6.1.In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.
6.1.1.[appellant] als huurder en [geïntimeerde] als verhuurder hebben op 28 januari 2012 een huurovereenkomst gesloten voor woonruimte gelegen aan de [adres] in [plaats] (hierna: het gehuurde).
6.1.2.In de huurovereenkomst is bepaald dat deze is ingegaan op 1 maart 2012 en dat de huurprijs bij vooruitbetaling is verschuldigd, steeds te voldoen voor of op de eerste dag van de periode waarop de betaling betrekking heeft, door overmaking op een rekeningnummer van verhuurder. De huurprijs bedroeg laatstelijk € 710,- per maand.
6.1.3.[appellant] heeft op 15 december 2014 een verzoekschrift ingediend bij de huurcommissie en verzocht om huurverlaging op grond van onderhoudsgebreken. De huurcommissie heeft in een uitspraak van 18 mei 2015 geoordeeld dat het gehuurde ernstige gebreken heeft en de huurprijs van het gehuurde verlaagd tot € 284,- per maand (40% van de huurprijs van € 710,-), vanaf 1 december 2014 totdat alle gebreken zouden zijn hersteld.
6.1.4.[geïntimeerde] heeft in een brief van 9 juli 2015 aan [appellant] geschreven:
“
U heeft over de afgelopen periode tot en met juli 2015 als maandhuur € 710,- betaald.
Wij stellen het volgende voor:
Wij storten u terug het teveel betaalde, te weten: 8 maanden x(€ 710,- minus € 284,-) ofwel in totaal € 3.408,-
U betaalt vanaf 1 augustus 2015 de maandelijkse huursom van € 284,- tot het moment van onze hernieuwde aanzegging van de huurprijs, zoals die na het volledige herstel van de door de huurcommissie vastgestelde gebreken zal gelden.
Als u hiermee kunt instemmen verzoeken wij de kopie van dit schrijven voor akkoord getekend te retourneren.(…)”.
6.1.5.[appellant] heeft voornoemde brief op 14 juli 2015 voor akkoord ondertekend.
6.1.6.[geïntimeerde] heeft het bedrag van € 3.408,- medio juli 2015 aan [appellant] terugbetaald.
6.1.7.De gemachtigde van [geïntimeerde] heeft in een brief van 22 november 2015 aan [appellant] geschreven dat de gebreken aan het gehuurde inmiddels volgens de aanbevelingen van de huurcommissie waren hersteld en dat vanaf 1 december 2015 weer de volledige huur van € 710,- per maand verschuldigd was. In de brief is geschreven dat sinds augustus 2012 een huurachterstand bestond en dat [appellant] vanaf augustus 2012 tot en met december 2014 nog een bedrag van € 19.021,- aan huur verschuldigd was. [appellant] is verzocht en gesommeerd om tot betaling van dit bedrag over te gaan.
6.1.8.De gemachtigde van [appellant] heeft in een brief van 21 januari 2016 aan de gemachtigde van [geïntimeerde] geschreven dat de huur vanaf augustus 2012 tot en met december 2014 steeds op verzoek van [geïntimeerde] contant is betaald en dat [geïntimeerde] in zijn e-mail van 18 december 2014 aan [appellant] heeft gevraagd om de huur per 1 januari 2015 weer via de bank te betalen, hetgeen [appellant] vervolgens ook heeft gedaan.
6.1.9.[geïntimeerde] heeft [appellant] daarop in rechte betrokken.
6.2.1.[geïntimeerde] heeft in eerste aanleg gevorderd om bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, de huurovereenkomst te ontbinden en het gehuurde te ontruimen, met veroordeling van [appellant] tot betaling van:
- de achterstallige huur van € 19.021,- te vermeerderen met de wettelijke rente en
- € 710,- per maand voor iedere maand dat [appellant] na de dag van ontbinding in het bezit van het (voormalige) gehuurde blijft;
- de buitengerechtelijke incassokosten van € 965,21 en de proceskosten.
6.2.2.In het vonnis waarvan beroep heeft de kantonrechter overwogen dat [appellant] geen bewijs heeft overgelegd waaruit de gestelde contante betalingen blijkt, zodat dit verweer is gepasseerd en de verschuldigdheid van € 19.021,- is vastgesteld (rov. 4.2.3). De kantonrechter heeft de huurovereenkomst ontbonden en [appellant] veroordeeld om het gehuurde te verlaten en te ontruimen. [appellant] is veroordeeld tot betaling van € 19.021,- te vermeerderen met wettelijke rente, € 710,- voor iedere maand vanaf de ontbinding tot de datum van ontruiming, de buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.