ECLI:NL:GHSHE:2005:AU5135
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Brandenburg
- A. Meulenbroek
- J. Feddes
- Rechtspraak.nl
Executiegeschil over feitelijke misslag in eerder arrest
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, ging het om een executiegeschil naar aanleiding van een eerder arrest van het hof van 1 juni 2004. De appellant had in 1998 een perceel met bedrijfsloods verkocht aan de geïntimeerde, waarbij een bedrag van ƒ 25.000,= voor roerende zaken diende te worden betaald. Na verschillende procedures, waaronder het eerder genoemde arrest, had de appellant het arrest betekend en executoriaal beslag gelegd op het perceel. De geïntimeerde stelde dat er sprake was van een feitelijke misslag in het eerdere arrest, omdat het bedrag van ƒ 25.000,= al was voldaan bij de transport van de onroerende zaak op 9 april 1999. Dit bewijs was echter niet eerder in het geding gebracht.
Het hof oordeelde dat de geïntimeerde niet kon aantonen dat er sprake was van een feitelijke misslag. Het stuk waar de geïntimeerde zich op beriep, had geen deel uitgemaakt van het proces en het debat was inmiddels afgesloten. Het hof concludeerde dat de geïntimeerde geen feiten of omstandigheden had gesteld die de conclusie rechtvaardigden dat het arrest op een feitelijke misslag berustte. De vorderingen van de geïntimeerde werden afgewezen, en het hof vernietigde het vonnis waarvan beroep. De geïntimeerde werd als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van beide instanties.