ECLI:NL:GHSHE:2007:542
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- M. Brandenburg
- A. Feddes
- H. Hutten
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van immateriële schadevergoeding na ongeval in taxi zonder gordel
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch werd behandeld, ging het om een hoger beroep dat volgde op een eerder tussenarrest van 23 januari 2007. De appellante, vertegenwoordigd door procureur mr. J.A.Th.M. van Zinnicq Bergmann, had een schadevergoeding geëist na een ongeval in een taxi waarbij zij geen gordel droeg. De geïntimeerde, vertegenwoordigd door procureur mr. J.E. Lenglet, was de tegenpartij in deze procedure. De appellante had van het bijbrengen van bewijs afgezien, waarna de stukken opnieuw werden overgelegd voor uitspraak.
Het hof verwees naar het tussenarrest en volhardde bij de eerder gemaakte overwegingen. Het hof oordeelde dat de geïntimeerde veroordeeld moest worden tot betaling van € 5.000,-- aan de appellante, met vernietiging van het vonnis waarvan beroep. Tevens werd de geïntimeerde veroordeeld in de kosten van het geding. De rente over het toe te wijzen bedrag werd toegewezen vanaf 8 december 2003, de dag na het ongeval. De appellante had haar vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten niet gehandhaafd, wat in de uitspraak werd opgemerkt.
De uitspraak van het hof vond plaats op 28 augustus 2007, waarbij het hof de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaarde en het meer of anders gevorderde afwees. De kosten van het geding werden aan de zijde van de appellante begroot op een totaalbedrag van € 2.599,38, bestaande uit verschotten en salaris voor de procureurs in zowel de eerste aanleg als in hoger beroep.