ECLI:NL:GHSHE:2006:BA4101
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Verzet
- J. Swinkels
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van belanghebbende in belastingzaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 6 september 2006 uitspraak gedaan in het verzet van de heer X tegen een eerdere uitspraak van de vierde enkelvoudige Belastingkamer. De zaak betreft een beroep tegen een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2001. Het Hof heeft vastgesteld dat de belanghebbende niet-ontvankelijk was verklaard in zijn beroep omdat het beroepschrift niet voldeed aan de wettelijke eisen. De belanghebbende had geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om het verzuim te herstellen, zoals voorgeschreven in artikel 6:6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Het Hof oordeelde dat de Inspecteur geen onderbouwing van de uitspraak had gegeven en dat redelijkerwijs niet kon worden aangenomen dat de uitspraak geen motivering behoefde. Dit betekende dat de belanghebbende in zijn beroepschrift niet in staat was om de gronden van zijn beroep te motiveren, maar dat hij volstond met de mededeling dat hij bezwaar had gemaakt tegen de aanslag. Het Hof verwees naar eerdere arresten van de Hoge Raad die de eisen aan de motivering van bezwaar en beroep verduidelijken.
Uiteindelijk verklaarde het Hof het verzet gegrond, vernietigde de eerdere uitspraak en bepaalde dat het onderzoek werd voortgezet in de stand waarin het zich bevond. De uitspraak is op 6 september 2006 ter openbare zitting uitgesproken, en belanghebbende werd geïnformeerd over de mogelijkheid om beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.