Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
hij op of omstreeks 29 januari 2018 te Rijswijk ter uitvoering van het voorgenomen misdrijf om opzettelijk en met voorbedachte rade, althans opzettelijk, een persoon genaamd [slachtoffer] van het leven te beroven, opzettelijk na rustig overleg en kalm beraad, althans opzettelijk, met een pistool/revolver, in elk geval een vuurwapen, (op (zeer) korte afstand van die [slachtoffer]) een of meerdere kogels heeft afgevuurd op of in de richting van (het (boven)lichaam) van die [slachtoffer] (waarbij die [slachtoffer] in zijn (rechter) bovenbeen is geraakt), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2018 tot en met 29 januari 2018 te Rijswijk, in elk geval in Nederland, een of meer vuurwapens van categorie III, te weten een pistool/revolver, voorhanden heeft gehad en/of heeft gedragen.
hij op
of omstreeks29 januari 2018 te Rijswijk ter uitvoering van het voorgenomen misdrijf om opzettelijk
en met voorbedachte rade, althans opzettelijk,een persoon genaamd [[slachtoffer] van het leven te beroven,
opzettelijk na rustig overleg en kalm beraad, althans opzettelijk,met een pistool
/revolver, in elk geval een vuurwapen, (op
(zeer)korte afstand van die [slachtoffer]
)een
of meerderekogel
sheeft afgevuurd
op ofin de richting van
(het
(boven)lichaam
)van die [slachtoffer]
(waarbij die [slachtoffer] in zijn
(rechter
)bovenbeen is geraakt
), terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij
in ofomstreeks
de periode van 1 januari 2018 tot en met29 januari 2018 te Rijswijk
, in elk geval in Nederland,een
of meervuurwapen
svan categorie III, te weten een pistool
/revolver, voorhanden heeft gehad
en/of heeft gedragen.
poging tot doodslag.
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 35.133,42 (vijfendertigduizend honderddrieëndertig euro en tweeënveertig cent) bestaande uit € 22.633,42 (tweeëntwintigduizend zeshonderddrieëndertig euro en tweeënveertig cent) materiële schade en € 12.500,00 (twaalfduizend vijfhonderd euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
29 januari 2018.