorstel van partijen zal het hof een deskundige benoemen.
6.39
Het hof is verder voornemens te bepalen dat de deskundige zijn of haar werkzaamheden niet zal behoeven te beginnen voordat door [verweerders] een nog nader te bepalen bedrag als voorschot op de nader te bepalen kosten van het deskundigenonderzoek zal zijn gestort.
6.4
Het hof is voornemens aan de deskundige de volgende vragen voor te leggen:
A. GebrekenKunt u – door middel van een onderzoek ter plaatse en mede aan de hand van de reeds uitgebrachte deskundigenrapporten – aangeven in hoeverre sprake is van gebreken in het door Janmaat Vloeren uitgevoerde werk? Kunt u daarbij in het bijzonder ingaan op de volgende vragen:
badkamers(i) Is de situatie in de beide badkamers zó dat douchewater in onvoldoende mate kan wegvloeien? (Indien deze vraag ontkennend wordt beantwoord, dan behoeven de overige vragen over de oorsprong van dit probleem geen verdere beantwoording.)
(ii) Wat is de oorzaak hiervan?
(iii) Is gebruikgemaakt van een voor een gietvloer geschikt type goot?
(iv) In hoeverre zijn de goten op een onjuiste wijze aangebracht en in hoeverre heeft dit het gebrek/de gebreken veroorzaakt? Valt een eventueel gebrek nog te herstellen door het plaatsen van een ander type goot? Kunnen randen die zijn beschadigd tijdens het uitslijpen van de badkamergoten nog worden hersteld?
(v) Was de ondervloer in voldoende mate hellend aangebracht?
(vi) In hoeverre is sprake van te onderscheiden gebreken (type goot en onvoldoende afschot van de ondervloer)? In hoeverre is getracht het gebruik van een onjuist type goot nog te herstellen bij het gieten van de vloer?
(vii) Is de gietvloer bij het aanbrengen over de rand van de goot gelopen en zo ja in hoeverre is dit als oorzaak van de problemen aan te merken?
(viii) Voor zover de ondervloer en/of de goten gebrekkig is/zijn dan wel gebrekkig is/zijn aangelegd, zijn deze gebreken redelijkerwijze kenbaar geweest voor Janmaat Vloeren voor aanvang van haar werkzaamheden en in hoeverre heeft het op de weg van Janmaat Vloeren gelegen deze gebreken voor het gieten van de vloer te signaleren?
vloer begane grond(i) In hoeverre is sprake van craquelévorming, scheuren en kleurverschillen in de op de begane grond aangebrachte gietvloer?
(ii) Zijn deze in sterkere mate aanwezig dan gelet op de ouderdom van de gietvloer door [verweerders] redelijkerwijze verwacht mocht worden?
(iii) In hoeverre zijn de eventuele door u geconstateerde gebreken te herleiden tot het op een gebrekkige wijze aanbrengen van de gietvloer door Janmaat Vloeren? In hoeverre zijn andere oorzaken aanwijsbaar?
B. Omvang schade(i) Kunt u per gebrek/schadepost aangeven welke kosten gemoeid zijn met het herstel daarvan? Kunt u daarbij ingaan op de vraag in hoeverre plaatselijk herstel mogelijk is, welke nadelen daaraan kleven (evt. bouwkundige risico’s en esthetisch), alsmede in hoeverre plaatselijk herstel goedkoper is dan het geheel opnieuw gieten van de vloer(en)?
(ii) In hoeverre heeft de omstandigheid dat de goten in de badkamers weer zijn uitgeslepen en de randen daarbij zijn beschadigd invloed op de omvang van de schade?
(iii) In hoeverre geeft de derde in het rapport van Technocentrum Vloeren voorgestelde wijze van schadeherstel ook nu nog een – mede gelet op de aard en ernst van de gebreken en de kosten gemoeid met herstel – redelijk alternatief voor schadeherstel?
(iv) Kunt u aangeven – eventueel bij de varianten van schadeherstel – of en zo ja hoe lang [verweerders] niet in hun woning kunnen verblijven?
C. Oorzaken(i) Kunt u per gebrek en/of schadepost aangeven in hoeverre het gebrek en/of de schade valt te wijten aan Janmaat Vloeren, en in hoeverre de schade anderszins valt te wijten aan de badkamerinstallateur en/of Villabouw?
(ii) Wilt u bij het antwoord op deze vraag betrekken of Janmaat Vloeren in uw optiek [verweerders] had moeten waarschuwen voor ondeugdelijk materiaal of het niet deugdelijke werk van derden?
D. Overige opmerkingenWelke opmerkingen zijn naar uw oordeel verder van belang ten behoeve van de door het hof te geven beslissing?
Het hof zal de zaak naar de rol verwijzen om partijen in de gelegenheid te stellen zich uit te laten over de persoon van de te benoemen deskundige en de aan de deskundige te stellen vragen. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

7.Beslissing

Het hof (in principaal en incidenteel appel):
- verwijst de zaak naar de rol van
16 juli 2024voor het nemen van een akte door partijen waarin zij zich kunnen uitlaten over de persoon van de te benoemen deskundige en de aan deze deskundige te stellen vragen;
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. A.J.P. Schild, R.J.F. Thiessen en A.J. Swelheim en in het openbaar uitgesproken op 18 juni 2024 in aanwezigheid van de griffier.