ECLI:NL:GHSHE:2021:1690

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
10 juni 2021
Publicatiedatum
10 juni 2021
Zaaknummer
200.277.604_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Benoeming van een bijzondere curator in een zorgregeling voor minderjarigen

In deze zaak, die op 10 juni 2021 door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch is behandeld, gaat het om de benoeming van een bijzondere curator in het kader van een zorgregeling voor twee minderjarigen, geboren in 2010 en 2012. De vader, verzoeker in hoger beroep, en de moeder, verweerster in hoger beroep, zijn betrokken bij een geschil over de zorgregeling voor hun kinderen. De Raad voor de Kinderbescherming is ook betrokken in deze procedure. De moeder heeft bezwaar gemaakt tegen de benoeming van de voorgestelde bijzondere curator, mr. [naam], omdat deze in het verleden samenwerkte met de advocaat van de vader. In plaats daarvan stelt zij voor om E. Klaver of een andere bijzondere curator met een psychologische of orthopedagogische achtergrond te benoemen. De vader heeft geen verweer gevoerd tegen de benoeming, maar geeft aan dat hij het in het belang van de kinderen vindt dat er een bijzondere curator wordt benoemd.

Het hof heeft in zijn tussenbeschikking van 8 april 2021 reeds overwogen dat het in het belang van de kinderen is om een bijzondere curator te benoemen. Na het horen van de reacties van beide ouders, heeft het hof besloten om E. Klaver te benoemen tot bijzondere curator. De taak van de bijzondere curator is om de belangen van de kinderen te behartigen en hen te vertegenwoordigen in deze procedure. De gesprekken tussen de kinderen en de bijzondere curator dienen plaats te vinden zonder aanwezigheid van de ouders, zodat de kinderen vrijuit kunnen spreken over hun situatie.

Het hof heeft verder bepaald dat de bijzondere curator verslag moet uitbrengen over haar werkzaamheden en dat partijen en de raad hierop kunnen reageren. De beslissing van het hof is genomen met het oog op de belangen van de minderjarigen en de noodzaak om hun stem in deze procedure te laten horen. De beschikking is uitgesproken door de rechters in het openbaar, waarbij de griffier aanwezig was.

Uitspraak

GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
Team familie- en jeugdrecht
Uitspraak: 10 juni 2021
Zaaknummer: 200.277.604/01
Zaaknummer eerste aanleg: C/01/338440 / FA RK 18-4562
in de zaak in hoger beroep van:
[de vader],
wonende te [woonplaats] ,
verzoeker in hoger beroep,
hierna te noemen: de vader,
advocaat: mr. A. Zonnenberg,
tegen
[de moeder],
wonende te [woonplaats] ,
verweerster in hoger beroep,
hierna te noemen: de moeder,
advocaat: mr. R. van Coolwijk.
Deze zaak gaat over:
-
[minderjarige 1], geboren op [geboortedatum] 2010 te [geboorteplaats] , en
-
[minderjarige 2], geboren op [geboortedatum] 2012 te [geboorteplaats] .
In zijn hoedanigheid als omschreven in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is in de procedure gekend:
Raad voor de Kinderbescherming,
regio Zuidoost Nederland, locatie [locatie] ,
hierna te noemen: de raad.

5.De beschikking van 8 april 2021

Bij die beschikking heeft het hof partijen in de gelegenheid gesteld om te reageren op
de voorgenomen benoeming van een bijzondere curator, in dit geval mr. [naam] , onder aanhouding van iedere verdere beslissing.

6.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep

Het hof heeft kennisgenomen van de inhoud van:
- het V8-formulier met een brief van de advocaat van de moeder van 20 april 2021;
- het V8-formulier van de advocaat van de vader van 22 april 2021.

7.De verdere beoordeling

7.1.
Uit voornoemde V8-formulieren blijkt het volgende.
De moeder kan niet instemmen met de benoeming van mr. [naam] tot bijzondere curator, omdat mr. [naam] in het verleden met de advocaat van de vader heeft samengewerkt.
Zij stelt voor E. (Liesbeth) Klaver of een andere bijzondere curator met een psychologische of orthopedagogische achtergrond te benoemen.
De vader voert daartegen geen verweer. Hoewel hij meent dat de kinderen niet belast zouden moeten worden met de voorliggende vraag, stemt hij, indien het hof dit noodzakelijk vindt om tot een oordeel te komen, in met het benoemen van een bijzondere curator.
7.2.
Het hof acht het in het belang van de kinderen een bijzondere curator te benoemen om hen in deze procedure te vertegenwoordigen, zoals in de tussenbeschikking van 8 april 2021 reeds is overwogen.
Gezien de hiervoor weergegeven reacties van de ouders, zal het hof thans overgaan tot benoeming van E. Klaver tot bijzondere curator over de kinderen. De taak van de bijzondere curator in dezen is (zoals ook reeds in de beschikking van 8 april 2021 is overwogen) met name om zicht te krijgen op hoe de kinderen zelf in deze kwestie staan, wat de gevolgen voor hen zijn van onderhavig geschil tussen de ouders en wat naar het inzicht van de bijzondere curator te zeggen valt over de verdeling van de zorgregeling tijdens de carnavalsvakantie en de herfstvakantie.
7.3.
De gesprekken tussen de kinderen en de bijzondere curator dienen buiten aanwezigheid van de ouders plaats te vinden. De inrichting van de gesprekken die de bijzondere curator met de kinderen, de ouders of derden voert is geheel ter bepaling aan de bijzondere curator.
7.4.
Nadrukkelijk overweegt het hof dat de kinderen ieder een eigen belang kunnen hebben in het geschil dat tussen de ouders speelt. De bijzondere curator wordt geacht deze belangen, voor zo ver uiteenlopend, voor ieder kind afzonderlijk te behartigen.
7.5.
Het hof zal iedere verdere beslissing aanhouden.

8.De beslissing

Het hof:
benoemt tot bijzondere curator over [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2010 te [geboorteplaats] , en [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2012 te [geboorteplaats] :
- drs. E. Klaver
kantoorhoudende te ( [postcode] ) [kantoorplaats] aan de [adres]
telefoonnummer: [telefoonnummer]
website: [website]
om in deze procedure de belangen van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] te behartigen met de taakomschrijving zoals hiervoor onder 7.2. beschreven;
draagt de bijzondere curator op verslag uit te brengen vóór 1 september 2021, althans vóór deze datum het hof schriftelijk te berichten over de voortgang van haar werkzaamheden;
bepaalt dat de griffier van dit hof:
- er voor zorgdraagt dat de bijzondere curator de beschikking krijgt over de actuele adresgegevens van de belanghebbenden;
- er voor zorgdraagt dat de bijzondere curator de beschikking krijgt over de processtukken en de tussenbeschikking van dit hof van 8 april 2021;
- een afschrift van het rapport van de bijzondere curator te zijner tijd aan partijen en de raad zal toezenden;
bepaalt dat partijen en de raad tot uiterlijk twee weken na toezending van het verslag van de bijzondere curator hierop schriftelijk aan het adres van het hof kunnen reageren;
houdt in afwachting van het verslag van de bijzondere curator iedere verdere beslissing aan tot pro forma 1 september 2021.
Deze beschikking is gegeven door mrs. C.A.R.M. van Leuven, J.C.E. Ackermans-Wijn en H.J.M. van Arkel- van Gasselt en is op 10 juni 2021 door mr. C.A.R.M. van Leuven uitgesproken in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier.