ECLI:NL:GHSHE:2015:3550
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- L.Th.L.G. Pellis
- A.P. Zweers-van Vollenhoven
- J.H.Th. Veldman
- Rechtspraak.nl
Bekrachtiging van de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling op grond van artikel 350 lid 3 aanhef en sub f Faillissementswet
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 10 september 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de appellant, hierna te noemen [appellant]. De rechtbank Zeeland-West-Brabant had op 25 juni 2015 de schuldsaneringsregeling van [appellant] tussentijds beëindigd op verzoek van de bewindvoerder, omdat er feiten en omstandigheden aan het licht waren gekomen die op het moment van de indiening van het verzoekschrift tot toelating tot de schuldsaneringsregeling al bekend waren en die reden zouden zijn geweest om het verzoek af te wijzen. Het hof heeft de zaak behandeld na een mondelinge zitting op 28 augustus 2015, waar zowel [appellant] als de bewindvoerder aanwezig waren.
Het hof heeft vastgesteld dat [appellant] op 2 september 2013 een belastingteruggave van € 7.303,00 heeft ontvangen, maar deze niet heeft aangewend voor het aflossen van zijn reguliere schulden. In plaats daarvan heeft hij deze gelden gebruikt om schulden in het criminele circuit af te lossen, wat hij aanvankelijk heeft verzwegen. Het hof oordeelt dat de handelwijze van [appellant] niet te goeder trouw was, aangezien hij niet openhartig is geweest over zijn financiële situatie en de besteding van de belastingteruggave. Dit heeft geleid tot de conclusie dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de schuldsaneringsregeling van [appellant] tussentijds moest worden beëindigd.
Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en concludeert dat de schuldsaneringsregeling van [appellant] niet langer kan voortduren, gezien de nieuwe schulden die zijn ontstaan en de onduidelijkheid over de totale schuldenlast van [appellant]. De uitspraak van het hof bevestigt de noodzaak van transparantie en eerlijkheid in het proces van schuldsanering.