In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Den Haag, gaat het om een hoger beroep van Eurofins Salux B.V. tegen Testcoronanu B.V. in een civiele procedure. De zaak betreft een incident waarin Eurofins verzoekt om schorsing van de tenuitvoerlegging van een vonnis van de rechtbank Den Haag, dat Eurofins heeft veroordeeld tot betaling aan TCN van een bedrag van € 194.425,50 plus rente en kosten. Eurofins stelt dat de rechtbank een kennelijke misslag heeft begaan door uit te gaan van een te hoog aantal tests dat zij heeft ontvangen voor analyse. TCN heeft Eurofins gedagvaard en vorderingen ingesteld, waaronder een verklaring voor recht dat zij openstaande facturen niet hoeft te betalen. De rechtbank heeft de vorderingen van TCN gedeeltelijk toegewezen en Eurofins in hoger beroep gekomen. Het hof heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat Eurofins niet voldoende heeft aangetoond dat er sprake is van een kennelijke misslag en dat het vonnis van de rechtbank uitvoerbaar bij voorraad blijft, mits TCN zekerheid stelt. Het hof heeft bepaald dat TCN aan deze verplichting kan voldoen door de executieopbrengst op een kwaliteitsrekening te plaatsen. De beslissing over de kosten van het incident is aangehouden en de zaak is verwezen naar de rol voor memorie van antwoord op 13 augustus 2024.