ECLI:NL:GHSGR:2009:BI1653
Gerechtshof 's-Gravenhage
- Hoger beroep
- M. van Nievelt
- P. Pannekoek-Dubois
- A. van Dijk
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van rechtsvermoeden van overlijden in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Gravenhage op 25 februari 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep over een rechtsvermoeden van overlijden. De verzoekster, aangeduid als 'de vrouw', heeft op 30 juni 2008 hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank Rotterdam, waarin werd verklaard dat er een rechtsvermoeden van overlijden van haar bestond. De vrouw heeft aangevoerd dat zij op de hoogte raakte van deze beschikking toen zij haar paspoort wilde verlengen en dat zij door persoonlijke omstandigheden al sinds 1994 geen contact meer had met haar familie en vrienden. Hierdoor was zij onvindbaar geworden voor haar dochter, aangeduid als '[de dochter]'.
Tijdens de zitting heeft de vrouw haar situatie toegelicht en aangetoond dat zij in leven is. Het hof heeft vastgesteld dat de vrouw op een vast adres woont, maar dat zij zich daar niet heeft ingeschreven. De vrouw staat onder toezicht van de psychiatrische thuiszorg en is werkzaam, maar het rechtsvermoeden van overlijden heeft geleid tot problemen met het verkrijgen van hulpverlening en andere burgerrechten.
Het hof heeft geoordeeld dat de vrouw op behoorlijke wijze heeft aangetoond dat zij in leven is en heeft de bestreden beschikking vernietigd. De beslissing houdt in dat het verzoek om te verklaren dat er een rechtsvermoeden van overlijden van de vrouw bestaat, wordt afgewezen. De griffier is opgedragen om een afschrift van de beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente waar de vrouw woont. Deze uitspraak is gedaan door de rechters M. van Nievelt, P. Pannekoek-Dubois en A. van Dijk, en is openbaar uitgesproken.