Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Ontstaan en loop van het geding
(hierna: Wet WOZ) een beschikking gegeven (hierna: de WOZbeschikking) en daarbij de waarde van [adres 1] in [woonplaats] (hierna: de onroerende zaak) vastgesteld. Tevens is de aanslag onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2020 bekendgemaakt.
2.Feiten
3 december 2018 gerealiseerde verkoopprijs van de onroerende zaak van € 390.000 en het taxatierapport van 3 juli 2020, opgesteld door [A] , waarin de waarde per
1 januari 2019 is getaxeerd op € 386.000.
3.Geschil en conclusies van partijen
4.Gronden
’s-Hertogenbosch van 21 juni 2018 (ECLI:NL:GHSHE:2018:2711) volgt dat bij onroerende zaken die rondom de waardepeildatum zijn verkocht in de regel ervan uitgegaan dient te worden dat de verkoopprijs overeenkomt met de waarde als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Wet woz, zulks tenzij de partij die zich daarop beroept feiten en omstandigheden stelt en aannemelijk maakt waaruit volgt dat de koopsom niet die waarde weergeeft.
Met de verkoopcijfers van de vergelijkingsobjecten maakt verweerder aannemelijk en inzichtelijk dat een waarde van € 386.000,- niet te hoog is.
is en er voor een proceskostenveroordeling geen aanleiding bestaat.”.
5.Beslissing
- verklaart het hoger beroep ongegrond;
- bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raadwww.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).