ECLI:NL:GHSHE:2019:1257
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting en boetebeschikking
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, die op 2 februari 2018 de naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting en de verzuimboete van de Inspecteur heeft bevestigd. De naheffingsaanslag van € 824 werd opgelegd omdat belanghebbende zijn auto had geparkeerd op de openbare weg terwijl de geldigheid van het kenteken was geschorst. Belanghebbende betwist de naheffingsaanslag en de boete, en stelt dat hij door problemen met het alarmsysteem van de auto genoodzaakt was om deze op de openbare weg te parkeren. De Inspecteur handhaafde de naheffingsaanslag en boete, waarna belanghebbende in beroep ging bij de Rechtbank, die het beroep ongegrond verklaarde. In hoger beroep heeft het Hof de zaak behandeld op 15 februari 2019. Het Hof oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd, omdat belanghebbende gebruik heeft gemaakt van de openbare weg tijdens de schorsing van het kenteken. De stelling van belanghebbende dat hij slechts één dag gebruik heeft gemaakt van de openbare weg, wordt verworpen. Het Hof bevestigt ook de verzuimboete, omdat belanghebbende op de hoogte was van de schorsingsregeling en alternatieven had om het alarm uit te schakelen. Het hoger beroep wordt ongegrond verklaard en de uitspraak van de Rechtbank wordt bevestigd.