4.1Bij de bestreden beschikking is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken.
Voorts is bepaald dat de man aan [kind 3] , met ingang van de datum van de beschikking (8 augustus 2024), een bijdrage in de kosten van levensonderhoud en studie zal voldoen van € 500,- per maand.
Daarnaast is bepaald dat de man aan de vrouw, met ingang van de dag dat de beschikking van echtscheiding is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand, een partneralimentatie zal voldoen van € 1.235,- bruto per maand.
Voorts heeft de rechtbank een ‘spoorboekje’ ten aanzien van de verdeling van de echtelijke woning te [plaats] en het appartement aan [adres 1] inclusief de daartoe behorende parkeerplaats bepaald.
Ten aanzien van het appartement aan [adres 2] inclusief de daartoe behorende parkeerplaats en de vordering van de vrouw terzake Oracle E*Trade rekening heeft de rechtbank bepaald:
• dat de vrouw de mogelijkheid krijgt om de woning over te nemen voor de meest recente WOZ-waarde van de woning;
• dat de vrouw daartoe binnen vier maanden vanaf de datum van de bestreden beschikking dient aan te tonen dat zij in staat is de toedeling van de woning tegen de WOZ-waarde aan haar te financieren;
• dat, indien de vrouw daarin slaagt, de woning aan haar wordt toegedeeld; in dit geval dient de vrouw aan de man te vergoeden de helft van de meest recente WOZ-waarde;
• dat, indien de vrouw er niet in slaagt om de toedeling van de woning aan haar te financieren, de woning aan de man wordt toegedeeld voor de taxatiewaarde […];
• dat de financiële afwikkeling ter zake van het appartement aan [adres 2] en de daarbij behorende garage, alsmede de vordering van de vrouw terzake Oracle E*Trade rekening, zal plaatsvinden zoals in het lichaam van de bestreden beschikking beschreven onder het kopje ' [adres 2] ; vordering vrouw terzake Oracle E*Trade rekening’.
Ten aanzien van de woning in Frankrijk heeft de rechtbank bepaald:
• dat de woning wordt verkocht en geleverd aan een derde op de volgende wijze en onder de volgende voorwaarden:
• […]
• dat de over- dan wel onderwaarde tussen partijen bij helfte wordt gedeeld dan wel gedragen. De over- dan wel onderwaarde bestaat uit de verkoopopbrengst van de woning, minus de aan de woning gekoppelde geldlening aan de ouders van de vrouw (€ 200.000,-) minus de kosten van de verkoop en de overdracht, waaronder de kosten van de makelaartaxateur;
• […]
Ten aanzien van de gemeenschappelijke bankrekeningen heeft de rechtbank bepaald:
• dat partijen de saldi van de volgende gezamenlijke rekeningen dienen te verrekenen per heden in die zin dat aan ieder de helft van de saldi toekomt, waarna zij de betreffende rekeningen zullen opheffen:
-de gezamenlijke bankrekening bij ING eindigend met - [laatste drie cijfers] ;
-de gezamenlijke bankrekening bij Van Kempen Lanschot eindigend met - [laatste drie cijfers] ;
-de effectenrekening bij Van Kampen Lanschot eindigend met - [laatste drie cijfers] .
Voorts heeft de rechtbank bepaald dat partijen het saldo van de en/of rekening bij de ING Bank met het rekeningnummer eindigend met - [laatste drie cijfers] zullen verrekenen op het moment dat alle twee de panden aan [adres 1 en adres 2] zijn geleverd aan partijen, in die zin dat de saldi op de rekeningen bij helfte zullen worden verdeeld, waarna zij deze bankrekening zullen opheffen.
De rechtbank heeft ook de verdeling van een aantal inboedelgoederen bepaald.
Ten aanzien van de vergoedingsrechten en overige vorderingen heeft de rechtbank bepaald:
- dat de man aan de vrouw dient te betalen:
1. een bedrag van € 2.050,- ter zake de schadevergoeding voor waterschade;
2. een bedrag van € 5.000,- ter zake de overschrijving naar de Interactive Brokers
rekening;
3. een bedrag van € 13.375,- ter zake de aflossing hypotheek Van Lanschot;
4. een bedrag van € 19.285,67 plus wettelijke rente vanaf 21 mei 2024 ter zake de
terugbetaling van de lening;
naast de vergoedingsrechten als hiervoor genoemd bij de onroerende zaken in Nederland;
- dat de vrouw aan de man een bedrag van € 14.986,- ter zake de investeringen van de man in de woning in Frankrijk dient te betalen.
Ten aanzien van Ford S-Max heeft de rechtbank voor recht verklaard dat de Ford S-Max eigendom is van de man.
Ten aanzien van het pensioen heeft de rechtbank bepaald dat de man gehouden is om de vrouw ter zake het (omgezette) pensioen in eigen beheer naar een ODV te compenseren aldus dat hij haar een bedrag van € 150.000,- dient te voldoen.
De bestreden beschikking is, met uitzondering van de echtscheiding, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
Hetgeen partijen meer of anders hebben verzocht is afgewezen.