Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
Afdeling civiel recht
1.[beheer] Beheer B.V.,gevestigd te [vestigingsplaats] ,
[vastgoed II] Vastgoed II B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
Land Equity B.V.gevestigd te [vestigingsplaats] ,
8.Het verloop van de procedure
- het tussenarrest van 9 januari 2018;
- een H2-formulier van 29 december 2017 waarbij mr. L.G.M. Delahaije zich voor [geïntimeerde] stelt in plaats van mr. I.E.F.M. Delahaije;
- een H-16 formulier ingekomen ter griffie op 7 mei 2018 waarbij namens [beheer] het procesdossier van de eerste aanleg (exclusief de conclusies van antwoord en dupliek; deze stukken bevinden zich wel bij de overige gedingstukken) en van het hoger beroep aan het hof is toegezonden;
- een H12-formulier ingekomen ter griffie op 9 mei 2018 waarbij namens [geïntimeerde] een akte houdende overlegging van stukken (1. uitspraak 9 september 2015 rechtbank Oost-Brabant zaak [zaaksnaam] , 2. USB-stick met opnamen rioolbuis, 3. foto’s en twee facturen en 4. drie e-mails) aan het hof is toegezonden;
9.De verdere beoordeling
[geïntimeerde] heeft aangevoerd dat de parklasten over 2015 dubbel in rekening zijn gebracht. Hij verwijst daarvoor naar de facturen 14501355 en 14501354, beide van 4 november 2014, die beide in de aanhef vermelden ‘Inzake perceel: [perceel 1] ’ (prod. 3 inl. dv.). [beheer] Beheer heeft aangevoerd dat [geïntimeerde] inderdaad dubbele parklasten moet betalen, omdat hij twee percelen op het [beheer] heeft, nummers [perceel 2] ( [perceel 2] ) en [perceel 3] ( [perceel 3] ). Abusievelijk vermelden beide facturen het nummer [gelijke perceel 1 en perceel 3] , maar [geïntimeerde] heeft niet daarnaast nog een factuur voor nummer [perceel 2] gehad, aldus [beheer] Beheer. [geïntimeerde] heeft dat laatste tijdens de comparitie erkend, alsmede het feit dat op de aan hem gezonden ‘laatste aanmaning’ (prod. 3 inl. dv.) achter genoemde twee factuurnummers wel de nummers [gelijke perceel 1 en perceel 3] en [perceel 2] stonden vermeld. Het hof concludeert dan ook dat de parklasten over 2015 niet dubbel voor één perceel aan [geïntimeerde] in rekening zijn gebracht, maar voor twee percelen van [geïntimeerde] . Die kosten is [geïntimeerde] dus in beginsel verschuldigd.