Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.Het verloop van de procedure
2.De beoordeling van het hoger beroep
volledigmoet hebben voldaan aan de inspannings- en afdrachtverplichting. De uitspraak biedt uitdrukkelijk de mogelijkheid om in zo’n geval saldering toe te passen of op een andere wijze te bepalen hoeveel eerder de termijn van de schuldsaneringsregeling kan ingaan dan het moment waarop de rechter de toepassing van de schuldsaneringsregeling uitspreekt. Het hof ziet in dit geval met inachtneming van de hiervoor aangehaalde prejudiciële beslissing van de Hoge Raad aanleiding om dat in de zaak van [appellante] ook te doen. Dit oordeel wordt als volgt toegelicht.
3.De beslissing
- bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 9 juli 2025, behoudens voor zover daarin de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling is bepaald op 9 juli 2025 en de einddatum op 9 januari 2026;
- vernietigt het vonnis in zoverre en beslist daarover opnieuw recht doende als volgt: