Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 2 november 2023, waarmee [appellant] in hoger beroep is gekomen van het vonnis in verzet van de rechtbank Rotterdam van 27 september 2023;
- de memorie van grieven van [appellant] ;
- de memorie van antwoord van [geïntimeerde] , met producties;
- de memorie van antwoord in incidenteel appel van [appellant] .
3.Feiten
“
IN AANMERKING NEMENDE DAT:
“
4. Koop aandelen [geïntimeerde] door [appellant]
3.1 De koopprijs van de Aandelen bedraagt EUR 150.000.- […], hierna te noemen:de Koopprijs. Partijen hebben uitvoerig overleg gevoerd over de totstandkoming van (de hoogte van) de Koopprijs, hetwelk zij in de Overeenkomst nader wensen toe te lichten. Partijen zijn bekend met het gegeven dat de Vennootschap en Koper verwikkeld is (zijn) in een juridisch conflict met Cervus Vastgoed N.V. (verder: Cervus), waarbij Maxroi een vordering heeft ingesteld jegens Cervus. Een uitgebreid onderhandelingstraject om te komen tot een buitengerechtelijke minnelijke regeling tussen Maxroi (en Koper) en Cervus is het gevolg geweest. Dit traject heeft ten tijde van de ondertekening van deze Overeenkomst geleid tot een minnelijke regeling tussen Cervus en (direct of indirect) Koper als gevolg waarvan ook (direct en indirect) met Maxroi een regeling is bereikt. Nu Koper en Verkoper jegens elkaar hebben verklaard om - mede ten gevolge van het geschil met Cervus - ieder hun eigen zakelijke weg te vervolgen, zijn Partijen overeengekomen de Aandelen van Verkoper aan Koper te verkopen en te leveren.
[…]2. [appellant] voldoet uiterlijk donderdag 21 juli 2022 te l7.00 uur middels (spoed)overboeking […] het bedrag van € 50.000,00 […]3. [appellant] voldoet over de restant vordering van [geïntimeerde] een rentevergoeding van 8% per jaar vanaf 1 juli 2022 tot aan de dag der algehele voldoening.[…]6. Het aldus resterende gedeelte van de hoofdsom inclusief rente wordt door [appellant] uiterlijk op 1 december 2022 op het hiervoor vermelde bankrekeningnummer van [geïntimeerde] voldaan.[…]8. Indien [appellant] uiterlijk 1 december 2022 aan al zijn uit hoofde van de Overeenkomst én de onderhavige nadere afspraken heeft voldaan, is [geïntimeerde] bereid de ingevolge artikel 6.1 van de Overeenkomst verschuldigde boete van € 75.000,00 kwijt te schelden.[…]”
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vorderingen in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Ontvankelijkheidsverweer
Cervus Vastgoedgehouden is de financieringsovereenkomst tussen [naam 1] Holding B.V. als kredietgeefster en Cervus Vastgoed als kredietneemster te prolongeren (zie 3.3 hiervoor). [geïntimeerde] wijst er bovendien terecht op dat hij helemaal geen partij is bij deze overeenkomst. Daarbij merkt het hof op dat in de verhouding tussen Maxroi en Cervus Vastgoed de vaststellingsovereenkomst in beginsel dwingend bewijs oplevert van het bestaan van deze vordering (artikel 157 lid 2 Rv). Dat de vordering van Maxroi door Cervus Vastgoed wordt betwist, is niet gesteld of gebleken.
De meerwaarde van de aandelen wordt gerealiseerd door de te verwachten verkoopwaarde van het pand [adres] en aanbehoren van € 1.040.000”). Door [appellant] is niet weersproken dat op basis van het taxatierapport van en de bieding op het onroerend goed van Maxroi en de (definitieve) jaarcijfers van Maxroi per 31 december 2021 het aannemelijk is dat het onroerend goed van Maxroi een overwaarde had op het moment van het sluiten van de koopovereenkomst voor de aandelen.
7.Beslissing
- bekrachtigt het tussen partijen gewezen vonnis van de rechtbank Rotterdam van 27 september 2023;
- veroordeelt [appellant] in de kosten van het geding in principaal hoger beroep, aan de zijde van [geïntimeerde] tot op heden begroot op € 5.352,-;
- veroordeelt [geïntimeerde] in de kosten van het geding in incidenteel hoger beroep aan de zijde van [appellant] tot op heden begroot op € 1.786,-.